92 Elektrische installatie
Motorkabel
6. Snijd een geschikt gat in de rubberen doorvoertule. Schuif de doorvoertule op de
kabel.
7. Maak de uiteinden van de voedings- en motorkabels gereed zoals in de figuur
geïllustreerd. Als u aluminium kabels gebruikt, doe dan vet aan de gestripte
aluminium kabel voordat u deze aansluit op de omvormer. Er worden in de figuren
(7a, 7b) twee verschillende types motorkabel getoond.
Opmerking: De blote afscherming moet over 360 graden geaard worden. Markeer
de pigtail die van de afscherming gemaakt is, als PE-geleider met een gele-en-
groene kleur.
6
7b
PE
8. Schuif de kabels door de gaten in de doorvoerplaat en bevestig de doorvoertules
in de gaten (de motorkabel rechts en de voedingskabel links).
9. Sluit de motorkabel aan:
•
Aard de kabelafschermingen over 360 graden onder de aardklemmen.
•
Sluit de getwiste afscherming van de kabel aan op de aardklem (9a).
•
Sluit de fasegeleiders van de kabel aan op de T1/U, T2/V en T3/W klemmen.
Draai de schroeven vast tot het aanhaalmoment gegeven in de figuur (9b).
Opmerking 1 voor frames R8...R9: Als u slechts één geleider op de connector
aansluit, raden we u aan om deze onder de bovenste drukplaat te plaatsen.
7a
PE