Inbedrijfstelling
Opslagomstandigheden
4.2
Transportbeveiliging bevestigen
5
Inbedrijfstelling
5.1
De centrifuge uitpakken
16 / 33
■
Het apparaat moet in de originele verpakking worden bewaard.
■
Bewaar het apparaat alleen in droge ruimtes.
■
De opslagtemperatuur moet tussen -20 °C en +60 °C liggen.
■
De luchtvochtigheid mag niet condenserend zijn. De luchtvochtigheid
moet tussen 10% en 80% liggen.
Personeel:
■
Getrainde gebruikers
Deksel is gesloten.
Netvoedingskabel is losgekoppeld van het apparaat.
1
3
1
Afb. 13: Transportvergrendeling
1
Afstandshulzen
2
Elastiek
3
Transportvergrendeling
4
Schroeven
1.
Kantel het apparaat op zijn achterkant.
2.
Breng 3 transportbeveiligingen (
3.
Draai de 3 schroeven (
4.
Zet de rotorbeker vast met een elastiek (
VOORZICHTIG
Gevaar van beknelling door uit de transportverpakking val-
lende onderdelen.
−
Houd het apparaat tijdens het uitpakken in evenwicht.
−
Open de verpakking alleen op de daarvoor bedoelde
punten.
VOORZICHTIG
Gevaar van letsel door het tillen van zware lasten.
−
Zorg voor een passend aantal helpers.
−
Let op het gewicht. Zie ⮫
gegevens" op pagina 9 .
Rev.: 12 / 10.2023
3
1
4
3
3 ) aan.
4 ) met afstandshulzen ( 1 ) erin.
2 ).
Hoofdstuk 3.1 „Technische
2
AB2300nl