Reactieve afzakking
De reactieve afzakking verwijst naar een andere
compensatietechniek
opwekkingscontrolesystemen wordt gebruikt. Reactieve
afzakking betekent dat de spanning van de generatorset
afneemt bij een stijgende reactieve stroom. Hoewel dit
klinkt als een ongewenst effect, is het vrij nuttig in
parallelle toepassingen met meerder generatorsets.
Omdat de terminals van de generatorset aan een andere
generatorset(-s) worden aangesloten, wordt de spanning
bij de terminals niet alleen bepaald door de opwekking
van één bepaalde generatorset. Het wordt eerder
bepaald door de combinatie van het opwekkingsniveau,
de geproduceerde spanning en de spanningsdaling over
de armatuurimpedantie of de armatuurreactantie voor
elke generatorset.
Normaal is de geproduceerde spanning hoger dan de
spanning bij de terminals omdat de stroom van de
generatorset een daling over de armatuurimpedantie
veroorzaakt.
In
een
geproduceerde spanning van één generatorset net hoger
zijn dan de geproduceerde spanning van een andere
generatorset. Door het potentiaalverschil tussen de
generatorsets gaat de stroom over naar de generatorset
met de lagere spanning en zullen ook de generatorsets
de ladingsstroom onevenredig verdelen. Beide resultaten
zijn ongewenst.
Door reactieve afzakking te introduceren kan de reactieve
stroom beter worden voorspeld en worden gecontroleerd.
Als de stroom wordt gemeten, kan de regulator/het
controlesysteem de opwekking overeenkomstig aanpassen
naar boven of naar onder, met vermindering van opwekking
als er meer stroom geleverd wordt, of stijgende opwekking
aangezien de reactieve stroom vermindert. Als alle parallelle
generatorsets dit type van compensatie gebruiken, dan kan
de reactieve stroom gelijkmatig worden verdeeld, gebaseerd
op de propertionele grootte van de generatorsets. Zie
hieronder voor een voorbeeld.
De stabiliteit en de nauwkeurigheid van deze techniek hangt
van verscheidene factoren af. Het belangrijkste is dat het
regelatiepunt voor elke generatorset gelijk moet zijn. Elke
spanningsaanpassingsinstelling moet evenwaardig zijn aan de
ander. Dit is een basisvereiste voorafgaand aan de
daadwerkelijke parallelle verbinding. Ook moeten de gevolgen
van de reactieve stroom in elke generatorset individueel
worden gecompenseerd, hetgeen een regelbare afzakking van
elke generatorset vereist. Deze aanpassing is de reactieve
afzakkingsaanpassing. De reactieve afzakkingsaanpassing
wordt gekwantificeerd als de afzakking in de werkspanning van
de aanpassingsinstelling wanneer de volledige nominale lading
met
voedingsfactor(PF)
afzakkingsinstelling van 4% spanning bij volledige nominale
lading is een geadviseerd uitgangspunt. Als de reactieve
stroom niet proportioneel in elke generatorset wordt verdeeld,
dan hebben de reactieve afzakkingsinstellingen aanpassing
nodig. Pas de generatorsets die proportioneel hogere stroom
hebben aan voor meer afzakking en de generatorsets met
lagere reactieve stroom voor minder afzakking.
248 Bijlage
die
in
parallelle
toepassing
0.8
wordt
toegepast.
Als de reactieve stroom in het systeem niet stabiel is, pas dan
de afzakking in alle generatorsets naar beneden aan.
Zoals hierboven gesuggereerd, is de reactieve afzakking
de
gewoonlijk
toepassingen. Daarom is er de mogelijkheid om de
eigenschap buiten werking te stellen. Als de generatorset niet
met andere generatorsets geparallelleerd wordt, dan zou de
reactieve afzakkingseigenschap uit moeten worden gezet. De
reactieve
afzakkingsinstelling
afzakkingseigenschap ook buiten werking stellen. Het moet
opgemerkt worden dat de reactieve afzakking allleen op de
reactieve stroom of op de voltampère reactieve (VAR) lading
van
toepassing
brandstofsysteem of het snelheidbeheersingssysteem
echte stroom die bijdraagt aan het laden van watts.
Het rendement van de reactieve afzakkingsfunctie wordt
bepaald door de spanningafzakkingsinstelling. Voor de
meeste toepassingen is een afzakking van 3%-5% van de
nominale spanning bij nominale lading bij 0.8 PF voldoende.
Test de afzakking voorafgaand aan het eigenlijke parallelle
kan
de
verbinden van de generatorsets door de volledige nominale
lading toe te passen bij 0.8 PF. Het systeem werkt correct als
deze test een vermindering van spanning toont die gelijk is
aan de spanningsafzakkingsinstelling. Als de beschikbare
lading minder dan de volledige lading is, dan zou de correcte
spanningsafzakking evenredig moeten zijn aan de toegepaste
VAR lading als fractie van de nominale VAR uitvoer voor de
generatorset. Bijvoorbeeld, een 480-volt-generatorset met een
spanningsafzakkingsinstelling van 4% zou 19.2 volts moeten
afzakken wanneer de volledige nominale (0.8 PF) lading (480
x 0.04) toegepast wordt of 9.6 volts wanneer alleen de helft
van de nominale lading (480x0.04/2 toegepast wordt).
Wanneer een generatorset parallel wordt verbonden met de
nutsstroom, dan moeten VAR of PF- controle AAN staan. Als
er tegelijkertijd eveneens meerdere generatorsets parallel zijn
ingesteld, dan moet de reactieve afzakking ook AAN staan.
Voorbeeld
Twee 100 kilowatts (kW) generatorsets worden parallel gezet
om 150 kW voeding bij 0.8 PF te verstrekken en bedraad
voor een 277/480volt y-systeem.
Totale kVA lading:
kVA = kW / PF
187.5 = 150/0.8
KVAR lading:
kVAR = kVA*sin (acos[PF])
112.5 = 187.5*0.6
Lijnstroom:
Een
I = (VA/3)/V
226 amps = (187500 / 3) / 277
niet
noodzakelijk
in
op
is.
Hoofdzakelijk
L-N
op
zichzelf
staande
0
zal
de
reactieve
controleert
het
de
TP-6441-NL 11/06