De Temperatuur Van De Verwarming Instellen; Mogelijke Storingen; Veiligheidsthermostaat; Blokkering Brander - Sime Rondo 4 ErP BE Installatie-, Gebruiks- En Onderhoudshandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor Rondo 4 ErP BE:
- Vertaling van het oorspronkelijke handleiding (44 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
NL
1.4
De temperatuur van de verwarming instel-
len
Als u de temperatuur van de verwarming wilt verhogen of ver-
lagen, draait u de knop (4) totdat de gewenste waarde is bereikt.
De temperatuur kan ingesteld worden tussen de 45 en 85°C.
a
LET OP
Om een optimaal rendement te garanderen van de ge-
nerator raden we aan de verwarmingsthermostaat NIET
af te stellen onder de werktemperatuur van 60°C
60÷75°C
1.5
Mogelijke storingen
1.5.1
Veiligheidsthermostaat
De veiligheidsthermostaat met handmatige reset wordt inge-
schakeld, waardoor de brander onmiddellijk stopt als de tem-
peratuur de 100°C overschrijdt. Het inschakelen van de vei-
ligheidsthermostaat wordt niet aangegeven, maar kan worden
afgelezen vanaf de thermometer van de ketel (T>100° C). Om
het apparaat opnieuw op te starten moet u wachten tot de tem-
peratuur aangegeven door de thermometer zal zijn gedaald tot
ongeveer 75° C; schroef daarna de beschermdop los en druk op
onderstaande spil. Wacht totdat de voorverwarmingsfases van
de brandstof en de startfase zijn voltooid, totdat de vlam wordt
ontstoken.
a
LET OP
Als dit niet gebeurt dient u de herstart NIET TE HERHA-
LEN en contact op te nemen de technische servicedienst.
1.5.2
In het geval er zich storingen voordoen tijdens de ontsteking of
de werking, zal de ketel een "BLOKKERINGSSTOP" uitvoeren
en zal de rode knop PSB aangaan. Om de startomstandigheden
van de brander te herstellen drukt u op de knop voor de de-
blokkering van de brander (PSB), totdat de vlam aangaat. Deze
handeling kan 2-3 keer maximaal worden herhaald. Als dit nog
steeds geen resultaat oplevert moet u contact opnemen met de
technische servicedienst.
.
4
Afb. 6
a
1.5.3
De ketels Sime RONDÒ/ESTELLE 4-5-6-7 ErP BE beschikken NIET
over een vulmechanisme van de installatie. Op de installatie
moet dus een manometer (A), aanwezig zijn om te controleren
of de waterdruk, bij een koude installatie, zich bevindt tussen de
1 en 1,2 bar (98-117,6 kPa)
Als de waterdruk van de installatie, aangegeven door de mano-
meter (A) daalt onder de 1 bar (98 kPa) moet deze worden bij-
gevuld.
Om dit te verrichten:
– open de toevoerkraan (B) om de druk te verhogen totdat u de
juiste waarde heeft bereikt die zich bevindt tussen de 1 en 1,2
bar (98-117,6 kPa)
– sluit de kraan (B)
NOTA:
geven waarde, opent u de verluchtingsklep van een willekeurige
radiator (er zal wat water uit komen), totdat u de juiste waarde
heeft bereikt.
Afb. 7
Blokkering brander
LET OP
Controleer of er genoeg brandstof in het reservoir zit en
of de afsluitkranen open zijn. Elke keer dat u het reser-
voir vult, dient u de werking van de ketel voor circa een
uur te onderbreken.
Druk installatie laag (vullen)
en ook een toevoer-/bijvulkraan (B).
als de druk hoger is dan de hierboven maximaal aange-
2
bar
A
1
3
0
4
PSB
Afb. 8
B
Afb. 9
37
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
