Gevogelte
Kip
Kipfilet
Eend
Eendenborst, rosé
Kalkoen
Kalkoenfilet
Gans
Varkensvlees
Varkensnek
Varkensfilet, rosé
Varkensrug, doorbakken
Rundvlees
Rosbief of rundvlees, kort gebak-
ken
Rosbief of runderfilet, rosé
Runderfilet of rosbief, doorbakken 65 - 75
Kalfsvlees
Gebraden kalfsvlees of schouder-
stuk, mager
Gebraden kalfsvlees, schouder
Kalfsschenkel
Lamsvlees
Lamsbout, rosé
Lamsbout, doorbakken
Lamsrug, rosé
Vis
Vis, heel
Visfilet
Diversen
Gebraden gehakt, alle vleessoor-
ten
Gerechten opwarmen, regenere-
ren
Kerntemperatuur
in °C
80 - 85
75 - 80
80 - 85
55 - 60
80 - 85
80 - 85
80 - 90
Kerntemperatuur
in °C
85 - 90
62 - 70
72 - 80
Kerntemperatuur
in °C
45 - 52
55 - 62
Kerntemperatuur
in °C
75 - 80
75 - 80
85 - 90
Kerntemperatuur
in °C
60 - 65
70 - 80
55 - 60
Kerntemperatuur
in °C
65 - 70
60 - 65
Kerntemperatuur
in °C
80 - 90
65 - 75
10.4 Temperatuur van de binnenruimte en
kerntemperatuur instellen
De braadthermometer meet de temperatuur in het bin-
nenste van het product tussen 30 °C en 99 °C.
Vereisten
¡ Het product met de braadthermometer staat in de
binnenruimte.
¡ De braadthermometer is in de binnenruimte gesto-
ken.
1.
Schakel het apparaat in met
2.
Een geschikte verwarmingsmethode selecteren.
3.
Op "Temperatuur van de binnenruimte" in de onder-
ste regel links drukken.
4.
Om de temperatuur van de binnenruimte te selecte-
ren, naar links of rechts vegen.
Stel de temperatuur van de binnenruimte minstens
10°C hoger in dan de kerntemperatuur.
Stel de temperatuur van de binnenruimte niet hoger
in dan 250°C.
5.
De temperatuur van de binnenruimte met
slaan.
6.
Op "Kerntemperatuur"
drukken.
7.
Om de kerntemperatuur te selecteren, naar links of
rechts vegen.
8.
De werking met braadthermometer met
a Als de ingestelde kerntemperatuur bereikt is, klinkt
er een signaal en het apparaat warmt niet meer op.
9.
Het apparaat met
10.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
De binnenruimte, accessoires en braadthermometer
worden zeer heet.
▶
Neem hete accessoires en de braadthermometer
altijd met behulp van een pannenlap uit de bin-
nenruimte.
Neem de braadthermometer uit de aansluiting in de
binnenruimte.
10.5 Temperatuur van de binnenruimte of
kerntemperatuur wijzigen
1.
2 keer op de temperatuur van de binnenruimte of
de kerntemperatuur drukken.
2.
Om de temperatuur te wijzigen, naar links of rechts
vegen.
3.
Druk op
om de instelling op te slaan.
10.6 Werking met gebruik van de
braadthermometer afbreken
▶
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
De binnenruimte, accessoires en braadthermometer
worden zeer heet.
▶
Neem hete accessoires en de braadthermometer
altijd met behulp van een pannenlap uit de bin-
nenruimte.
Om de werking voort te zetten zonder braadthermo-
meter trekt u deze uit de aansluiting in de binnen-
ruimte en het gerecht en zet u de werking voort met
.
Om de werking af te breken, het apparaat uit-
‒
schakelen met
Braadthermometer nl
.
in de onderste regel rechts
starten.
uitschakelen.
.
op-
21