Inhoudsopgave
Advertenties
Instelling
- - -
STREAM (stroom) 1–6
STM ALARM 1-6
MANUAL (handmatig) 1–6
FAULT (storing)
1. Select MAINTENANCE (onderhoud) > SYSTEM CONFIGURATION
(systeemconfiguratie) > OUTPUT DEVICES (uitgangsapparaten).
2. Selecteer een optie.
Optie
RELAY (relais) 18–20 RELAY (relais)RELAISRELAY (relais)RELAIS 19 zijn ingeschakeld.
POWERED ALL TIME
(altijd bekrachtigd)
OUTPUT (uitgang)
1–8
Tabel 16 Instellingen RELAY (relais)
Beschrijving
Geen instelling
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer een stroomklep wordt
geopend.
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer er een stroomalarm
optreedt.
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer een handbediende
klep wordt geopend.
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer er een systeemstoring
optreedt (normaal bekrachtigd
relais).
Beschrijving
Zie
Tabel
16.
Opmerking: Relais 20 kan niet worden geconfigureerd. Relais 20 is
het storingsrelais.
Als RELAY (relais) 18 of 19 is ingesteld op STREAM (stroom), is het
relais voortdurend ingeschakeld (YES (ja)) of alleen ingeschakeld
wanneer dit nodig is (NO (nee), standaard), bijvoorbeeld wanneer de
monsterpomp vooruit of achteruit werkt.
Hiermee stelt u de voorwaarden in voor het inschakelen van
uitgangen 1-8. Zie
Tabel 16
1-8.
Instelling
CAL (kal)
ALARM
SYNC
MAN MODE TRIG
(trigger handm.
modus)
4-20mA CHNG (wijz.
4-20 mA)
Configuratie
voor het configureren van uitgangen
Beschrijving
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer de kalibratieklep wordt
geopend.
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer een geselecteerde
alarmconditie optreedt. De
alarmcondities worden ingesteld op
het RELAY PROGRAM
(relaisprogramma) . Zie de
volgende stap 3.
Het relais is ingesteld op een
synchronisatierelais. Een
synchronisatierelais wordt gebruikt
om de analyser te synchroniseren
met externe regelapparaten.
Het relais wordt ingeschakeld
wanneer handmatige reacties
(momentaan monstermetingen)
worden gestart via het toetsenbord
of met de optie Manual-AT Line.
Opmerking: De optie Manual-AT Line
is een klein vakje met slechts een
groene knop. De Manual-AT Line-kabel
is aangesloten op de analyser.
Het relais is ingesteld op een
4-20 mA-schakelvlagrelais. Het
relais wordt gedurende
10 seconden ingeschakeld
wanneer door een nieuw resultaat
op een monsterstroom een analoge
outputwaarde wijzigt.
57
Advertenties
Inhoudsopgave
