Tijdelijk overschrijden van de kruissnelheid
Met ingeschakelde regelaar is het altijd mogelijk,
door het gaspedaal te bedienen, de kruissnelheid te
overschrijden (bijvoorbeeld bij het inhalen).
Uitschakeling van de snelheidsregelaar
- Door het indrukken van het rempedaal of het
koppelingspedaal.
- Door het bedienen van schakelaar 2 "RES".
- Door ingrijpen van de systemen ESP of ASR.
Hierdoor wordt de kruissnelheid niet gewist.
Let op: de snelheidsregelaar wordt uitgeschakeld
als de versnellingshendel zich in de neutraalstand
bevindt.
De snelheidsregelaar mag uitsluitend worden gebruikt als de rijomstandigheden een constante
snelheid toelaten.
Gebruik de regelaar niet in druk verkeer, op heuvelachtig terrein, op gladde wegen of onder andere
moeilijke rijomstandigheden.
De bestuurder moet oplettend blijven en altijd de volledige controle houden over de auto.
Aanbevolen wordt de voeten altijd in de buurt van de pedalen te houden.
S N E L H E I D S R E G E L A A R
Opnieuw inschakelen van de regelaar
Breng de auto op de gewenste snelheid en bedien
schakelaar 2 "RES".
Uitschakeling van de functie
- Draai ring A in de stand "OFF".
De
eerder
gekozen
opgeslagen.
Controlelampje B dooft.
Bij een storing wordt het systeem automatisch
uitgeschakeld en dooft controlelampje B.
kruissnelheid
wordt
niet
I
23