FLITSSTANDEN
1
Flitsstand
Automatisch flitsen met
rode-ogenreductie
Invulflits
Flitser uit
Invulflits
28
Opname - basishandelingen
Bij het maken van foto's kan de flitser worden gebruikt.
Wilt u de flitsstand selecteren, druk dan op de op-toets
van de stuureenheid (1) achterop de camera totdat de
gewenste flitsstand is verschenen. Druk op de ontspan-
knop om de instelling te bevestigen. De actieve flits-
stand wordt links bovenin de lcd-monitor weergegeven.
Wordt de camera uitgeschakeld terwijl de functie auto
reset (blz. 45) actief is, dan keert de flitsstand terug naar
automatisch flitsen met rode-ogen-reductie wanneer
deze stand de laatst gebruikte stand is; anders keert de
camera terug in de stand voor automatisch flitsen.
Tijdens het opladen van de flitser kan er geen opname
worden gemaakt.
Automatisch flitsen - De flitser wordt bij weinig licht en
tegenlicht automatisch ontstoken.
Rode-ogen-reductie - De flitser geeft voorafgaand aan
de opname meervoudige flitsen af om rode ogen te ver-
minderen, een effect dat wordt veroorzaakt door de
reflectie van flitslicht in het oog. Te gebruiken bij weinig
licht, voor foto's van mensen en dieren; de voorflitsen
doen de pupillen kleiner worden.
Invulflits - Bij elke opname wordt geflitst, ongeacht de
lichtsituatie. Invulflits kan goed worden gebruikt om die-
pe schaduwen op te helderen die het gevolg zijn van
intens en gericht licht of zonneschijn.
Flitser uit - De flitser wordt bij geen enkele opname ont-
stoken. Gebruik deze stand wanneer flitsen verboden is,
wanneer u liever hebt dat het aanwezige licht het onder-
werp verlicht of wanneer het onderwerp zich buiten het
flitsbereik bevindt. Wanneer de flitser is uitgeschakeld
zal bij weinig licht de waarschuwing voor cameratrilling
verschijnen (blz. 22).
FLITSBEREIK - AUTOMATISCHE WERKING
De camera regelt de hoeveelheid flitslicht automatisch. Voor goed belichte opnamen is het noodza-
kelijk dat het onderwerp zich binnen het flitsbereik bevindt. Als gevolg van het optische systeem is
het flitsbereik in de groothoekstand niet gelijk aan het flitsbereik in de telestand. Het flitsbereik is
afhankelijk van de ingestelde cameragevoeligheid (ISO), zie blz. 46).
Groothoekstand
0,2 m ~ 2,4 m
FLITSSIGNALEN
Het lampje boven de lcd-zoeker geeft de flitsstatus aan. Is het lampje
oranje en knippert het snel, dan is de flitser zich aan het opladen en
kan er geen foto worden gemaakt.
WEERGAVETOETS - OPNAMESTAND
De weergavetoets regelt wat de lcd-monitor laat zien. De weergave schakelt elke keer dat de toets
wordt ingedrukt om tussen Volledige weergave en Alleen live-beeld. Wordt de weergavetoets inge-
drukt en ingedrukt gehouden, dan verschijnt het scherm voor aanpassing van de lcd-helderheid, zie
blz. 74.
Monitorweergave
Telestand
0,5 m ~ 2,0 m
Alleen live-beeld
29