Audiovoorzieningen gebruiken
Op de systeemplaat van uw computer is een digitale audiocontroller ingebouwd.
De audiocontroller op de systeemplaat ondersteunt Sound Blaster-toepassingen
en is compatibel met het Microsoft Windows Sound System. De audio-ingangen
van uw computer zijn mini-aansluitingen met een doorsnede van 3,5 mm.
Het volume regelen
U kunt het volume op verschillende manieren regelen:
• De softwarematige volumeregelaar is toegankelijk via het pictogram met de
luidspreker op de taakbalk, in de rechterbenedenhoek van het bureaublad van
Windows.
– Als u één keer op het luidsprekerpictogram klikt, verschijnt de
volumeregelaar. Sleep de volumeregelaar met de muis naar boven of
beneden om het gewenste volume in te stellen of selecteer het vakje
Dempen om het geluid uit te schakelen.
– Als u dubbelklikt op het luidsprekerpictogram, wordt het programma
Volumeregeling gestart en verschijnt het hoofdvenster. Met de instellingen
in dit venster kunt u het volume voor elk type audio-indeling afzonderlijk
instellen.
• Als u een Rapid Access-toetsenbord gebruikt, kunt u het volume tevens
softwarematig instellen met de volumeregelaar in de rechterbovenhoek van
het toetsenbord.
Geluid opnemen en afspelen
Procedures voor het opnemen en afspelen van geluid zijn per programma
verschillend. U kunt bijvoorbeeld geluid opnemen met het programma
Geluidsrecorder dat bij het besturingssysteem is inbegrepen. Raadpleeg de
documentatie bij het besturingssysteem voor informatie en instructies.
Opmerking:Als u bij het opnemen te maken krijgt met storingen of rondzingen
van de luidsprekers, kunt u proberen het opnamevolume te
verminderen.
21