Bij de lengtemarkeringsbesturing leest een sensor de markeringen op het materiaal.
Deze informatie wordt als interrupt in de regelaar verwerkt en voor de start van de
zaagslede gebruikt.
Afbeelding 6: lengtemarkeringsbesturing
•
•
•
•
Bedrijfssoorten
De functies worden geïmplementeerd met vier bedrijfssoorten:
•
•
®
Handboek – MOVIDRIVE
Snijrandbeveiliging en "opening trekken": met de functie "pulling a gap" wordt de
zaagslede kortstondig oversynchroon met het materiaal verplaatst, voordat het
zaagblad wordt weggetrokken. Daardoor wordt er een opening gevormd tussen
zaagkant en zaagblad en wordt voorkomen, dat sporen van het zaagblad op de
zaagkant achterblijven. Deze functie is geschikt als snijrandbeveiliging voor gevoelig
materiaal. Bovendien kan deze functie worden gebruikt voor het apart leggen van het
gezaagde materiaal.
Handmatige directe zaagbewerking: de zaagslede wordt gestart als een "1"-
signaal op de binaire ingang wordt gedetecteerd.
Omvangrijke diagnose: tijdens bedrijf worden u alle belangrijke gegevens op de
monitor getoond zoals bijvoorbeeld actuele productlengte, materiaalsnelheid en
snelheid van de zaagaandrijving.
Eenvoudige koppeling aan de overkoepelende besturing (plc).
Tipbedrijf (DI1Ø = "0" en DI11 = "0")
– Bij een "1"-signaal op de binaire ingang DI13 "Tippen +" draait de motor van de
zaagslede met als draairichting "rechts". Bij een "1"-signaal op de binaire ingang
DI14 "Tippen –" draait de motor van de zaagslede met als draairichting "links". Let
op of u een 2- of 3-trapsreductor gebruikt.
– Bij een "0"-signaal op de binaire ingang DI15 "Hoge snelheid" verloopt het tipbe-
drijf op lage snelheid. Bij een "1"-signaal op de binaire ingang DI15 "Hoge snel-
heid" verloopt het tipbedrijf op hoge snelheid.
Referentiebeweging (DI1Ø = "1" en DI11 = "0")
Het referentiepunt wordt vastgelegd door een referentiebeweging tot een van beide
eindschakelaars. Bij "1"-signaal op de binaire ingang DI12 "start" wordt de referentie-
beweging gestart. Het "1"-signaal moet gedurende de hele referentiebeweging op
DI12 staan. Bij een "0"-signaal stopt de referentiebeweging. Bij de inbedrijfstelling
kunt u een referentieoffset invoeren. Met de referentieoffset kunt u het machine-
nulpunt wijzigen, zonder de eindschakelaar te moeten veranderen. Daarbij geldt de
formule:
Nulpunt van de machine = referentiepunt + referentieoffset
MDX61B, applicatie vliegende zaag
Configuratie
Functiebeschrijving
3
50700AXX
11