6.2
Tijdens de inbedrijfstelling
•
•
De servomotor moet correct functioneren (bijv. geen overbelasting, geen onbedoel-
de toerentalvariaties, geen sterke geluidsontwikkeling, juiste draairichting).
Raadpleeg bij problemen eerst het hoofdstuk "Bedrijfsstoringen" (→ 2 107).
Technische handleiding – CMP40 – CMP112, CMPZ71 – CMPZ100
Inbedrijfstelling
Tijdens de inbedrijfstelling
6
79