Inhoudsopgave
Advertenties
3.1 Werkingsrichting en
instrumentenluchttoevoer
Type 3271-5 (zie Fig. 3-1)
Bij de werkingsrichting 'Aandrijfas uitgaand
door veerkracht (FA)' wordt de regeldruk via
de onderste aansluiting instrumentenlucht (S)
in de onderste membraanruimte geleid en
beweegt de aandrijfas (A7) tegen de veer-
kracht in omhoog.
Bij de werkingsrichting 'Aandrijfas ingaand
door veerkracht (FE)' wordt de regeldruk via
de bovenste aansluiting instrumentenlucht (S)
in de bovenste membraanruimte geleid en
beweegt de aandrijfas (A7) tegen de veer-
kracht in omlaag.
Type 3277-5 (zie Fig. 3-2 en Fig. 3-3)
Bij de aandrijving van het type 3277-5
wordt de regeldruk via de zijdelingse borin-
gen links en rechts aan het juk alsook via
een omschakelplaat (A2.1, accessoire, zie
Fig. 3-3) naar de membraanruimte geleid.
Daarbij bepaalt de veilige positie van de
aandrijving (aandrijfas uitgaand of ingaand)
hoe de omschakelplaat naar de markering
(A2.5) gericht moet zijn.
Indien de aandrijving zonder positioner
wordt aangedreven, is in plaats van de om-
schakelplaat een aansluitplaat verplicht
(A2.1, accessoire, zie Fig. 3-3). Hier wordt
de regeldruk direct via de aansluiting instru-
mentenlucht (A2.9) van de aansluitplaat
naar de membraanruimte geleid.
EB 8310-1 NL
Omkering van de werkingsrichting
De werkingsrichting kan zowel voor type
3271 als voor type 3277 worden omge-
keerd, zie hoofdstuk 'Onderhoud en conver-
sie'.
3.2 Veilige positie
Informatie
De hier uitgevoerde veilige posities hebben
betrekking op globe valves van SAMSON.
Bij het verminderen van de regeldruk of bij
uitval van de hulpenergie, bepalen de in de
onderste en bovenste membraanruimte inge-
bouwde veren de werkingsrichting en daar-
mee de veilige positie van het regelventiel.
Uitvoering met handbediening: bij een ac-
tieve handbediening (handwiel staat niet in
de neutrale stand) wordt de veilige positie
ook bij uitval van de hulpenergie niet be-
reikt.
3.2.1
Werkingsrichting FA
Bij het verminderen van de regeldruk of bij
uitval van de hulpenergie bewegen de veren
de aandrijfas omlaag en sluiten het gemon-
teerde globe valve. Het ventiel opent bij een
stijgende regeldruk tegen de veerkracht in.
Opbouw en werking
3-3
Advertenties
Inhoudsopgave
