2.7
Elektrische aansluiting
Neem bij werkzaamheden aan onder spanning staande MOVIMOT
dende nationale veiligheidsvoorschriften (bijv. BGV A3) in acht.
De elektrische installatie moet volgens de geldende voorschriften worden uitgevoerd
(bijv. kabeldoorsneden, beveiligingen, aardverbinding). Verdere aanwijzingen met
betrekking tot dit onderwerp zijn opgenomen in de documentatie.
Aanwijzingen voor de EMC-genormeerde installatie zoals afscherming, aarding, plaat-
sing van filters en leggen van de leidingen, zijn te vinden in de documentatie van de
MOVIMOT
inachtneming van de in de EMC-wetgeving vereiste grenswaarden.
Veiligheidsmaatregelen en -voorzieningen moeten voldoen aan de geldende voor-
schriften (bijv. EN 60204 of EN 61800-5-1).
Om de isolatie te garanderen moet de spanning op de MOVIMOT
de inbedrijfstelling conform EN 61800-5-1:2007, hoofdstuk 5.2.3.2 worden gecontro-
leerd.
2.8
Veilige scheiding
MOVIMOT
en elektronica-aansluitingen overeenkomstig EN 61800-5-1. Om de veilige scheiding te
waarborgen moeten alle aangesloten stroomcircuits eveneens aan de eisen voor de
veilige scheiding voldoen.
2.9
Bedrijf
Installaties met ingebouwde MOVIMOT
bewakings- en beveiligingsvoorzieningen worden uitgevoerd overeenkomstig de gel-
dende veiligheidsvoorschriften, bijv. de wettelijke bepalingen m.b.t. technisch materiaal,
veiligheidsvoorschriften, etc. Bij toepassingen met een verhoogd veiligheidsrisico
kunnen aanvullende veiligheidsmaatregelen nodig zijn. Wijzigingen aan de
MOVIMOT
Raak spanningvoerende componenten en vermogensaansluitingen niet onmiddellijk
aan, nadat de MOVIMOT
de condensatoren nog opgeladen kunnen zijn. Wacht minstens één minuut na het uit-
schakelen van de voedingsspanning.
Zodra voedingsspanningen op de MOVIMOT
menkast gesloten zijn, d.w.z. dat de MOVIMOT
Als de bedrijfleds en andere indicaties uitgaan, betekent dit niet automatisch dat het
apparaat van het net gescheiden en spanningsloos is.
Mechanische blokkeringen of veiligheidsfuncties in het apparaat kunnen tot gevolg
hebben dat de motor tot stilstand komt. Het verhelpen van de oorzaak van de storing of
een reset kan ertoe leiden dat de aandrijving vanzelf weer aanloopt. Als dit voor de aan-
gedreven machine om veiligheidsredenen niet is toegestaan, moet het apparaat eerst
van het net gescheiden worden, voordat u de storing verhelpt.
Let op: verbrandingsgevaar! De oppervlakken van de MOVIMOT
externe opties, zoals het koellichaam van de remweerstand, kunnen tijdens het bedrijf
meer dan 60°C zijn!
Technische handleiding – MOVIMOT
®
-regelaar. De installateur/machinebouwer is verantwoordelijk voor de
®
-regelaars voldoen aan alle eisen voor de veilige scheiding van vermogens-
®
-regelaars met de bedieningssoftware zijn toegestaan.
®
-regelaars gescheiden zijn van de voedingsspanning, omdat
®
MM..D met draaistroommotor DT/DV
Veiligheidsaanwijzingen
Elektrische aansluiting
®
-regelaars moeten eventueel met aanvullende
®
-regelaar staan, moet de aansluitklem-
®
-regelaar vastgeschroefd moet zijn.
®
-regelaars de gel-
®
-aandrijvingen vóór
®
-aandrijving en de
2
9