Parameterbeschrijving
3
3
[19] Ref. vasthou-
den
[20] Uitgang vasth. Houdt de huidige motorfrequentie (in Hz)
[21] Snelh. omh.
[22] Snelh. omlaag Vergelijkbaar met Snelh. omh. [21].
[23] Setupselectie
bit 0
[24] Setupselectie
bit 1
[32] Pulsingang
62
®
VLT
HVAC Drive Programmeerhandleiding
Ingest. ref. bit
2
1
Ingest. ref. 0
0
0
Digitale ref. 1
0
0
Digitale ref. 2
0
1
Digitale ref. 3
0
1
Digitale ref. 4
1
0
Ingest. ref. 5
1
0
Ingest. ref. 6
1
1
Ingest. ref. 7
1
1
Houdt de huidige referentie vast. De vastge-
houden referentie is nu het punt van inscha-
kelen/de voorwaarde om Snelh. omh. en
Snelh. omlaag te gebruiken. Als Snelh. omh./
Snelh. omlaag wordt gebruikt, volgt de
snelheidsverandering altijd ramp 2
(Par. 3-51 Ramp 2 aanlooptijd en
Par. 3-52 Ramp 2 uitlooptijd) in het bereik 0 -
Par. 3-03 Max. referentie. (Zie Par. 20-14 Max.
referentie/terugk. voor een regeling met
terugkoppeling).
vast. De vastgehouden motorfrequentie is nu
het inschakelpunt/de voorwaarde voor het
gebruik van Snelh. omh. en Snelh. omlaag. Als
Snelh. omh./Snelh. omlaag wordt gebruikt,
volgt de snelheidsverandering altijd ramp 2
(Par. 3-51 Ramp 2 aanlooptijd en
Par. 3-52 Ramp 2 uitlooptijd) in het bereik 0 -
Par. 1-23 Motorfrequentie.
NB
Als Uitgang vasth. actief is, kan de
frequentieomvormer niet gestopt
worden via een laag 'start [13]'-
signaal. De frequentieomvormer
wordt gestopt via een klem die is
ingesteld op Vrijloop geïnv. [2] of
Vrijloop & reset inv [3].
Voor digitale besturing voor het verhogen/
verlagen van de snelheid (motorpotentiome-
ter). Selecteer Ref. vasthouden of Uitgang
vasth. om deze functie te activeren. Als Snelh.
omh. wordt geactiveerd voor minder dan 400
ms, wordt de totale referentie verhoogd met
0,1%. Als Snelh. omh. wordt geactiveerd voor
meer dan 400 ms zal de totale referentie
uitlopen op basis van Ramp 1 in
Par. 3-41 Ramp 1 aanlooptijd.
Selecteert een van de vier setups. Stel par.
0-10 in op Multi setup.
Vergelijkbaar met Setupselectie bit 0 [23].
(Standaard voor digitale ingang 32)
Selecteer Pulsingang wanneer een pulsreeks
wordt gebruikt als referentie of terugkoppe-
MG.11.CA.10 – VLT
0
0
[34] Ramp bit 0
1
0
1
[36] Netstoring
0
geïnv.
1
0
[37] Brandmodus
1
[52] Startvoor-
waarde
[53] Handmatige
start
®
is gedeponeerd handelsmerk van Danfoss
ling. Schaling is mogelijk via parametergroep
5-5*.
Selecteer welke ingang moet worden
gebruikt. Logisch '0' selecteert ramp 1, terwijl
logisch '1' ramp 2 selecteert.
Activeert de ingestelde functie in
Par. 14-10 Netstoring. Netstoring is actief in
een logische '0'-situatie.
Als dit signaal wordt toegepast, zal de
frequentieomvormer in de Brandmodus
worden gezet en zullen alle andere comman-
do's worden genegeerd. Zie 24-0* Brandmo-
dus.
De ingangsklem waarvoor Startvoorwaarde is
geprogrammeerd, moet logisch '1' zijn om
een startcommando te kunnen accepteren.
Startvoorwaarde heeft een logische 'AND'-
functie die gerelateerd is aan de klem die is
geprogrammeerd voor Start [8], Jog [14] of
Uitgang vasth. [20], wat betekent dat aan
beide voorwaarden moet zijn voldaan
voordat de motor kan worden gestart. Als
Startvoorwaarde is geprogrammeerd op
meerdere klemmen, mag Startvoorwaarde
slechts op een van de klemmen logisch '1'
zijn; anders wordt de functie niet uitgevoerd.
Het digitale uitgangssignaal voor Startverzoek
(Start [8], Jog [14] of Uitgang vasth. [20]) dat is
geprogrammeerd in par. 5-3* of par. 5-4* zal
niet worden beïnvloed door Startvoorwaarde.
NB
Als er geen Startvoorwaarde-signaal
wordt toegepast, maar wel het
commando Start, Jog of Uitgang
vasth. wordt gegeven, zal de status-
regel op het display respectievelijk
Startverzoek, Jog-verzoek of
Vasthoudverzoek vermelden.
Als dit signaal wordt toegepast, zal de
frequentieomvormer in de handmodus
worden gezet alsof de [Hand on]-toets op het
LCP werd ingedrukt. Hierbij zal een normaal
stopcommando worden genegeerd. Als het
signaal wordt weggenomen, zal de motor
stoppen. Om een ander startcommando
geldig te maken, moet een andere digitale
ingang worden toegewezen aan Autostart en
moet hierop een signaal worden toegepast.
De toetsen [Hand on] en [Auto on] op het LCP
hebben geen invloed. Met de [Off]-toets op
het LCP worden Handmatige start en Autostart
onderdrukt. Druk op de toets [Hand on] of
[Auto on] om Handmatige start en Autostart
weer te activeren. Als noch op Handmatige
start noch op Autostart een signaal wordt
toegepast, zal de motor stoppen ongeacht