Pagina 2
%LMJHVORWHQ DFFHVVRLUHV Open de doos en controleer of de volgende accessoires zijn bijgesloten. Wanneer een artikel ontbreekt of beschadigd is, neemt u contact op met uw leverancier. $FFHVVRLUHV De doos moet de volgende artikelen bevatten. Opmerking ● De schroef van de persvoethouder is verkrijgbaar bij uw erkende dealer (onderdeelcode: XA4813-051).
Pagina 3
0DFKLQHRQGHUGHOHQ HQ KXQ IXQFWLH Hieronder worden de diverse onderdelen van de naaimachine en hun functie beschreven. Lees de beschrijvingen zorgvuldig door, zodat u de namen van de onderdelen kent voordat u de naaimachine gaat gebruiken. 9RRUDDQ]LFKW 1 Draadgeleiderplaat / 2 Draadgeleiderdeksel 9 Aansluiting voor de knieheffer Bij het inrijgen van de bovendraad leidt u de draad rond Steek de knieheffer in de betreffende aansluiting.
Pagina 4
———————————————————————————————————————————— Machineonderdelen en hun functie 1DDOG HQ SHUVYRHWJHGHHOWH 5HFKWHUNDQWDFKWHUDDQ]LFKW 1 Persvoetknop 1 Knoopsgathendel Met de persvoetknop kunt u instellen hoeveel druk de Zet de knoopsgathendel omlaag wanneer u persvoet uitoefent op de stof. knoopsgaten en bartacks naait. 2 Hendel 2 Draadgeleiderschijven Draag de naaimachine aan de hendel wanneer u deze Leid de draad door de draadgeleiderschijven wanneer u vervoert.
Pagina 5
%HGLHQLQJVWRHWVHQ Met de bedieningstoetsen kunt u allerlei elementaire naaimachinehandelingen gemakkelijk uitvoeren. 1 Start/stoptoets VOORZICHTIG Door op de start/stoptoets te drukken kunt u beginnen of ● Druk de draadkniptoets niet in nadat de stoppen met naaien. Zolang u de knop ingedrukt houdt, gaat de machine op lage snelheid naaien.
Pagina 6
%HGLHQLQJVSDQHHO Het bedieningspaneel, rechts op de voorkant van de naaimachine, bestaat uit het LCD-scherm (liquid crystal display) en toetsen om de diverse naai-instellingen op te geven. 1 LCD-scherm (liquid crystal display) Instellingen voor de geselecteerde steek en 6 Pijltoetsen foutmeldingen voor onjuiste handelingen verschijnen Met deze toetsen gaat u in de aangegeven richting op het LCD-scherm.
Pagina 7
—————————————————————————————————————————————————— Bijgesloten accessoires 2SWLRQHOH DFFHVVRLUHV De volgende accessoires zijn optioneel verkrijgbaar. 1. Zijsnijder Onderdeelcode: XC3879-002 2. Quiltgeleider Onderdeelcode: XC2215-002 3. Brede tafel Onderdeelcode: XC4541-051 Memo ● Wilt u optionele accessoires of onderdelen aanschaffen, neem dan contact op met uw leverancier of het dichtstbijzijnde erkende servicecentrum.
Pagina 8
,QOHLGLQJ Gefeliciteerd met de aanschaf van uw nieuwe naaimachine. Lees deze handleiding zorgvuldig voor u de naaimachine in gebruik neemt, zodat u de diverse functies correct kunt uitvoeren. Houd deze handleiding altijd bij de hand zodat u snel iets kunt nazoeken. )XQFWLHV YDQ GH QDDLPDFKLQH 1 Gemakkelijk inrijgen van de bovendraad U kunt de klos aan de voorkant van de naaimachine installeren, zodat u de bovendraad gemakkelijk kunt inrijgen.
,QKRXGVRSJDYH Bijgesloten accessoires ..................Omslag A Accessoires ............................Omslag A Machineonderdelen en hun functie ................Omslag B Vooraanzicht ............................Omslag B Naald- en persvoet-gedeelte .........................Omslag C Rechterkant/achteraanzicht ........................Omslag C Bedieningstoetsen ..........................Omslag D Bedieningspaneel ..........................Omslag E Optionele accessoires ......................1 Inleiding ..........................2 Functies van de naaimachine ....................
Pagina 10
—————————————————————————————————————————————————————————— DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ............43 Naaien ..........................44 Algemene procedure voor het naaien ......................45 De stof plaatsen .............................. 46 Beginnen met naaien ............................47 Het naaiwerk verstevigen ..........................49 De draad afknippen ............................51 De draadspanning aanpassen ....................52 De spanning van de bovendraad wijzigen .......................
Indien de machine een defect vertoont of moet worden bijgesteld, kijk dan eerst aan de hand van het overzicht voor probleemoplossing achterin deze gebruiksaanwijzing of u de reparatie of bijstelling zelf kunt uitvoeren. Als u het probleem niet kunt verhelpen, raadpleeg dan uw plaatselijke erkende Brother-dealer. Meer productinformatie en updates vindt u op onze website www.brother.com...
Pagina 13
9225%(5(,',1*(1 In dit hoofdstuk leest u hoe u zich moet voorbereiden voordat u gaat naaien. De machine aan- en uitzetten .................. 8 De betekenis van de LCD-schermen ...............10 De machine-instellingen wijzigen ................12 De spoel opwinden/installeren ................16 De bovendraad inrijgen ..................22 De naald vervangen ....................31 De persvoet verwisselen ..................35 Cilindrische of grote stukken naaien ..............40...
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H PDFKLQH DDQ HQ XLW]HWWHQ In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u de machine aan- en uitzet. 9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQ YRRU GH VWURRP Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht voor de stroomvoorziening. WAARSCHUWING ● Gebruik uitsluitend normale huishoudstroom voor dit apparaat. Door een andere stroom- voorziening te gebruiken kunt u brand, een elektrische schok of schade aan de machine ver- oorzaken.
'H PDFKLQH DDQ]HWWHQ 'H PDFKLQH XLW]HWWHQ Zet de machine uit, wanneer u ophoudt met naaien. Controleer of de naaimachine is uitgeschakeld Zet de machine ook uit wanneer u hem naar een (hoofdschakelaar op “O”) en steek de stekker andere plek vervoert. van het netsnoer in het voedingscontact rechts op het apparaat.
Pagina 16
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H EHWHNHQLV YDQ GH /&'VFKHUPHQ Het LCD-scherm bevindt zich rechts op het voorpaneel van de naaimachine. Op het LCD-scherm verschijnen de instellingen voor de geselecteerde steek en foutmeldingen wanneer een handeling onjuist is uitgevoerd. Wanneer u de naaimachine aanzet, gaat het LCD-scherm branden en verschijnt het volgende scherm. 1 Persvoet die u moet gebruiken 2 Enkele naald of tweelingnaald 3 Geselecteerde steek...
&RQWUROH YDQ GH EHGLHQLQJVSURFHGXUHV U kunt een eenvoudige beschrijving van de persvoet, het inrijgen van de bovendraad, het opwinden van de spoel en het installeren van de spoel weergeven Als u klaar bent met het helpscherm, drukt u op het LCD-scherm. (OK-toets).
Pagina 18
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H PDFKLQHLQVWHOOLQJHQ ZLM]LJHQ U kunt diverse naaimachinehandelingen en naai-instellingen wijzigen. Druk op (OK-toets). 'H LQVWHOOLQJHQ ZLM]LJHQ Het beginscherm voor steken verschijnt weer. Hieronder vindt u een beschrijving van de algemene procedure voor het wijzigen van de machine-instel- lingen. Zet de naaimachine aan.
■ Lijst van steek- of machinetoepassingen Onderstaande lijst geeft een overzicht van alle steek- en machinetoepassingen die u kunt instellen. Meer bij- zonderheden over de verschillende toepassingen vindt u op de betreffende pagina. Toepassing Pictogram Bijzonderheden Pagina Automatisch achteruit Hiermee stelt u automatisch achteruitnaaien/verste- pagina 55 naaien/verste- vingssteken in.
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H QDDOGVWRS VWDQG ZLM]LJHQ 'H KHOGHUKHLG YDQ KHW /&'VFKHUP DDQSDVVHQ Bij aankoop is het apparaat zo ingesteld dat de naald in de stof blijft staan wanneer u stopt. U kunt hem U kunt de helderheid van het LCD-scherm aanpas- echter ook zo instellen dat de naald omhoog staat, sen.
'H VFKHUPWDDO ZLM]LJHQ U kunt de taal op de schermen wijzigen in een van de vele beschikbare talen. Bij aankoop van de naai- machine staat de schermtaal ingesteld op Engels. Druk op (instellingentoets) op het bedie- ningspaneel en druk vervolgens op en op (pijltoetsen) totdat geselecteerd.
Pagina 22
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H VSRHO RSZLQGHQLQVWDOOHUHQ In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de draad op de spoel windt en vervolgens de onderdraad inbrengt. 9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQ YRRU GH VSRHO Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht voor de spoel. VOORZICHTIG ● Gebruik uitsluitend spoel (onderdeelcode: XA5539-151) die speciaal voor deze naaimachine ontworpen is.
Zet de naaimachine aan. Plaats de klos met garen voor de spoel op de klospin. Schuif de klos op de pin, zodat de klos hori- zontaal is en de draad vanaf de onderkant (voor) van de klos wordt afgewikkeld. Licht de bovenklep op. •...
Pagina 24
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Trek de draad naar rechts, leid deze onder de VOORZICHTIG haak op de draadgeleider voor het opwinden van de spoel en wind deze tegen de wijzers ● Als de draadklos of de kloskap niet op de van de klok in tussen de schijven. juiste plaats zit, kan de draad rond de klospin verwad raken, waardoor de naald kan breken.
Pagina 25
Knip met een schaar het uiteinde van de draad VOORZICHTIG dat rond de spoel gewonden is af. ● Zorg ervoor dat u de draad afsnijdt zoals beschreven op de vorige pagina. Wan- neer u de spoel opwindt zonder de draad af te snijden met het in de spoelwinder- basis ingebouwde snijmechanisme, kan de draad verward raken in de spoel;...
Pagina 26
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Verwijder het spoelhuisdeksel. 'H VSRHO LQVWDOOHUHQ Houd de spoel met uw rechterhand vast en Installeer de spoel met opgewonden draad. het uiteinde van de draad met uw linkerhand. VOORZICHTIG ● Gebruik een onderdraad die op de juiste manier is opgewonden; anders kan de naald breken of de draadspanning niet juist zijn.
Pagina 27
VOORZICHTIG ● Druk de spoel omlaag met uw vinger en wikkel de onderdraad op de juiste manier af; anders kan de draad breken of is de draadspanning mogelijk niet juist. Bevestig het spoelhuisdeksel weer op zijn plaats. Plaats het lipje in de linker benedenhoek van het spoelhuisdeksel en druk zacht op de rech- terkant.
Pagina 28
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H ERYHQGUDDG LQULMJHQ In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de bovendraad inrijgt in de machine en hoe u de draad in de naald steekt. 'H ERYHQGUDDG LQULMJHQ VOORZICHTIG ● Zet de naaimachine aan. Volg voor het inrijgen van de bovendraad de instructies zorgvuldig op.
Druk een of twee maal op (naald- Plaats de klos voor de bovendraad op de klos- standtoets) om de naald omhoog te zet- pin. ten. Schuif de klos op de pin, zodat de klos hori- zontaal is en de draad vanaf de onderkant (voor) van de klos wordt afgewikkeld.
Pagina 30
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Houd de draad met uw rechterhand gespan- VOORZICHTIG nen onder de draadgeleiderplaat en leid de draad door de geleiders in de aangegeven ● Als de draadklos of de kloskap niet op de volgorde (omhoog → naar links → omlaag → juiste plaats zit, kan de draad verward omhoog →...
Zet de persvoethendel omlaag. 'H QDDOG LQULMJHQ U kunt de naaldinrijger gebruiken met naaldmaat 75/11 t/m 100/16. Meer bijzonderheden vindt u in “Soorten naalden en toepassingen” (pagina 31). Houd met uw linkerhand het uiteinde van de draad vast dat u door de draadhaak van de naaldstang hebt geleid en leid de draad ver- volgens vanaf de voorkant door de draadgelei- 1 Persvoethendel...
Pagina 32
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Zet de persvoethendel omhoog, leid de draad :HUNHQ PHW GH WZHHOLQJQDDOG door de persvoet en trek ongeveer 5 cm (2 inch) draad naar de achterkant van de Met de tweelingnaald kunt u twee parallelle lijnen machine. van dezelfde steek naaien met twee verschillende draden.
Pagina 33
Steek de bovendraad handmatig in de linker- Rijg de bovendraad op dezelfde manier in als naald. voor de linkerkant. Steek de draad vanaf de voorkant door het oog van de naald. • U kunt de naaldinrijger niet gebruiken met 1 Draadgeleiderdeksel de tweelingnaald.
Pagina 34
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Druk op (instellingentoets) op het bedie- Selecteer een steek. ningspaneel. • Meer bijzonderheden over het selecteren van steken vindt u in “Steken selecteren” Het instellingenscherm verschijnt. (pagina 66). • Meer bijzonderheden over de steken die u Druk op en op (pijltoetsen) kunt naaien met de tweelingnaald vindt u in...
Pagina 35
'H RQGHUGUDDG RPKRRJWUHNNHQ :HUNHQ PHW GUDDG GLH VQHO DIZLQGW Wanneer u plooien of fantasiequilts wilt maken, trek dan eerst de onderdraad omhoog zoals hier beschre- Wanneer u draad gebruikt die snel afwindt, zoals ven. doorzichtig nylon of metallic draad, plaats het bijge- sloten klosnetje dan over de klos voordat u de klos Plaats de spoel in het spoelhuis.
Pagina 36
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Trek ongeveer 5 cm (2 inch) van de spoeldraad onder de persvoet naar de achter- kant van de machine. Bevestig het spoelhuisdeksel weer op zijn plaats. Plaats het lipje in de linker benedenhoek van het spoelhuisdeksel en druk zacht op de rech- terkant.
'H QDDOG YHUYDQJHQ In dit gedeelte wordt informatie gegeven over naaimachinenaalden. 9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQ PHW QDDOGHQ Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht bij het omgaan met naalden. Het niet opvolgen van deze voorzorgsmaatregelen kan ernstige gevolgen hebben, bijvoorbeeld wanneer een naald afbreekt en stukjes ervan wegspringen.
Pagina 38
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— 'H QDDOG FRQWUROHUHQ Memo ● Hoe kleiner het draadnummer, des te dikker Het is uiterst gevaarlijk om te naaien met een verbo- de draad; hoe groter het naaldnummer, des gen naald, omdat de naald dan kan breken terwijl u te dikker de naald.
Pagina 39
Houd de naald in uw linkerhand en draai met 'H QDDOG YHUYDQJHQ een schroevendraaier de schroef van de naaldklem tegen de klok in om de naald uit te Vervang de naald volgens onderstaande beschrij- nemen. ving. Gebruik een schroevendraaier en een naald die u hebt gecontroleerd volgens de instructies in “De naald controleren”...
Pagina 40
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— VOORZICHTIG ● Let op dat u de naald inbrengt tot aan de naaldstopper en dat u de naaldklem goed vastdraait met de schroevendraaier; anders kan de naald breken of kan andere schade optreden.
Pagina 41
'H SHUVYRHW YHUZLVVHOHQ De persvoet drukt op de stof. 9RRU]RUJVPDDWUHJHOHQ YRRU GH SHUVYRHW Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht voor de persvoet. VOORZICHTIG ● Gebruik de persvoet die geschikt is voor het soort steek dat u wilt naaien; anders kan de naald de persvoet raken, waardoor de naald kan verbuigen of breken.
Pagina 42
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— Druk op de zwarte toets achter op de pers- Opmerking voethouder. ● Wanneer u een steek selecteert, verschijnt het pictogram van de persvoet die u moet gebruiken op het scherm. Controleer voor- dat u begint met naaien of de juiste persvoet is bevestigd.
'H GUXN YDQ 'H SHUVYRHWKRXGHU GH SHUVYRHW LQVWHOOHQ YHUZLMGHUHQ U kunt instellen hoeveel druk de persvoet uitoefent Verwijder de persvoethouder wanneer u de naaima- op de stof. chine schoonmaakt of wanneer u een persvoet installeert waarvoor de persvoethouder niet nodig is, Zet de persvoethendel omlaag.
Pagina 44
VOORBEREIDINGEN ————————————————————————————————————————————————— :HUNHQ PHW GH Opmerking ERYHQWUDQVSRUWYRHW ● Als de persvoethouder niet juist is geïnstal- leerd, is de draadspanning niet goed. Met de boventransportvoet worden beide stukken stof gelijkmatig doorgevoerd door de transporteurs en de tanden op de persvoet. Dit is handig voor het naaien van stoffen die lastig door te voeren zijn, zoals vinyl en leer, en stoffen die gemakkelijk weg- glijden, zoals fluweel, of bij het maken van quilts.
Pagina 45
Zet de persvoethendel omhoog. VOORZICHTIG ● Draai de schroef stevig vast met de schroevendraaier; anders raakt de naald misschien de persvoet, waardoor de naald kan verbuigen of breken. ● Draai voordat u begint met naaien het handwiel langzaam naar u toe om te con- troleren of de naald de persvoet niet raakt.
Pagina 46
Installeer de brede tafel. Houd de brede tafel horizontaal en schuif deze volledig op zijn plaats. Opmerking ● De optionele brede tafel is verkrijgbaar bij uw Brother-leverancier.
● De knieheffer kan worden opgeborgen door Pas de hoogte aan met de schroef onder aan de poten. deze aan de onderkant van de brede tafel te bevestigen. VOORZICHTIG ● Verplaats de naaimachine niet wanneer de brede tafel is bevestigd; dit kan schade of letsel tot gevolg hebben.
Pagina 48
VOORBEREIDINGEN —————————————————————————————————————————————————...
Pagina 49
'( %$6,635,1&,3(6 9$1 +(7 1$$,(1 In dit hoofdstuk worden de noodzakelijk voorbereidingen beschreven. Naaien ........................44 De draadspanning aanpassen .................52 De steeklengte en steekbreedte aanpassen .............53 Nuttige functies ......................55 Nuttige naaitips ......................60...
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 1DDLHQ Hieronder worden elementaire naaihandelingen beschreven. Lees de volgende voorzorgsmaatregelen voordat u de naaimachine gaat gebruiken. VOORZICHTIG ● Let goed op de plaats van de naald wanneer de machine in werking is. Blijf bovendien met uw handen uit de buurt van de naald en het handwiel;...
$OJHPHQH SURFHGXUH YRRU KHW QDDLHQ Volg onderstaande basisprocedures voor het naaien. Zet de naaimachine aan. Zet de machine Meer bijzonderheden over het aanzetten van de machine vindt u in “De aan. machine aanzetten” (pagina 9). ↓ Selecteer de geschikte steek voor het vlak dat u wilt naaien. Selecteer de steek.
Pagina 52
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 'H VWRI SODDWVHQ Zorg dat u de stukken stof in de juiste volgorde naait en dat de voor- en achterkant van de stof op de juiste manier tegen elkaar komen. Zet de naaimachine aan. Zet de persvoethendel omlaag.
Pagina 53
Wanneer u aan het eind bent, drukt u eenmaal %HJLQQHQ PHW QDDLHQ (start/stoptoets). Bent u klaar om te gaan naaien, dan kunt u de De machine stopt met de naald omlaag (in de stof). naaimachine starten. U kunt de naaisnelheid instel- len met de bedieningstoetsen of het voetpedaal.
Pagina 54
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— Zet de naaimachine aan. Wanneer u klaar bent met naaien, haalt u de naald omhoog en knipt u de draden af. • Meer bijzonderheden vindt u in “De draad afknippen” (pagina 51). Memo ● Wanneer het voetpedaal is aangesloten, kunt u niet de start/stoptoets gebruiken om Selecteer de gewenste naaisnelheid door de het naaien te starten of te stoppen.
Pagina 55
Nadat u 3 tot 5 steken hebt genaaid, drukt u +HW QDDLZHUN YHUVWHYLJHQ (achteruitnaaien/verstevigingssteek- toets). Wanneer u bijvoorbeeld met een rechte steek naait, Houd de achteruitnaaien/verstevigingssteek- kunt u aan het eind van een opening of op een plaats toets ingedrukt, totdat u het begin van de ste- waar naden elkaar niet overlappen met verstevi- ken bereikt.
Pagina 56
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— ■ Verstevigingssteken naaien Na 3 tot 5 steken achteruit laat u de (achteruitnaaien/verstevigingssteektoets) los. Wanneer u andere steken naait dan rechte of zig- zagsteken die worden verstevigd met achteruit- De machine stopt met naaien. naaisteken, worden er als u (achteruitnaaien/verstevigingssteektoets) indrukt 3 Druk op de...
Pagina 57
'H GUDDG DINQLSSHQ Memo ● U kunt de machine zo instellen dat de dra- Wanneer u klaar bent met naaien, knipt u de draden den worden afgeknipt wanneer het naaien af. U kunt de draden op twee manieren afknippen. is beëindigd. Meer bijzonderheden over ■...
Pagina 58
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 'H GUDDGVSDQQLQJ DDQSDVVHQ U moet de spanning van de bovendraad en de onderdraad zo instellen dat deze gelijk zijn. 'H VSDQQLQJ YDQ GH Draai de draadspanningsknop naar links om de ERYHQGUDDG ZLM]LJHQ spanning van de bovendraad losser te maken. Als de combinatie draad en naald de juiste is voor het soort stof dat u naait (volgens “Soorten naalden en toepassingen”...
'H VWHHNOHQJWH HQ VWHHNEUHHGWH DDQSDVVHQ U kunt de zigzagbreedte (patroonbreedte) en de steeklengte van naaisteken instellen. Normaliter worden de juiste breedte en lengte automatisch ingesteld wanneer u een steek selecteert. Meer bijzonderheden over het bereik van waarden waarbinnen de breedte en lengte kunnen worden ingesteld, vindt u in “Steekinstellingen” (pagina 126).
Pagina 60
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 'H VWHHNOHQJWH DDQSDVVHQ Memo ● Wilt u de standaard steeklengte herstellen, U kunt de steeklengte instellen met de pijltoetsen. selecteer dan dezelfde steek opnieuw of wijzig de instelling in de gemarkeerde Zet de naaimachine aan. waarde.
1XWWLJH IXQFWLHV Hieronder worden functies beschreven waarmee u de efficiëntie verbetert. Druk op te selecteren. $XWRPDWLVFK DFKWHUXLWQDDLHQ Wilt u terug naar , dan drukt u op YHUVWHYLJLQJVVWHNHQ U kunt de naaimachine zo instellen dat aan het begin en het eind van een stiksel automatisch achte- ruit wordt genaaid of verstevigingssteken worden genaaid.
Pagina 62
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— Wanneer u het eind van het stikwerk bereikt, $XWRPDWLVFK GH GUDDG drukt u een keer op (achteruit- DINQLSSHQ naaien/verstevigingsteektoets). Deze stap is niet noodzakelijk bij steken voor U kunt de naaimachine zo instellen dat de draden knoopsgaten en bartacksteken, waarbij auto- aan het eind van het naaien worden afgeknipt.
Pagina 63
Druk op te selecteren. Na achteruitnaaien/verstevigingssteek stopt de machine en wordt de draad afgeknipt. Wilt u terug naar , dan drukt u op Geprogrammeerd draadknippen is nu inges- teld. Druk op (OK-toets). De draad wordt hier afgeknipt. Het beginscherm voor steken verschijnt weer en verschijnt linksonder in het Memo...
Pagina 64
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— • Wanneer u de volgende keer de steek selec- 6WHHNLQVWHOOLQJHQ RSVODDQ teert, verschijnen de opgeslagen instellingen als eerste. U kunt de instellingen voor steekbreedte en • Wilt u de opgeslagen instellingen wissen en steeklengte opslaan, zodat ze altijd zijn ingesteld de standaardinstellingen van de steekbreedte wanneer u de steek selecteert.
Pagina 65
■ Werken met de knieheffer =RQGHU KDQGHQ GH SHUVYRHW Stop de naaimachine. RPKRRJ RI RPODDJ]HWWHQ • Gebruik de knieheffer niet terwijl de naaima- chine in werking is. Met de knieheffer kunt u de persvoet omhoog en omlaagzetten met uw knie, zodat u beide handen Druk de knieheffer naar rechts met uw knie.
Pagina 66
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 1XWWLJH QDDLWLSV Hieronder worden enkele manieren beschreven om betere resultaten te bereiken. Raadpleeg deze tips bij het naaien. 3URHIODS QDDLHQ %RFKWHQ QDDLHQ Nadat u een geschikte draad en naald hebt geïnstal- Stop met naaien en verander vervolgens de naai- leerd voor de betreffende stof, worden de draadspan- richting enigszins om rond de bocht te naaien.
VOORZICHTIG 'LNNH VWRIIHQ QDDLHQ ● Wanneer u stof van meer dan 6 mm ■ Als de stof niet onder de persvoet past (15/64 inch) dik naait of wanneer u de Als de stof niet gemakkelijk onder de persvoet stof te hard duwt, kan de naald verbuigen past, zet u de persvoethendel nog hoger, totdat de persvoet in de hoogste stand komt te staan.
Pagina 68
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN ————————————————————————————————————————— 'XQQH VWRIIHQ QDDLHQ /HHU RI YLQ\O QDDLHQ Wanneer u dunne stoffen naait, komen de steken Wanneer u stof naait die aan de persvoet blijft plak- mogelijk niet mooi op één lijn of wordt de stof niet ken, zoals leer of stof met een coating, vervang de goed doorgevoerd.
Pagina 69
■ De stof op één lijn houden met de markering op de naaldplaat De markeringen op de naaldplaat geven de afs- tand aan van de naaldstand tot een naad die wordt genaaid met een rechte steek (linker naaldstand). Houd tijdens het naaien de rand van de stof op één lijn met een markering op de naal- dplaat.
Pagina 70
DE BASISPRINCIPES VAN HET NAAIEN —————————————————————————————————————————...
Pagina 71
1$$,67(.(1 De diverse steken en hun toepassingen worden beschreven in dit hoofdstuk. Steken selecteren ....................66 Overhandse steken ....................68 Elementaire steken ....................72 Blindzoomstikken ....................74 Knoopsgatsteken ....................76 Ritsen inzetten .......................83 Rits/galons inzetten ....................87 Stretchstoffen naaien en elastiek inzetten ..............89 Appliqué-, patchwork- en quiltsteken ..............91 Verstevigingssteken ....................98 Gaatjes stikken .....................102 Decoratieve steken ....................103...
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 6WHNHQ VHOHFWHUHQ U kunt kiezen uit diverse soorten beschikbare steken. 6RRUWHQ VWHNHQ 6WHNHQ VHOHFWHUHQ U hebt de beschikking over in totaal 8 groepen Selecteer met de toetsen van het bedieningspaneel steeksoorten (naaisteken, decoratieve steken, satij- de gewenste steek van de steken op het LCD-scherm. nen steken, kruissteken, decoratieve satijnen steken U kunt twaalf van de meest gebruikte naaisteken snel en 3 soorten lettersteken).
Druk op en op (pijltoetsen) Opmerking totdat het soort steek dat u wilt gebruiken is geselecteerd. ● Wanneer een steek is geselecteerd, ver- schijnt op het scherm het pictogram voor de persvoet die u moet gebruiken. Alvorens te beginnen met naaien controleert u of de juiste persvoet is bevestigd.
Pagina 74
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 2YHUKDQGVH VWHNHQ Naai overhandse steken langs de rand van afgesneden stof om rafelen te voorkomen. Er zijn 15 overhandse steken beschikbaar. De procedure voor overhandse steken wordt uitgelegd aan de hand van de persvoet die wordt gebruikt. 2YHUKDQGVH VWHNHQ QDDLHQ PHW SHUVYRHW ³*´ U kunt drie steken gebruiken voor overhands naaien met persvoet “G”.
Pagina 76
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 2YHUKDQGVH VWHNHQ QDDLHQ PHW GH RSWLRQHOH ]LMVQLMGHU Met de zijsnijder kunt u marges voltooien, terwijl de rand van de stof wordt afgesneden. Er zijn vijf steken die u kunt gebruiken voor overhandse steken met de zijsnijder. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek...
Pagina 77
● Reinig de zijsnijder na gebruik (pluis en stof weghalen). ● Als de zijsnijder geen stof meer kan snijden, brengt u met een lapje een beetje olie aan op het mes van de zijsnijder. ● De optionele zijsnijder is verkrijgbaar bij uw Brother-leverancier. Overhandse steken...
Pagina 78
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— (OHPHQWDLUH VWHNHQ U gebruikt rechte steken om normale naden te naaien. Er zijn vijf elementaire steken beschikbaar. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch 0.0–7.0 Rijgsteek – Tijdelijk vastzetten –...
■ De naaldstand wijzigen Begin met naaien. • Meer bijzonderheden vindt u in “Beginnen De naaldstand die wordt gebruikt als de nullijn is met naaien” (pagina 47). verschillend voor de rechte steek (linker naald- • Meer bijzonderheden over achteruit- stand) en de rechte steek (middelste naaldstand). naaien/verstevigingssteken vindt u in “Het naaiwerk verstevigen”...
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— %OLQG]RRPVWLNNHQ Verstevig de onderkant van rokken en broeken met een blinde zoom. Er zijn twee steken beschikbaar voor blindzoomstikken. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Blindzoomstikken op middel- 1.0–3.5 3←...
■ Als de naald de zoomvouw niet pakt Pas de steekbreedte aan totdat de naald de vouw van de zoom net pakt. De naald is te ver naar rechts. Druk op (van de pijltoetsen) om de steek- breedte zo te vergroten dat de naald de vouw van de zoom net pakt.
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— .QRRSVJDWVWHNHQ U kunt knoopsgaten naaien en knopen aannaaien. Er zijn elf steken beschikbaar om knopen te naaien en om in één keer knoopsgaten te naaien. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig...
Pagina 83
.QRRSVJDWHQ QDDLHQ De maximale lengte van een knoopsgat is ongeveer 28 mm (1-1/8 inch) (doorsnede + dikte van de knoop). Knopen worden genaaid van de voorkant van de persvoet naar de achterkant (zie afbeelding). 1 Verstevigingssteken Op deze afbeelding vindt u de namen van alle Markeer met krijt op de stof de plaats en de onderdelen van persvoet “A”, die wordt gebruikt lengte van het knoopsgat.
Pagina 84
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— ■ Als de knoop niet in de knoopgeleiderplaat Leid de bovendraad omlaag door het gat in de past persvoet. Tel de doorsnee en de dikte van de knoop bij • Duw niet tegen de voorkant van de persvoet elkaar op en zet de knoopgeleiderplaat op de wanneer deze omlaag staat, anders wordt berekende lengte.
Pagina 85
■ De dichtheid van de steken wijzigen Zet de persvoethendel omhoog in de oor- spronkelijke stand. Pas de steeklengte aan. – Steek een speld langs de binnenkant van één bartacksteek aan het eind van de knoops- gatsteken, om te voorkomen dat de steken worden ingesneden.
Pagina 86
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Bevestig knoopsgatvoet “A”. .QRSHQ DDQQDDLHQ • Meer bijzonderheden vindt u in “De pers- voet vervangen” (pagina 37). U kunt knopen aannaaien op de naaimachine. U kunt knopen met 2 en knopen met 4 gaten aanzet- Selecteer steek ten. Pas de steekbreedte aan de dikte van de con- Zet de persvoethendel omhoog en schuif de tourdraad aan.
Pagina 87
Plaats de knoop in de knoopbevestigingsvoet VOORZICHTIG “M”. ● Let tijdens het naaien op dat de naald de knoop niet raakt; anders kan de naald verbuigen of breken. Begin met naaien. De naaimachine stopt automatisch na het naaien van de verstevigingssteken. •...
Pagina 88
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— ■ Een knoopvoet bevestigen aan een knoop Als u een knoop met een knoopvoet wilt aan- naaien, zorg dan dat er wat ruimte zit tussen de knoop en de stof en wind de draad hier met de hand omheen. De knoop zit dan stevig vast. Plaats de knoop in knoopbevestigingsvoet “M”...
5LWVHQ LQ]HWWHQ U kunt deze machine gebruken om ritsen in te zetten. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Rechte steek Ritsen bevestigen 0.2–5.0 (middelste Verborgen naden en gepas- –...
Pagina 90
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Selecteer steek (HQ ULWV LQ]HWWHQ DDQ GH ]LMNDQW • Meer bijzonderheden vindt u in Steken Slechts één stuk stof wordt gestikt. Zulke ritsen selecteren (pagina 66). gebruikt u voor zij- of achteropeningen. VOORZICHTIG ● Wanneer u ritsvoet “I” gebruikt, moet u de rechte steek selecteren (middelste naaldstand) en het handwiel langzaam naar u toe draaien om te controleren dat...
Pagina 91
Duw tegen de marge tot er aan de voorkant VOORZICHTIG (de kant die niet wordt gestikt) 3 mm (1/8 inch) extra ontstaat. ● Wanneer u ritsvoet “I” gebruikt, moet u de rechte steek selecteren (middelste naaldstand) en het handwiel langzaam naar u toe draaien om te controleren dat de naald de persvoet niet raakt.
Pagina 92
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Sluit de rits, draai de stof om en rijg de andere Wanneer u ongeveer 5 cm (2 inch) van het kant van de rits aan de stof vast. eind van de rits verwijderd bent, stopt u de naaimachine met de naald omlaag (in de stof) en vervolgens zet u de persvoethendel omhoog.
5LWVJDORQV LQ]HWWHQ U kunt deze machine gebruiken om ritsen en galons in te zetten. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Rechte steek Ritsen bevestigen 0.0–7.0 0.2–5.0 (linker naald- Verborgen naden en galons (0–1/4) (3/32)
Pagina 94
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Draai de plaatsingsschroef stevig aan met een *DORQV LQ]HWWHQ schroevendraaier. Plaats de galon tussen twee binnenste buiten gekeerde stukken stof (zie afbeelding). 1 Plaatsingsschroef Versteviging rond de rits. 1 Stof 2 Galon 3 Stof Zie de stappen voor het bevestigen van de instelbare rits/galonvoet op de vorige pagina.
Pagina 96
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Selecteer een steek. • Meer bijzonderheden vindt u in “Steken selecteren” (pagina 66). Naai het elastiek aan de stof terwijl u het zo uitrekt dat het even lang is als de stof. Trek de stof met uw linkerhand achter de pers- voet en trek de stof met uw rechterhand bij de speld die zich het dichtst bij de voorkant van de persvoet bevindt.
$SSOLTXp SDWFKZRUN HQ TXLOWVWHNHQ Hieronder wordt beschreven welke steken u kunt gebruiken voor het naaien van applicaties, patchwork en quilts. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Applicaties aanbrengen (mid- 0.0–7.0 0.0–4.0 den nullijn/achteruitnaaien)
Pagina 98
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Bevestig de appliceervoet (”open teen”). $SSOLFDWLHV DDQEUHQJHQ Knip de applicatie uit met een marge van 3 tot 5 mm (1/8 en 3/16 inch). • Meer bijzonderheden vindt u in “De pers- voet vervangen” (pagina 35). Selecteer een steek. •...
Pagina 99
3DWFKZRUN 3DWFKZRUN IDQWDVLHTXLOW VWHHN Twee stukken stof aan elkaar naaien heet patchwork. Knip de stukken stof met een marge van 6,5 mm Vouw de rand van het bovenste stuk stof en (1/4 inch). plaats deze op het onderste stuk. Naai een rechte verbindingssteek 6,5 mm (1/4 inch) vanaf de rechter- of de linkerkant van de persvoet.
Pagina 100
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 4XLOWV PDNHQ Memo ● Wilt u de breedte van de marge (naaldstand) Wattering aanbrengen tussen de boven- en onder- wijzigen, pas dan de steekbreedte aan. laag stof heet “quilten”. Quilts kunt u gemakkelijk naaien met de boventransportvoet en de quiltgelei- der.
Pagina 101
3 Naaldklemschroef VOORZICHTIG Opmerking ● ● De optionele quiltgeleider is verkrijgbaar bij Draai de schroef stevig vast met de schroevendraaier; anders raakt de naald uw Brother-leverancier. misschien de persvoet, waardoor de naald kan verbuigen of breken. Appliqué-, patchwork- en quiltsteken...
Pagina 102
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Schuif de boventransporteurhendel op de voet Wanneer u klaar bent naaien schuift u de van de machine aan de achterkant, naar boventransporteurhendel op (naar links (naar rechts gezien vanaf de voorkant van de gezien vanaf de voorkant van de machine) om machine).
Pagina 103
Druk op (OK-toets). 6DWLMQHQ VWHNHQ U kunt een decoratieve steek naaien door de steek- Het beginscherm voor steken verschijnt weer. breedte van een satijnen steek te wijzigen. Is de naai- machine zo ingesteld dat u de steekbreedte kunt instellen met de schuifknop voor snelheidsregeling, Selecteer steek dan kunt u de steekbreedte snel en gemakkelijk aan- passen.
Pagina 104
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 9HUVWHYLJLQJVVWHNHQ Verstevig plekken waarop spanning komt te staan, zoals mouwgaten, binnennaden en hoeken van zakken. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek- Steek Toepassing Persvoet Patroon toets Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Drievou- De naden van mouwen en 0.0–7.0 1.5–4.0 dige stretch-...
Bevestig knoopsgatvoet “A”. De knoopsgathendel bevindt zich achter het • Meer bijzonderheden vindt u in “De pers- uitsteeksel op de knoopsgatvoet. voet vervangen” (pagina 35). Selecteer steek • Meer bijzonderheden vindt u in Steken selecteren (pagina 66). 1 Knoopsgathendel Plaats de stof zo dat de opening van de zakken 2 Uitsteeksel naar u toe ligt;...
Pagina 106
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— *DWHQ VWRSSHQ U kunt gescheurde stof stoppen. Hieronder wordt beschreven hoe u gescheurde stof stopt. 1 Verstevigingssteken Bepaal de lengte van uw stopwerk. Plaats de stof zo dat de naald 2 mm Zet de knoopgeleiderplaat op knoopsgatvoet (1/16 inch) voor het te stoppen vlak staat, en “A”...
Pagina 107
Trek de knoopsgathendel zo ver mogelijk omlaag. 1 Knoopsgathendel De knoopsgathendel bevindt zich achter het uitsteeksel op de knoopsgatvoet. 1 Knoopsgathendel 2 Uitsteeksel Houd het uiteinde van de bovendraad losjes in uw linkerhand en begin met naaien. Wanneer het naaien voltooid is, naait de machine automatisch verstevigingssteken en stopt dan.
Pagina 108
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— *DDWMHV VWLNNHQ U kunt gaatjes naaien, bijvoorbeeld in een ceintuur. Er zijn drie afmetingen gaatjes mogelijk: 7 mm, 6 mm en 5 mm (1/4, 15/64 en 3/16 inch). Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek Toepassing Persvoet Patroon Auto- Auto- Handmatig...
'HFRUDWLHYH VWHNHQ Met deze machine kunt u diverse decoratieve steken naaien. Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek Toepassing Persvoet Patroon Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch 0.0–7.0 1.0–4.0 (3/16) (0–1/4) (3/32) (1/16–3/16) Twee stukken stof aan elkaar Fagotsteek naaien over een open naad 2.5–7.0 1.0–4.0 (3/16)
6FKHOSVWHNHQ 6PRNZHUN Een golvend, zich herhalend patroon in de vorm van De decoratieve steek die men verkrijgt door te stik- schelpen. Dit motief wordt gebruikt op kragen van ken of borduren over plooien heet “smoksteek”. blouses of randen van zakdoeken. Hiermee verfraait u de voorkant van blouses of man- chetten.
Pagina 112
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Selecteer steek 6FKHOSULMJVWHHN • Meer bijzonderheden vindt u in Steken U kunt plooien de vorm van schelpen geven. Hier- selecteren (pagina 66). mee kunt u randen, de voorkant van blouses of man- chetten van dunne stof verfraaien. Stik tussen de rechte steken. Vouw de stof in de schuine richting.
Pagina 113
Vouw de stof uit en strijk de schelpen naar 9HUELQGLQJVVWHNHQ één kant. U kunt decoratieve brugsteken naaien over de marge van aan elkaar genaaide stoffen. Hiermee kunt u een fantasiequilt maken. Bevestig zigzagvoet “J”. • Meer bijzonderheden vindt u in “De pers- voet vervangen”...
Pagina 114
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Begin met naaien. (UIVWXNVWHNHQ Wanneer u naait met de platte naald, worden de naaldgaten groter, zodat een kantachtig effect ont- staat. Hiermee kunt u zomen en tafelkleden van dunne of middelzware stof en eenvoudig geweven stof verfraaien. Installeer de platte naald. VOORZICHTIG ●...
Pagina 115
Draden gedeeltelijk verwijderen heet “ajour”. Dit Druk op (instellingentoets) van het bedie- geeft een prachtig resultaat met los geweven stoffen. Hieronder worden twee manieren beschreven om ningspaneel. ajourwerk te maken. Het instellingenscherm verschijnt. ■ Ajour (voorbeeld 1) Druk op en op (pijltoetsen) totdat is geselecteerd.
Pagina 116
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— ■ Ajour (voorbeeld 2) Trek diverse draden uit twee gedeelten van de stof uit, gescheiden door een niet gerafeld gedeelte van ongeveer 4 mm (3/16 inch). 1 4 mm (3/16 inch) Bevestig monogramvoet “N”. • Meer bijzonderheden vindt u in “De pers- voet vervangen”...
Pagina 117
'H GLYHUVH LQJHERXZGH GHFRUDWLHYH SDWURQHQ QDDLHQ U kunt satijnen steken, kruissteken en decoratieve satijnsteken naaien. Deze worden alle genaaid met mono- gramvoet “N”. )UDDLH SDWURQHQ QDDLHQ 3DWURQHQ QDDLHQ Houd rekening met de volgende factoren, als u de Bevestig monogramvoet “N”. patronen goed wilt naaien.
Pagina 118
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Naai verstevigingssteken. 3DWURQHQ FRPELQHUHQ Bij lettertekens worden aan het einde automa- tisch verstevigingssteken genaaid. U kunt meerdere patronen combineren en samen • Wanneer u andere patronen dan lettertekens naaien. naait, is het handig om eerst de instelling achteruitnaaien/verstevigingssteken in te Selecteer het eerste patroon en druk vervol- stellen.
Pagina 119
1DDLSDWURQHQ KHUKDOHQ Hieronder leest u hoe u het gecombineerde patroon meerder malen herhaalt. Selecteer het patroon. • Meer bijzonderheden vindt u in “Patronen combineren” (op de vorige pagina). Druk op (instellingentoets) van het bedie- ningspaneel. Het instellingenscherm verschijnt. Memo ● U kunt maximaal 70 patronen combineren. Druk op en op (pijltoetsen)
Pagina 120
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— +HW JHVHOHFWHHUGH SDWURRQ FRQWUROHUHQ U kunt maximaal 70 patronen combineren. Wan- neer u alle geselecteerde patronen niet tegelijk kunt weergeven op het LCD-scherm, kunt u het patroon op de volgende manier controleren. Druk op (instellingentoets) van het bedie- ningspaneel.
Pagina 121
+HW IRUPDDW YDQ KHW SDWURRQ ZLM]LJHQ Voor het formaat van de steken van lettertype Gothic en contourletters kunt u kiezen uit groot en klein. Het formaat van andere patronen kunt u echter niet veranderen. Selecteer een steek. Selecteer een lettersteek van het type Gothic of de opmaak Contour.
Pagina 122
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 'H VWHHNGLFKWKHLG ZLM]LJHQ 'H SDWURRQOHQJWH ZLM]LJHQ Wanneer u een decoratieve satijnen steek hebt gese- De lengte van één deel van een satijnen steek kunt u lecteerd, kunt u de steekdichtheid wijzigen. instellen op vijf formaten. Selecteer een decoratieve satijnen steek Selecteer een satijnen steek Druk op (instellingentoets) van het bedie-...
Pagina 123
+HW SDWURRQ VSLHJHOHQ Memo ● Sommige naai- en decoratieve patronen U kunt het patroon spiegelen langs een verticale as. kunt u spiegelen. ● U kunt gespiegelde patronen ook combine- Selecteer een steek. ren met andere patronen. Druk op (instellingentoets) van het bedie- ningspaneel.
Pagina 124
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Druk op (OK-toets). (HQ SDWURRQ RSVODDQ U kunt gecombineerde patronen opslaan om later te De inhoud van de geselecteerde zak wordt weergegeven. gebruiken. Aangezien opgeslagen patronen niet ver- loren gaan wanneer u de naaimachine uit zet, kunt u deze te allen tijde oproepen.
Druk op (OK-toets). +HW SDWURRQ RSQLHXZ XLWOLMQHQ De inhoud van de geselecteerde zak wordt Het patroon wordt wellicht niet goed genaaid, naar weergegeven. gelang het soort stof of de naaisnelheid. Als dit gebeurt past u het patroon aan, terwijl u dit naait op Controleer de inhoud en druk vervolgens op een restje van dezelfde stof.
Pagina 126
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Controleer het genaaide patroon. Wanneer het patroon naar wens is, druk u op (OK-toets). Als het onderdeel van het in de illustratie aan- gegeven patroon gelijkmatig is genaaid, is het Het beginscherm voor steken verschijnt patroon juist uitgelijnd. weer.
(HQ SDWURRQ RQWZHUSHQ Met de functie My Custom Stitch kunt u patronen naaien die u zelf hebt ontworpen. (HQ VFKHWV YDQ KHW SDWURRQ WHNHQHQ Neem een rasterset. Markeer de punten in het patroon die op snij- Teken een schets van het patroon op de ras- punten in het raster liggen en verbind deze terset.
Pagina 128
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— Geef de coördinaten van het tweede punt op 'H SDWURRQJHJHYHQV LQYRHUHQ en druk vervolgens op (OK-toets). Volg het patroon op het raster en programmeer het patroon in de naaimachine. Bevestig monogramvoet “N”. Er verschijnt een scherm waarin u de instel- lingen kunt opgeven voor de steken tussen de twee punten.
Pagina 129
Het borduurscherm verschijnt. Geef de diverse steekinstellingen op zoals achteruitnaaien/verstevigingssteken, net als bij andere steken. • In dit scherm kunt u punten toevoegen of verwijderen door te drukken op (achter- uittoets). Memo ● Als u de ingevoerde patroongegevens wilt opslaan, doet u dit in het borduurscherm. Meer bijzonderheden vindt u in “Een patroon opslaan”...
Pagina 130
NAAISTEKEN ———————————————————————————————————————————————————— 9RRUEHHOGRQWZHUS Voer alle in de tabel aangegeven punten in om de voorbeeldsteek te naaien. Punt Punt Punt Punt Punt Punt Punt Punt...
Pagina 131
%,-/$*( In dit hoofdstuk worden het onderhoud en het oplossen van problemen beschreven. Steekinstellingen ....................126 Onderhoud ......................133 Problemen oplossen .....................135 Trefwoordenlijust ....................142...
Pagina 132
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— 6WHHNLQVWHOOLQJHQ Onderstaande tabel geeft een overzicht van de steeklengten en -breedten van de diverse steken waarbij wordt aangegeven of de tweelingnaald al dan niet kan worden gebruikt. 1DDLVWHNHQ Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek Patroon Toepassing Auto- Auto- Handmatig Handmatig...
Pagina 135
Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek Patroon Toepassing Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Horizontale knoopsga- Automati- 3.0–5.0 0.2–1.0 Draadknip- ten op dunne en mid- sche verste- (3/16) (1/8–3/16) (1/64) (1/64–1/16) delzware stoffen viging Horizontale knoopsga- Automati- 3.0–5.0 0.2–1.0 Draadknip- ten waarop spanning sche verste-...
Pagina 136
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— Steekbreedte Steeklengte [mm (inch.)] [mm (inch.)] Steek Patroon Toepassing Auto- Auto- Handmatig Handmatig matisch matisch Verstevi- Appliquésteek Applicaties en band 0.5–5.0 1.0–4.0 Verstevi- ging + (voor quilten) aanbrengen (1/16) (1/32–3/16) (1/16) (1/16–3/16) ging draadknip- Verstevi- Stippelsteek Voor op de quiltachter- 1.0–-7.0 1.0–4.0 Verstevi-...
Pagina 137
$QGHUH VWHNHQ Soort steek Patroon Decoratieve Groot Nee steken Satijnen steken Groot Nee Kruissteken Groot Nee Decoratieve Groot (alleen satijnen steken lengte) Lettersteken Groot, (lettertype klein Gothic) * Patroon voor het maken van afstellingen Steekinstellingen...
Pagina 138
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— Soort steek Patroon Lettersteken (lettertype Groot Nee Script) Lettersteken Groot, (opmaak Cout- klein our)
2QGHUKRXG Hier worden eenvoudige onderhoudswerkzaamheden aan de naaimachine beschreven. +HW VSRHOKXLV VFKRRQPDNHQ 'H EXLWHQNDQW YDQ GH PDFKLQH VFKRRQPDNHQ De naaiprestaties worden minder wanneer zich stof ophoopt in het spoelhuis; maak dit daarom regelma- Neem als de machine vuil is een vochtige doek met tig schoon.
Pagina 140
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— Draai het handwiel naar u toe totdat de punt Controleer of de hoek van de rand van het van de spoelhuishaak op één lijn staat met de loophuis is geplaatst zoals in stap , en plaats rand van het loophuis zelf. het spoelhuis zo dat de uitsteking op het spoelhuis op één lijn staat met de veer.
3UREOHPHQ RSORVVHQ Als de machine niet meer goed functioneert, ga dan eerst de volgende lijst met mogelijke problemen na. Als het probleem blijft bestaan, neem dan contact op met uw leverancier of met het dichtstbijzijnde erkende ser- vicecentrum. Symptoom Waarschijnlijke oorzaak Oplossing Pagina De naaimachine staat niet aan.
Pagina 142
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— Symptoom Waarschijnlijke oorzaak Oplossing Pagina De bovendraad is niet goed ingere- gen (bijvoorbeeld omdat de klos niet goed is geïnstalleerd, de kloskap te Rijg de bovendraad op de juiste pagina 22 groot is voor de gebruikte klos of de manier in.
Pagina 143
Symptoom Waarschijnlijke oorzaak Oplossing Pagina De bovendraad is niet goed ingeregen, Rijg de bovendraad goed in en instal- pagina 20, of de spoel is niet juist geïnstalleerd. leer de spoeldraad op de juiste manier. Installeer de klos op de juiste De klos is niet goed geïnstalleerd.
Pagina 144
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— Symptoom Waarschijnlijke oorzaak Oplossing Pagina Neem contact op met uw leveran- De naailamp gaat – De naailamp is beschadigd. cier of het dichtstbijzijnde erkende niet branden. servicecentrum. Er verschijnt Het LCD-scherm staat te helder of te Pas de helderheid van het LCD- niets op het pagina 140 donker.
Pagina 145
)RXWPHOGLQJHQ Als u op de start/stoptoets drukt voordat de naaimachine correct is geïnstalleerd of wanneer u een handeling niet goed uitvoert, kan er een foutmelding op het LCD-scherm verschijnen. Volg de instructies die verschijnen. Als u op (OK-toets), (Achteruittoets) drukt of de functie juist uitvoert wanneer de foutmelding in de display staat, zal de foutmelding weer verdwijnen.
Pagina 146
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— 3LHSVLJQDDO ELM KDQGHOLQJHQ (U YHUVFKLMQW QLHWV RS KHW /&'VFKHUP Telkens wanneer u een toets indrukt of een onjuiste handeling uitvoert, klinkt er een piepsignaal. Als er niets verschijnt op het LCD-scherm terwijl de naaimachine aan staat, is de helderheid van het ■...
Pagina 147
'H ERYHQNOHS YHUZLMGHUHQ +HW SLHSVLJQDDO ELM KDQGHOLQJHQ XLWVFKDNHOHQ Wanneer u de bovenklep van de naaimachine hebt losgemaakt, kunt u deze als volgt weer bevestigen. Bij aanschaf is de machine zo ingesteld dat er een piepsignaal klinkt telkens wanneer u een toets van Houd de bovenklep horizontaal.
Pagina 148
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— 7UHIZRRUGHQOLMXVW Symbolen + toets ..............Omslag E dikke stoffen ..............61 draad die snel afwindt ...........29 draadafsnijder ..........Omslag B Cijfers draadgeleider voor het opwinden van 2-punts zigzagsteek ............69 de spoel ............Omslag B 3-punts zigzagsteek ............69 draadgeleiderdeksel ......Omslag B draadgeleiderplaat .......
Pagina 149
kloskap ..........Omslag A patchwork ..............93 klosnetje .............Omslag A patchwork naaien ............93 klospin ..........Omslag B patronen ..............111 knieheffer ............Omslag A patronen combineren ..........112 knoopsgathendel ......Omslag C patronen controleren ..........114 knoopsgatsteken ............76 patronen herhalen ............113 knoopsgatvoet ...............78 patronen maken ............121 knopen aannaaien ............80 patronen ontwerpen ............121 koffer ..............
Pagina 150
BIJLAGE ——————————————————————————————————————————————————————— satijnen steek ..............111 satijnen steken ..............97 schakelaar transporteurstand .........96 schakelaar voor transporteurstand ..... Omslag C schelprijgsteek ............106 schelpsteken ...............105 schermtaal ..............15 schoonmaakborsteltje ........Omslag A schroevendraaier ........Omslag A schuifknop voor snelheidsregeling ..... Omslag B Omslag D smokwerk ..............105 spoel ............Omslag A spoel opwinden ............16 spoeldraad ..............20...