Inhoudsopgave
Advertenties
5
Onderhoud
5.1
Veiligheidsinformatie
Neem de onderstaande veiligheidsvoorschriften in acht en neem de gepaste
voorzorgsmaatregelen. Als u dit niet doet, kunnen kwetsuren en schade aan de uitrusting het
gevolg zijn.
Zorg ervoor dat het onderhoud gebeurt door een naar behoren opgeleid en gecontroleerde technicus.
Respecteer de lokale en nationale veiligheidsvereisten.
Zorg ervoor dat de onderhoudstechnicus vertrouwd is met de veiligheidsprocedures betreffende de pompolie
en de producten die door het pompsysteem worden verwerkt.
Controleer of al de vereiste onderdelen beschikbaar zijn en van het juiste type vooraleer het werk
wordt gestart.
Isoleer de pomp en andere componenten van de elektriciteitstoevoer zodat ze niet per ongeluk in werking
kunnen worden gesteld.
Laat de pomp afkoelen (zodat er een veilige temperatuur is voor het huidcontact) vooraleer het
onderhoudswerk wordt gestart.
Hergebruik de O-ringen en de dichtingen niet als deze beschadigd zijn.
Wanneer het onderhoud is gebeurd, controleert u opnieuw de richting van de pomprotatie wanneer de
elektriciteitstoevoer werd onderbroken.
De pomp en de pompolie zullen gecontamineerd zijn door de verwerkte chemicaliën die tijdens de werking
werden gepompt. Zorg ervoor dat de pomp wordt gedecontamineerd en dat er gepaste
voorzorgsmaatregelen worden genomen om het personeel te beschermen tegen de gevolgen van gevaarlijke
substanties wanneer er contaminatie is opgetreden.
Raak de thermische afbraakproducten van gefluorineerde materialen, die aanwezig kunnen zijn wanneer de
pomp werd verwarmd tot 310°C (590°F) en hoger, niet aan, of adem ze niet in. De gefluorineerde materialen
zijn veilig bij normaal gebruik, maar kunnen worden ontbonden in heel gevaarlijke substanties (die
fluorwaterstofzuur bevatten) wanneer er wordt opgewarmd tot 310°C (590°F) en hoger. De stuwpomp kan
oververhit geraakt zijn, wanneer ze verkeerd werd gebruikt, of in brand stond. De
veiligheidsinformatiebladen voor gefluoreerde materialen die worden gebruikt in de pomp zijn beschikbaar
op aanvraag: neem hiervoor contact op met de leverancier of met Edwards.
Onderhoud zo nodig de motor zoals wordt gespecificeerd in de informatie van de producent die samen met
de motor wordt meegeleverd.
5.2
Opsporen van lekken
Er moet een lektest worden uitgevoerd wanneer het eindvacuüm niet kan worden bereikt. Een aangepaste lektest
zal delen van de leidingen isoleren totdat de bron van het lek wordt gevonden. De standaard vacuümleiding wordt
getoond in
Figuur
10. Het gebruik van een lekdetector zal het proces voor het ontdekken van lekken versnellen.
Contacteer een vertegenwoordiger van Edwards voor informatie.
© Edwards Limited 2020. Alle rechten voorbehouden.
WAARSCHUWING
S14901886 Issue J
Pagina 25
Advertenties
Inhoudsopgave
