Ga voor meer informatie over de FOSS die mogelijk in dit product is gebruikt, naar onze FOSS-website op hillrom.com/opensource. Indien nodig is er een exemplaar van de FOSS-broncode beschikbaar op onze FOSS-website.
Pagina 4
Eerste editie, 2020-10 Eerste druk, 2020 Bluetooth® is een gedeponeerd handelsmerk van Bluetooth SIG, Inc. Hillrom™ is een handelsmerk of gedeponeerd handelsmerk van Hill-rom Services, Inc. Maximus™, Smart-Filter™, Synclara™ en Volara™ zijn handelsmerken of gedeponeerde handelsmerken van Hill-Rom Services PTE Ltd.
Pagina 5
Naslagdocumenten Onderhoudshandleiding voor Maximus™-, Volara™- en Synclara™-systemen voor het vrijmaken van de luchtwegen (194922) Instructieblad patiëntcircuit voor één patiënt van het Volara™-systeem (206703) Montage-instructies voor standaard en paalklem (M08177) van Maximus™-, Volara™- en Synclara™-systemen (209109) Montage-instructies voor paalklem (M08235) van Maximus™-, Volara™- en Synclara™-systemen (208011) Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Pagina 6
OPMERKINGEN: Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Inhoudsopgave Revisie ............i Indicaties voor gebruik.
Pagina 8
Inhoudsopgave Volara™-therapie in de handmatige modus ....33 Basisweergave in handmatige modus ....33 Een therapie starten in de handmatige modus .
Pagina 9
Inhoudsopgave De batterij opladen........73 Pulsoximeter .
Pagina 10
Inhoudsopgave Opslag en gebruik ..........97 Verzending en verpakking.
INDICATIES VOOR GEBRUIK Het Volara™-systeem wordt geïndiceerd voor de mobilisatie van secreet, longexpansietherapie en de behandeling en preventie van longatelectase. Het systeem kan tevens extra zuurstof toedienen wanneer het wordt gebruikt met een zuurstoftoevoer. ATIËNTPOPULATIE Het Volara™-systeem is bedoeld voor het toedienen van therapie aan volwassenen en kinderen ouder dan 2 jaar in de acute zorgomgeving.
Belangrijke informatie BELANGRIJKE INFORMATIE Deze paragraaf bevat informatie over het Volara™-systeem: • Werkingsprincipe (zie pagina 2) • Contra-indicaties (zie pagina 3) Het is belangrijk dat u de informatie in deze paragraaf leest en begrijpt voordat u het systeem gebruikt. ESCHRIJVING VAN DE WERKING Het Volara™-systeem biedt een behandeling die de mobilisatie van secretie bevordert en helpt om lokale atelectase te voorkomen of verhelpen.
Belangrijke informatie ONTRA INDICATIES CONTRAINDICATION: Contra-indicatie — Als de toestand van de patiënt zodanig is dat het gebruik van het systeem een risico vormt voor de patiënt, mag u het systeem niet gebruiken. Anders kan ernstig letsel of de dood het gevolg zijn.
Symbolen en acroniemen SYMBOLEN EN ACRONIEMEN OCUMENTSYMBOLEN In deze handleiding worden verschillende lettertypen en symbolen gebruikt om de tekst gemakkelijker leesbaar en duidelijker te maken: • Standaardtekst: wordt gebruikt voor basisinformatie. • Vetgedrukte tekst: accentueert een bepaald woord of tekstgedeelte. •...
Pagina 15
Symbolen en acroniemen Symbool Definitie Volg de bedieningsinstructies Classificatie voor bescherming tegen binnendringen conform IEC 60259 Unieke apparaatidentificatiegegevens Apparatuur van type B met een toegepast onderdeel van type F volgens EN 60601-1 Apparatuur van klasse II (dubbel geïsoleerd) volgens EN60601-1 Het Volara™-systeem is conform de Europese Richtlijn voor medische apparatuur 93/42/EEG.
Pagina 16
Symbolen en acroniemen Symbool Definitie Geeft een vervangbare zekeringskoppeling in een elektronisch circuit aan. Catalogusnummer Niet-steriel Gebruik door één patiënt Voorschrift van arts vereist Veilige werklast — inclusief het gewicht van de regeleenheid en accessoires zoals patiëntcircuits Massa van de medische apparatuur Massa (in kilogram (kg)) van de medische apparatuur inclusief de massa van de regeleenheid, accessoires, patiëntcircuits en de...
Pagina 17
Symbolen en acroniemen Symbool Definitie USB-poort Aan/uit-knop Bevat geen natuurlijke rubberlatex Temperatuur voor transport en opslag Relatieve vochtigheid voor transport en opslag Atmosferische druk voor transport en opslag Breekbaar Deze kant boven Droog houden Stapelbeperking. Het maximumaantal identieke pakketten dat op het onderste pakket kan worden gestapeld.
Symbolen en acroniemen LGEMENE SCHERMSYMBOLEN De volgende symbolen worden al dan niet gebruikt op het aanraakscherm: Symbool Beschrijving Het systeem is aangesloten op de netvoeding en wordt niet gevoed door de batterij. Het systeem wordt gevoed door de batterij. Het systeem is verbonden met een WiFi-netwerk. Het systeem verzendt gegevens naar het verbonden WiFi-netwerk.
Veiligheidsinstructies VEILIGHEIDSINSTRUCTIES Bij het gebruik van elektronische producten, zeker wanneer er kinderen in de buurt zijn, moeten altijd elementaire voorzorgsmaatregelen worden getroffen, waaronder de volgende belangrijke veiligheidsmaatregelen. LEES VÓÓR GEBRUIK ALLE INSTRUCTIES DOOR Training wordt verzorgd door een door Hill-Rom gekwalificeerde trainer of respiratoir therapeut voordat de gebruiker het systeem gebruikt voor toediening van therapie.
Pagina 21
Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING: (Waarschuwingen, vervolg) Neem alle waarschuwingen in de handleiding in acht en ook onderstaande waarschuwingen om letsel en/of schade aan de apparatuur te voorkomen: • Waarschuwing — Bij therapie bij kinderen is toezicht van een volwassene nodig. • Waarschuwing — Goed toezicht is gedurende de gehele behandeling nodig wanneer dit product wordt gebruikt door kinderen of patiënten met lichamelijke beperkingen of beperkte cognitieve vaardigheden.
Pagina 22
Veiligheidsinstructies WAARSCHUWING: (Waarschuwingen, vervolg) Neem alle waarschuwingen in de handleiding in acht en ook onderstaande waarschuwingen om letsel en/of schade aan de apparatuur te voorkomen: • Waarschuwing —Gebruik alleen door Hill-Rom goedgekeurde luchtslangen en accessoires om allergische huidreacties te voorkomen. •...
Pagina 23
Veiligheidsinstructies LET OP: Neem alle aandachtspunten in de handleiding in acht en ook onderstaande waarschuwingen om schade aan de apparatuur te voorkomen: • Let op — Lees vóór gebruik de gebruiksaanwijzing. • Let op — Blokkeer de luchtopeningen van het systeem niet en plaats het niet op een zacht oppervlak, zoals een bed of bank, waar de luchtopeningen kunnen worden geblokkeerd.
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten HET PATIËNTCIRCUIT MONTEREN EN AANSLUITEN WAARSCHUWING: Ter voorkoming van letsel en/of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen op te volgen: • Waarschuwing — Gebruik het systeem niet als er geen Smart-Filter™ op het systeem is aangesloten.
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten ET PATIËNTCIRCUIT AANSLUITEN WAARSCHUWING: Waarschuwing — Het patiëntcircuit is uitsluitend bedoeld voor gebruik bij één patiënt. Gebruik altijd een nieuw patiëntcircuit wanneer u het systeem bij een nieuwe patiënt gebruikt. Als u dit niet doet, kan dit tot kruisbesmetting leiden.
Pagina 29
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten Lijn het grootste uiteinde van het Smart- Filter™ (B) uit op de therapiepoort op de regeleenheid. Draai het Smart-Filter™ (B) voorzichtig vast op de therapiepoort. OPMERKING: Zorg ervoor dat het matglazen gedeelte van het Smart-Filter™ de therapiepoort volledig bedekt.
Pagina 30
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten Sluit de betreffende patiëntinterface aan: • Mondstuk (H) — Plaats het mondstuk (H) in de uitgangspoort van de doorzichtige adapter voor spontane ademhaling (G) en draai het vast. • Gezichtsmasker (J) — Steek de adapter (I) in de uitgangspoort van de doorzichtige adapter voor spontane ademhaling (G) en...
Pagina 31
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten Het patiëntcircuit aansluiten op een zuurstofbron WAARSCHUWING: Ter voorkoming van letsel en/of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen op te volgen: • Waarschuwing — Sluit het systeem niet aan op een niet-geregelde of hogedrukzuurstofbron.
Het patiëntcircuit monteren en aansluiten De vernevelaarset monteren en medicatie toevoegen LET OP: Let op — Het vulvolume van de vernevelaarbeker is 2 tot 10 ml. Overschrijd deze limieten niet tijdens het vullen van de beker. OPMERKING: Een vulvolume van 2,5 ml medicatie zorgt naar verwachting voor 10 minuten verneveling.
De regeleenheid instellen en inschakelen Sluit het andere uiteinde van de vernevelaarslang aan onder op de vernevelaarbeker. Sluit de adapter (22 mm x 22 mm) aan op de vernevelaarpoort van de transparante adapter voor spontane ademhaling of de blauwe beademingsadapter. Als u een mondstuk of gezichtsmasker gebruikt of het patiëntcircuit rechtstreeks aansluit op een...
Pagina 34
Plaats de linkerzijde van de batterij totdat de batterij op zijn plaats vastklikt. Houd de Aan/uit-knop op de regeleenheid ten minste 5 seconden ingedrukt. Het Hillrom-scherm wordt weergegeven. Zie ‘Volara™-therapie’ op pagina 26 om een therapie te starten. Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
De regeleenheid uitschakelen en het systeem opbergen DE REGELEENHEID UITSCHAKELEN EN HET SYSTEEM OPBERGEN Wanneer de therapie is voltooid, voert u de volgende stappen uit: Houd de Aan/uit-knop ten minste 5 seconden ingedrukt. • Als het systeem op netspanning werkt, schakelt het systeem over naar de slaapstand.
Volara™-therapie VER HET MENU PTIES Optie Beschrijving Home — Hiermee gaat u naar het hoofdmenu. Care Plan (Zorgplan) — Hiermee opent u de vooraf ingestelde therapie- instellingen. Device Settings (Inst vh appraat) — Hiermee opent u de instellingen voor apparaatbeheer, schakelt u klinische toegang in, haalt u logboeken op en configureert u verbindingen met accessoires.
Volara™-therapie EN THERAPIE STARTEN OPMERKINGEN: • Gebruik altijd de door de arts voorgeschreven instellingen. • Gebruik het aanraakscherm niet met natte vingers, omdat dit de reactietijd van het scherm vermindert. • Voor thuisgebruik is de maximale drukinstelling 50 cmH2O. Volara™-therapie is beschikbaar in zowel de automatische als de handmatige modus.
Volara™-therapie Volg de stappen voor elke therapiemodus: • Automatische modus — zie ‘Volara™-therapie in de automatische modus’ op pagina 29. • Handmatige modus — zie ‘Volara™-therapie in de handmatige modus’ op pagina 33. ™- OLARA THERAPIE IN DE AUTOMATISCHE MODUS Basisweergave in automatische modus Onderdeel Beschrijving Onderdeel Beschrijving...
Volara™-therapie Een therapie starten in de automatische modus OPMERKING: Voordat u een therapie start, moet u controleren of u het juiste patiëntcircuit op het systeem hebt aangesloten. Zie ‘Het patiëntcircuit aansluiten’ op pagina 18. Druk op Automatic (Automatisch). • Scan de ID-barcode van de patiënt met de gekoppelde barcodelezer wanneer daarom wordt gevraagd.
Pagina 41
Volara™-therapie • Tijdens de therapie kunt u een therapie pause (pauze) of stop. Of u kunt op Resume (Hervttn) drukken om door te gaan met een gepauzeerde therapiesessie. OPMERKING: Als een therapie langer dan 3 minuten wordt gepauzeerd, stopt de therapie en wordt er een waarschuwingsbericht weergegeven.
Volara™-therapie De instellingen voor hoestpauze aanpassen OPMERKING: Alleen van toepassing op vooraf ingestelde therapieplannen. Druk op Automatic (Automatisch). • Scan de ID-barcode van de patiënt met de gekoppelde barcodelezer wanneer daarom wordt gevraagd. Zie pagina 56 voor instructies voor het koppelen. Voordat u de therapie start, veegt u het tabblad Options (Opties) naar links en drukt u op Care Plan (Zorgplan).
Volara™-therapie ™- OLARA THERAPIE IN DE HANDMATIGE MODUS WAARSCHUWING: Waarschuwing — Door de complexiteit van het apparaat wordt de handmatige modus standaard vergrendeld en is deze alleen bedoeld voor ervaren gebruikers die hebben aangetoond dat ze competent zijn in het werken met het apparaat nadat ze klinische training hebben gekregen.
Pagina 44
Volara™-therapie Waarden voor Aantal fasen geleverd hartslag en voor elke CPEP- of pulsoximeter CHFO-fase (alleen beschikbaar als er een pulsoximeter is aangesloten.) Start/stop-knop Therapietijd voor de huidige CPEP- of CHFO-fase Freq. CHFOregeling Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Volara™-therapie Een therapie starten in de handmatige modus OPMERKING: Voordat u een therapie start, moet u controleren of u het juiste patiëntcircuit op het systeem hebt aangesloten. Zie ‘Het patiëntcircuit aansluiten’ op pagina 18. Druk op Manual (Handm). • Scan de ID-barcode van de patiënt met de gekoppelde barcodelezer wanneer daarom wordt gevraagd.
Pagina 46
Volara™-therapie • Druk indien nodig op de knop CHFO Freq. (Freq. CHFO) en selecteer de gewenste frequentie. GUI-kaart Pg 49 BM1.11 • Als u een vernevelaar gebruikt, drukt u op het pictogram van de vernevelaar om de therapie met een vernevelaar in te schakelen.
Pagina 47
Volara™-therapie Druk op Stop als de therapiesessie is voltooid. Het therapieoverzicht wordt weergegeven. Noteer het aantal behandelsessies dat is voltooid met het aangesloten patiëntcircuit. Aantal keren dat het patiëntcircuit is gebruikt Maximaal aantal keren dat het patiëntcircuit kan worden gebruikt Druk op Back (Terug) om terug te keren naar het vorige therapiescherm.
Volara™-therapie ™- OLARA THERAPIE MET EEN BEADEMINGSAPPARAAT LINE WAARSCHUWING: Volg deze waarschuwingen op om te voorkomen dat de patiënt letsel oploopt en/of de apparatuur beschadigd raakt: • Waarschuwing — Alleen personen die getraind zijn om het Volara™- systeem en beademingsapparatuur te gebruiken, mogen de therapie uitvoeren op patiënten die beademd worden.
Pagina 49
Volara™-therapie Vul de vernevelaar met de betreffende voorgeschreven medicatie of zoutoplossing. Zie ‘De vernevelaarset monteren en medicatie toevoegen’ op pagina 22. • Als de verstuiver niet wordt gebruikt, zorg er dan voor dat de dop van handset goed vastzit zodat de vernevelaarpoort op de blauwe beademingsadapter is afgedekt.
Volara™-therapie ™- EAVANCEERDE INSTELLINGEN VOOR OLARA THERAPIE Met deze instellingen kunt u een vooraf ingestelde therapie maken, wijzigen, hernoemen en verwijderen. Een nieuw vooraf ingesteld therapieplan maken OPMERKING: Alleen beschikbaar als Clinical Access (Klinisch toegng) is ingeschakeld. Zie pagina 52. Druk op Automatic (Automatisch).
Pagina 51
Volara™-therapie OPMERKING: De standaard druklimieten voor elke nieuwe fase zijn: • CPEP — 25 cmH2O • CHFO — 50 cmH2O of de limiet die is ingesteld in Clinical Access (Klinisch toegng) • NEB — 5 cmH2O Druk op de pijl omlaag en selecteer de gewenste optie: •...
Pagina 52
Volara™-therapie WAARSCHUWING: Waarschuwing — Verhoog de drukinstellingen niet voorbij het voorschrift van de arts. Overschrijding van de voorgeschreven drukinstellingen kan leiden tot een klaplong oftewel pneumothorax. Beperk het gebruik van hoge drukken die hoger zijn dan 50 cmH2O bij pediatrische patiënten. Gebruik de knop + of - om de instelling aan te passen.
Volara™-therapie 11. Als u de wijzigingen hebt aangebracht, drukt u op Done (Klaar). Het therapiescherm wordt weergegeven. OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen. Zie pagina 52. Druk op Device (Apprt) en druk op Controls (Knoppen).
Pagina 54
Volara™-therapie Druk op Modify (Aanpas) wanneer u daarom wordt gevraagd. Veeg naar rechts of links om de fase te selecteren die u wilt wijzigen. Druk op de pijl omlaag en selecteer de optie die u wilt wijzigen: • CPEP — Hiermee wijzigt u de therapiedruk en de therapieduur en schakelt u het gebruik van een verstuiver in of uit.
Pagina 55
Volara™-therapie WAARSCHUWING: Waarschuwing — Verhoog de drukinstellingen niet voorbij het voorschrift van de arts. Overschrijding van de voorgeschreven drukinstellingen kan leiden tot een klaplong oftewel pneumothorax. Beperk het gebruik van hoge drukken die hoger zijn dan 50 cmH2O bij pediatrische patiënten. Gebruik de knop + of - om de instelling aan te passen.
Pagina 56
Volara™-therapie Wanneer alle aanpassingen zijn uitgevoerd, drukt u op Therapy (Thrapie) om af te sluiten. 11. Druk op Done (Klaar) om alle wijzigingen te bevestigen. Het therapiescherm wordt weergegeven. OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen.
Volara™-therapie De naam van een vooraf ingesteld therapieplan wijzigen Selecteer het vooraf ingestelde therapieplan waarvan u de naam wilt wijzigen. Houd het therapieplan ingedrukt totdat het toetsenbord op het scherm wordt weergegeven. Gebruik het schermtoetsenbord om 5 alfanumerieke tekens voor de nieuwe naam in te voeren.
Volara™-therapie Een vooraf ingesteld therapieplan verwijderen OPMERKING: Alleen beschikbaar als Clinical Access (Klinisch toegng) is ingeschakeld. Zie pagina 52. Druk op Automatic (Automatisch). Veeg het tabblad Options (Opties) naar links en druk op Care Plan (Zorgplan). Selecteer het vooraf ingestelde therapieplan dat u wilt verwijderen.
Pagina 59
Volara™-therapie OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen. Zie pagina 52. Druk op Device (Apprt) en druk op Controls (Knoppen). Schuif Clinical Access (Klinisch toegng) naar OFF. Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Instellingen van het apparaat INSTELLINGEN VAN HET APPARAAT Veeg het tabblad Options (Opties) naar links en druk op Device Settings (Inst vh appraat). In Device Settings (Inst vh appraat) kunt u het volgende doen: • Helderheid van het scherm aanpassen •...
Instellingen van het apparaat E DATUM EN TIJDINSTELLINGEN AANPASSEN Druk op Device (Apprt) en vervolgens op Date-Time (Dtum-tijd). Verplaats de schuifregelaar om de gewenste instelling voor elk item te selecteren. Als u de tijdzone wilt wijzigen, drukt u op Modify (Aanpas). Blader omhoog of omlaag om de juiste tijdzone te selecteren en druk op Save (Opsln).
Instellingen van het apparaat LINISCHE TOEGANG IN OF UITSCHAKELEN Met klinische toegang hebben bevoegde personen in de instelling toegang tot de volgende functies en kunnen deze worden ingesteld: • De maximale druklimiet die beschikbaar is voor de gebruiker • Vooraf ingestelde therapie-instellingen wijzigen •...
Instellingen van het apparaat OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen. Druk op Controls (Knoppen) en schuif Clinical Access (Klinisch toegng) naar OFF. Druk op Home om af te sluiten. OEGANG TOT DE HANDMATIGE MODUS IN OF UITSCHAKELEN WAARSCHUWING:...
Instellingen van het apparaat • Als u de toegang wilt uitschakelen, schuift u de instelling naar OFF. OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen. Zie pagina 52. Druk op Controls (Knoppen) en schuif Clinical Access (Klinisch toegng) naar OFF.
Pagina 65
Instellingen van het apparaat De standaard ingestelde bovenste druklimiet wordt op het scherm weergegeven. OPMERKING: De instellingen van het drukbeheer geven het volgende aan: • Pressure Ceiling (PC) (Druk) — De maximale therapiedruk die door de gebruiker kan worden geselecteerd in de handmatige modus of bij het wijzigen van een vooraf ingesteld plan.
Instellingen van het apparaat EN BARCODELEZER OF PULSOXIMETER AANSLUITEN OPMERKINGEN: • Alleen beschikbaar als Clinical Access (Klinisch toegng) is ingeschakeld. Zie pagina 52. • Voor Bluetooth®-detectie moet de barcodelezer of pulsoximeter binnen één meter van het systeem zijn geplaatst. Schakel de regeleenheid en het apparaat in om te koppelen. Druk op Device (Apprt) en druk op Controls (Knoppen).
Pagina 67
Instellingen van het apparaat Zodra het apparaat is gekoppeld, wordt een vinkje weergegeven naast de apparaatnaam in de lijst met Available Devices (Beschikb apparatn). OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen kunnen aanpassen.
Instellingen van het apparaat ERBINDING MAKEN MET EEN NETWERK ALLEEN BESCHIKBAAR IN DE Deze functie is alleen beschikbaar op systemen die zijn besteld met WiFi- functionaliteit. OPMERKINGEN: • Na de eerste verbinding maakt de WiFi automatisch verbinding wanneer het Volara™-systeem wordt ingeschakeld en zich binnen het bereik van het WiFi-netwerk bevindt.
Instellingen van het apparaat Selecteer het netwerk waarmee u verbinding wilt maken. Gebruik het schermtoetsenbord om het netwerkwachtwoord bij Password in te voeren. Druk op Enter (Inv.) om de invoer te bevestigen. Of druk op Cancel (Annul.). Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, wordt er een groen vinkje naast de naam van het toegangspunt weergegeven.
Pagina 70
Instellingen van het apparaat Druk op Connect (Vrbindn). Druk op WiFi en schuif de instelling naar Druk op Scan om de beschikbare draadloze netwerken te zoeken. Afhankelijk van het aantal beschikbare netwerken kan de scan enkele minuten duren. Als u klaar bent, wordt een lijst met draadloze netwerken weergegeven.
Instellingen van het apparaat Verbinding maken met een bedrijfsnetwerk Veeg het tabblad Options (Opties) naar links en druk op Device Settings (Inst vh appraat). Druk op Connect (Vrbindn). Druk op WiFi en schuif de instelling naar Druk op Scan om te zoeken naar beschikbare draadloze netwerken.
Instellingen van het apparaat Wanneer de verbinding tot stand is gebracht, wordt er een groen vinkje naast de naam van het toegangspunt weergegeven. OPMERKING: Zie ‘De netwerkinstellingen configureren’ op pagina 62 voor het invoeren van specifieke serverinstellingen. • Als de verbinding niet tot stand is gebracht, wordt een foutbericht weergegeven.
Instellingen van het apparaat Selecteer elk veld en gebruik het toetsenblok op het scherm om de instellingen in te voeren voor: • IP Address (IP-adres) • Gateway • Subnet • Nadat u alle gegevens hebt ingevoerd, drukt u op het gele gemarkeerde veld van uw laatste invoer om het toetsenblok te sluiten.
Pagina 74
Instellingen van het apparaat Schuif de serveroptie naar EMR. Selecteer elk veld en gebruik het toetsenblok op het scherm om de instellingen in te voeren voor: • Server IP (Server-IP) • Poortnummer • NTP IP (NTP-IP) Nadat u alle gegevens hebt ingevoerd, drukt u op het gele gemarkeerde veld om het toetsenblok te sluiten.
Instellingen van het apparaat OGBOEKEN OPHALEN U kunt therapielogbestanden en foutenlogboeken van dit systeem ophalen. OPMERKING: Voordat u begint, formatteert u het USB-station naar de FAT16- of FAT32- indeling op uw computer. Hiermee verwijdert u alle informatie die momenteel op het USB-station is opgeslagen. De therapielogbestanden ophalen Veeg het tabblad Options (Opties) naar links en druk op Device Settings (Inst vh...
Instellingen van het apparaat Druk op Return (Terug) om terug te gaan naar het scherm Data. Druk op Home om af te sluiten. Het foutenlogboek ophalen Veeg het tabblad Options (Opties) naar links en druk op Device Settings (Inst vh appraat).
Instellingen van het apparaat Druk op Return (Terug) om terug te gaan naar het scherm Data. Druk op Home om af te sluiten. PPARAATINSTELLINGEN IMPORTEREN EN EXPORTEREN U kunt de instellingen van het ene systeem exporteren en de instellingen in een ander systeem importeren. OPMERKINGEN: •...
Instellingen van het apparaat • Instellingen importeren Druk bij Device Settings (Inst vh appraat) op Import (Importeren). Wanneer de instellingen met succes zijn geïmporteerd, verschijnt er een bevestigingsbericht en wordt het systeem opnieuw opgestart. OPMERKING: Schakel Clinical Access (Klinisch toegng) uit nadat u de instellingen hebt aangepast om te voorkomen dat onbevoegde personen de instellingen...
Accessoires ERVANGBARE BATTERIJ Gebruik alleen de door Hill-Rom goedgekeurde batterij (194566S). Het Volara™-systeem kan worden gevoed door een lithium-ionbatterij als er geen netvoeding beschikbaar is. Een volledig opgeladen nieuwe batterij kan 6 sessies van een typische Volara™-therapie ondersteunen. WAARSCHUWING: Volg deze waarschuwingen op om te voorkomen dat de patiënt letsel oploopt en/of de apparatuur beschadigd raakt: •...
Accessoires Als u de regeleenheid terugstuurt voor reparaties, moet u niet de batterij meesturen, tenzij de klantenservice dit specifiek vraagt. De batterij plaatsen Draai de patiëntcircuithouder opzij om toegang te krijgen tot het batterijvak. Verwijder het batterijdeksel (indien gemonteerd). Plaats eerst de rechterzijde van de batterij (met LED-indicator) in het batterijcompartiment.
Pagina 82
Accessoires Wanneer de vervangbare batterij in de regeleenheid is geplaatst, wordt het batterijsymbool op het aanraakscherm weergegeven. Het batterijsymbool toont het batterijniveau: Symbool Batterijstatus De batterijlading is laag. De batterij wordt opgeladen. De batterij is 25% opgeladen. De batterij is 50% opgeladen. De batterij is 75% opgeladen.
Accessoires U kunt ook de batterijlading van de batterij controleren. Druk hiervoor op de knop naast de LED-indicator. Led-indicator Batterijstatus Vier groene vakjes De batterij is volledig opgeladen. Knipperende vakjes De batterijlading is laag. Knipperende vakjes wanneer de De batterij wordt opgeladen. regeleenheid is aangesloten op netvoeding.
Accessoires ULSOXIMETER OPMERKING: Gebruik alleen de door Hill-Rom goedgekeurde pulsoximeter (196694). De pulsoximeter is verbonden met het Volara™-systeem via Bluetooth®. De pulsoximeter bewaakt het zuurstofgehalte in het bloed en de hartslag (pols) van de patiënt. Wanneer de pulsoximeter is aangesloten, kunt u de meetwaarden bekijken op het aanraakscherm van de regeleenheid.
Accessoires OBIELE STANDAARD EN PAALKLEMEENHEID OPMERKING: Gebruik alleen de door Hill-Rom goedgekeurde mobiele standaard (M08177) en paalklemeenheid (M08235). De standaard monteren Vergrendel de zwenkwielen om te voorkomen dat de onderkant van de standaard beweegt. Plaats de paal met wagen in de onderkant van de standaard.
Pagina 86
Accessoires Plaats de bovenste paal in de onderkant van de standaard. Zorg ervoor dat de groef is uitgelijnd met de opening op de onderste paal. Gebruik de inbussleutel om de paal vast te zetten. Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Accessoires De lade en de paalklem monteren Let op de geleider aan de achterkant van de lade. Draai de lade ondersteboven en bevestig de paalklem aan de lade met de meegeleverde onderdelen uit de set. Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Accessoires De regeleenheid op de wagen en standaard monteren Bepaal op welke plek u de lade wilt monteren. Draai de knop op de paalklem rechtsom om de lade op zijn plaats op de wagen te houden. Plaats de regeleenheid op de lade. Zorg ervoor dat de schroefgaten aan de onderkant van de regeleenheid zijn uitgelijnd met de schroefgaten in de lade.
Accessoires De standaard verplaatsen LET OP: Neem deze aandachtspunten in acht om schade aan de apparatuur te voorkomen: • Let op — Duw of trek niet aan de regeleenheid als deze is aangesloten op de zuurstofbron. • Let op — Trek niet aan de regeleenheid met behulp van de beademingsslang of de slang van het circuit tijdens transport.
Pagina 90
Accessoires Volara™-systeem Gebruiksaanwijzing (196654NL REV 1)
Vervangende onderdelen en sets VERVANGENDE ONDERDELEN EN SETS NDERDELEN VAN REGELEENHEID Beschrijving Onderdeelnummer Deksel van batterijvak 194779 Schuimset, luchtinlaatfilter 203923 Schuimset, vernevelaarfilter 202909 Zekering, 4 A 250 V 207914 Haak van patiëntcircuit 203042S Dop van de therapiepoort 196680 Netsnoer, 3 m 181995 ATIËNTCIRCUITS Beschrijving...
Schoonmaken en desinfecteren SCHOONMAKEN EN DESINFECTEREN LET OP: Let op — Gebruik alleen geregistreerde chemicaliën van de Environmental Protection Agency (EPA) voor het reinigen of desinfecteren van het Volara™-systeem (alleen VS). E REGELEENHEID EN STANDAARD REINIGEN WAARSCHUWING: Waarschuwing — Als de netvoeding niet van het systeem wordt losgekoppeld tijdens de reiniging, kan dit leiden tot letsel of schade aan de apparatuur.
Schoonmaken en desinfecteren Klasse chemische stof Actieve stof Quaternaire Didecyldimethylammoniumchloride ammoniumchloride Alkyldimethylbenzylammoniumchloride Alcohol/Quaternaire Di-isobutylfenoxyethoxyethyl ammoniumchloride Dimethylbenzylammoniumchloride Isopropanol Laat de onderdelen volledig drogen vóór gebruik. EINIG HET PATIËNTCIRCUIT VOOR EENMAAL GEBRUIK EBRUIK IN INSTELLINGEN EN ZIEKENHUIZEN WAARSCHUWING: Ter voorkoming van infectie bij de patiënt en/of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen op te volgen: •...
Schoonmaken en desinfecteren EINIG HET PATIËNTCIRCUIT VOOR EENMALIG GEBRUIK HUISGEBRUIK WAARSCHUWING: Ter voorkoming van infectie bij de patiënt of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen en reinigingsinstructies op te volgen: • Waarschuwing — Vervang het Smart-Filter™ als dit beschadigd, zichtbaar vuil of nat is.
Pagina 95
Schoonmaken en desinfecteren Voorbeelden van typische schade aan het Smart-Filter™ Elk van de volgende afbeeldingen toont voorbeelden van mogelijke schade. Deze afbeeldingen tonen niet alle mogelijke soorten schade. Vervuild filter Slijm of vloeistof is bevestigd aan het membraan. Beschadigd filter De externe behuizing van het filter vertoont barsten of er ontbreken stukken.
Schoonmaken en desinfecteren E VERNEVELAARSET REINIGEN OPMERKING: Leg de slang van de vernevelaar niet in water. Koppel de vernevelaarslang los van de medicijnbeker. Verwijder het deksel van de medicijnbeker. Gooi ongebruikte medicatie weg volgens het protocol van de instelling of de instructies van het medicijn. Was alle onderdelen van de vernevelaarset (behalve de vernevelaarslangen) in vloeibaar afwasmiddel en warm water.
Onderhoud ONDERHOUD WAARSCHUWING: Waarschuwing — Ter voorkoming van letsel en/of schade aan de apparatuur mag u geen onderhoud uitvoeren wanneer het systeem in gebruik is. NLAATFILTER Controleer het inlaatfilter elke maand en reinig het indien nodig. Vervang het inlaatfilter om de twaalf (12) maanden. Ga als volgt te werk om het filter te reinigen: Schakel de regeleenheid uit.
Onderhoud ERNEVELAARFILTER Controleer het filter van de vernevelaar elke maand en maak het indien nodig schoon. Vervang het filter van de vernevelaar elke twaalf (12) maanden. Ga als volgt te werk om het filter te reinigen: Schakel de regeleenheid uit. Verwijder het filter van de vernevelaar aan de achterzijde van de regeleenheid.
Onderhoud UTOMATISCHE FIRMWARE UPDATE ALLEEN BESCHIKBAAR IN DE Wanneer er nieuwe firmware beschikbaar is, wordt het pakket automatisch gedownload naar uw Volara™-systeem. U wordt gevraagd de installatie te starten. Noteer voordat u verdergaat hoeveel tijd er nodig is om de firmware- installatie te voltooien.
Verwachte levensduur VERWACHTE LEVENSDUUR De verwachte levensduur van de regeleenheid is vijf jaar vanaf de aankoopdatum. De verwachte levensduur van het patiëntcircuit voor eenmalig gebruik is 30 dagen behandeling of 90 behandelsessies. De verwachte levensduur van de batterij is één jaar vanaf de aankoopdatum.
Probleemoplossing PROBLEEMOPLOSSING WAARSCHUWING: Waarschuwing — Het Volara™-systeem mag uitsluitend worden onderhouden door bevoegd personeel. Als onderhoudswerkzaamheden worden verricht door onbevoegd personeel, kan dit leiden tot lichamelijk letsel of materiële schade. Wijzig dit systeem niet zonder toestemming van de fabrikant. EGELEENHEID WORDT NIET INGESCHAKELD Als de regeleenheid wordt gevoed door netspanning: •...
Probleemoplossing NFORMATIE INDICATOREN Hoorbare en visuele indicatoren laten u weten dat om uw aandacht wordt gevraagd op het systeem. Audiowaarschuwingen Pieptonen geven hoorbare indicaties over de status van het systeem. Waarschuwingspatroon Status Drie pieptonen Uw aandacht is nodig op het systeem. Raadpleeg het aanraakscherm voor meer informatie.
Probleemoplossing Oplossingen voor waarschuwingsberichten Foutcode Doe dit: 001, 002, 003, 004, Schakel de regeleenheid uit en vervolgens weer 005, 006, 008, 010, Controleer of alleen de door Hill-Rom goedgekeurde batterij (194566S) wordt gebruikt. Druk op Return (Terug) nadat u het bericht op het scherm hebt gelezen.
Pagina 104
Probleemoplossing Foutcode Doe dit: Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op de elektrische ingang op het achterpaneel van de regeleenheid. Koppel indien nodig het netsnoer los van de regeleenheid en sluit het vervolgens aan. Zorg ervoor dat de netsnoerstekker goed in een stopcontact zit.
Pagina 105
Probleemoplossing Foutcode Doe dit: Zorg ervoor dat het juiste patiëntcircuit is ingesteld voor de vereiste therapie. Zie pagina 17. Zorg ervoor dat het gezichtsmasker of het mondstuk goed is afgedicht. Controleer de aansluitingen tussen de onderdelen van het patiëntcircuit, de slangen en de regeleenheid op eventuele lekken.
Pagina 106
Probleemoplossing Foutcode Doe dit: Vervang het huidige Smart-Filter™ door een nieuw Smart-Filter. Vervang indien nodig de patiëntcircuitset met het Smart-Filter™. Zie pagina 81. Druk op Return (Terug) nadat u het bericht op het scherm hebt gelezen. Druk op Return (Terug) nadat u het bericht op het scherm hebt gelezen.
Opslag en gebruik OPSLAG EN GEBRUIK Volg deze stappen om het Volara™-systeem op te bergen of te vervoeren: Plaats de dop van de therapiepoort over de therapiepoort. Plaats de regeleenheid in de draagtas. Plaats de onderdelen van het patiëntcircuit in een schone plastic zak. Plaats het netsnoer, de vervangbare batterij, het patiëntcircuit en andere accessoires in de compartimenten van de draagtas.
Opslag en gebruik ERZENDING EN VERPAKKING WAARSCHUWING: Ter voorkoming van letsel en/of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen op te volgen: • Waarschuwing — Verzend de batterij niet als deze meer dan 30% is opgeladen. • Waarschuwing —...
Specificaties OEDINGSVEREISTEN Conditie Bereik Netspanning 100 - 240 V AC Voedingsfrequentie 50 – 60 Hz Voedingsstroom 2,0 - 1,0 A Werkmodus Niet-continu: 5 minuten AAN of 20 minuten UIT bij een CFHO -drukinstelling van 65 cmH2O en hoger Zekering Zekering, 4 A, H 250 V Vervangbare batterij (optioneel) Functie Beschrijving...
Specificaties YSTEEM AFKOELEN LET OP: Let op — Als u de onderstaande richtlijnen voor het afkoelen van het systeem niet opvolgt, kan de apparatuur beschadigd raken. Conditie Afkoelperiode Het systeem werkt gedurende Ten minste 20 minuten 5 minuten continu bij een CHFO- drukinstelling van 65 cmH2O en hoger RAADLOZE COMMUNICATIE...
Specificaties WiFi (optioneel) Voor gebruikers in de VS beschikt het Volara™-systeem ook over een WiFi- module voor het exporteren van systeem- en therapiegegevens in zowel acute als thuiszorgomgevingen. Functie Afmeting WLAN IEEE 802.11a, 802.11b, 802.11g, 802.11n Frequentie 2412 MHz tot 2462 MHz 5180 MHz tot 5240 MHz 5745 MHz tot 5825 MHz Zendvermogen (+/- 2 dBm)
Specificaties Type norm Normen FCC deel 15 subdeel B EN 301 489-1 EN 301 489-17 EN 60601-1-2 IEC 60601-1-2 IEEE C63.27 RTCA DO-160G sectie 20 en 21 Radio FCC deel 15 subdeel C (2,4 GHz) FCC deel 15 subdeel E (5,0 GHz) ETSI EN 300 330 Biocompatibiliteit ISO 10993-1...
Pagina 114
Specificaties (of een andere persoon) om te voorkomen dat de FCC- blootstellingslimieten voor radiofrequenties worden overschreden. Deel 15B nalevingsverklaringen voor digitale apparaten: OPMERKING: Deze apparatuur is getest en voldoet aan de limieten voor een digitaal apparaat van Klasse B, in overeenstemming met Deel 15 van de FCC- regels.
Specificaties ICHTLIJNEN VOOR ELEKTROMAGNETISCHE COMPATIBILITEIT Het Volara™-systeem is geschikt voor de elektromagnetische omgeving van normale thuis-, commerciële of ziekenhuisomgevingen. WAARSCHUWING: Ter voorkoming van letsel en/of beschadiging aan apparatuur is het belangrijk om de volgende waarschuwingen op te volgen: • Waarschuwing — Mobiele RF-communicatieapparatuur (waaronder randapparatuur zoals antennekabels en externe antennes) mag zich niet dichter dan 30 cm (12 inch) bij enig onderdeel van het Volara™- systeem bevinden, inclusief de kabels die door de fabrikant zijn...
Pagina 116
Specificaties Richtlijnen en verklaring van de fabrikant met betrekking tot elektromagnetische emissie Het Volara™-systeem is bestemd voor gebruik in de hieronder beschreven elektromagnetische omgeving. De afnemer of de gebruiker van het Volara™-systeem moet ervoor zorgen dat het systeem alleen wordt gebruikt in de omschreven omgeving. Emissietest Conformiteit Elektromagnetische omgeving –...
Pagina 117
Specificaties Richtlijnen en verklaring van fabrikant met betrekking tot elektromagnetische immuniteit Het Volara™-systeem is bestemd voor gebruik in de hieronder beschreven elektromagnetische omgeving. De afnemer of de gebruiker van het Volara™-systeem moet ervoor zorgen dat het systeem alleen wordt gebruikt in de omschreven omgeving. IEC 60601 Elektromagnetische Immuniteitstest...
Pagina 118
Specificaties Elektromagnetische immuniteit voor draadloze communicatieapparatuur Het Volara™-systeem leverde therapie op normale wijze tijdens tests op immuniteit bij de volgende instellingen: Frequentie (MHz) Testniveau 27 V/m, 50% PM 18 Hz 28 V/m, FM ± 5 kHz,1 kHz 9 V/m, 50% PM 217 Hz 9 V/m, 50% PM 217 Hz 9 V/m, 50% PM 217 Hz 28 V/m, 50% PM 18 Hz...
Prestaties vernevelaar PRESTATIES VERNEVELAAR De volgende specificaties zijn opgesteld naar aanleiding van prestatietests met een achttraps cascade-impactor bij een uitstroom van 12 liter per minuut (l/min) en 28 l/min uitgerust met een USP <601> inductiepoort. Er zijn drie runs uitgevoerd met drie apparaatmonsters tot een totaal van 27 meetmomenten voor elk medicijn.