3 Gebruikersinterface
3 Gebruikersinterface
Gebruikersinterface
NL
3.1 Beginstand
42
De gebruikersinterface geeft toegang tot de systeemconfiguratie en de gegevens. De
volgende apparaten hebben toegang tot de gebruikersinterface via een webserver:
Apparaat
Beschrijving
Computer
De computer maakt verbinding met het systeem via de Ethernet-poort op de
applicatiebeheerder. De gebruikersinterface staat in de beperkte modus. In deze
modus is het mogelijk om het systeem te bewaken, maar niet om de
systeemconfiguratie te wijzigen.
Het standaard IP-adres van de applicatiebeheerder is 10.10.20.10. Het is
mogelijk om het Ip-adres te wijzigen in de instellingen.
De webserver is toegankelijk via een browser. De browser moet Chrome
versie 79 of hoger.
FOP 4x2 HMI
De HMI wordt op het systeem aangesloten via de Ethernet-poort op de
voedingsmodule op het achterpaneel.
De HMI-communicatie via de voedingsmodule op het achterpaneel maakt
gebruik van de IP-adresreeks 10.10.10.x.
1
2
3
4
5
6
7
8
Positie
Item
1
Home
2
Alarmen
3
Systeemoverzicht
4
Historie
5
CODESYS-overzicht Overzicht van de CODESYS-parameters
6
Instellingen
10
9
11
Beschrijving
Pomp- en putinformatie
Actieve alarmen en alarmlogboek
Informatie over de geïnstalleerde modules
Stationsstatistieken en gebeurtenissenlogboeken
De instellingen voor het systeem, station, pompen, alarmen, I/O,
communicatie en CODESYS
13
14 15
12
16
™
Nexicon
Gebruikershandleiding
™
zijn,