Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Pompbediening; Pompcyclus; Start En Stop - Xylem Nexicon Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Geconfigureerde gegevensbron
Berekend debiet
Gemeten debiet
Geen

2.10 Pompbediening

2.10.1 Pompcyclus

Een normale pompcyclus is de werking tussen het start- en stopcommando. Het is mogelijk
om het volgende te doen via de gebruikersinterface:
• Een pompcyclus handmatig starten of stoppen.
• Pompen toevoegen aan of verwijderen uit een lopende pompcyclus.
– Het systeem voegt pompen toe volgens de wisselvolgorde.
– Het systeem verwijdert pompen in volgorde van wanneer ze gestart zijn.
– Als er maar één pomp actief is en het waterniveau zich boven het startniveau bevindt,
– Als er een hoge instroom is, kan het systeem de opdracht weigeren om een pomp te
2.10.1.1 Maximale duur van de pompcyclus
Het is mogelijk om de duur van de pompcyclus te beperken. In een multipompstation is de
functie bedoeld om bezinkingsproblemen in delen van de natte put te voorkomen. Bezinking
kan optreden wanneer één pomp lange tijd werkt en de andere pomp of pompen stilliggen.
Als de pompcyclus de maximale duur bereikt zonder het stopniveau te bereiken, laat hij alle
pompen in de pompcyclus op volle snelheid draaien. Als de pompen de maximale duur voor
volle snelheid bereiken zonder het stopniveau te bereiken, start het systeem alle
beschikbare pompen.

2.10.2 Start en stop

Bij normaal bedrijf start en stopt de automatische procesbesturing de pompen. De start- en
stopsignalen kunnen ook afkomstig zijn van andere bronnen die op het systeem zijn
aangesloten. De start- en stopsignalen hebben de volgende prioriteitsvolgorde:
Prioriteit
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Nexicon
Gebruikershandleiding
is het niet mogelijk om de pomp te verwijderen.
verwijderen die moet draaien om de instroom te verwerken.
Bron
Pompstoring
Schakelaar voor handmatig-uit-
automatisch
Maximumaantal actieve
pompen
Geblokkeerde machine
Lopen t.b.v. onderhoud
Droogloopbeveiliging
Pompreiniging
HMI
Schakelaar voor hoog niveau
Beschrijving
De energieminimalisator gebruikt geschatte
stroomgegevens die gebaseerd zijn op andere
gegevens van de natte put om de snelheid te
berekenen.
Het is niet nodig om de segmenten van de natte put
te definiëren om de energieminimalisatorfunctie
met deze optie te gebruiken.
De energieminimalisator gebruikt gegevens van
een aangesloten debietmeter.
De energieminimalisator is uitgeschakeld.
Handeling
Stopt de pomp
• Start de pomp in de handmatige stand
• Stopt de pomp in de uit-stand
Stopt de pomp
Stopt de pomp
Laat de pomp een paar seconden draaien
Stopt de pomp
Laat de pomp maximaal vijf minuten draaien
• Start de pomp in de handmatige stand
• Stopt de pomp in de stop-stand
Start de pomp
2 Functiebeschrijving
17
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave