S14901886 Issue J
3.2
Overwegingen over het systeemdesign
Neem de volgende punten in acht wanneer u het pompsysteem ontwerpt:
Gebruik een geschikte klep om de pomp te isoleren van het vacuümsysteem wanneer de pomp moet
opwarmen vooraleer ze condenseerbare dampen verpompt of om bijkomende systeembescherming te bieden
wanneer de pomp wordt uitgeschakeld.
Vermijd hoge niveaus van warmte-input naar de pomp van de procesgassen. Anders kan de pomp oververhit
geraken en vastlopen.
Wanneer de pomp wordt gebruikt in een hoge omgevingstemperatuur en een hoge gasdoorvoer heeft, kan de
temperatuur van het pomplichaam hoger worden dan 70°C (158°F) en moet ze worden uitgerust met
geschikte beschermingskappen om contact met de hete oppervlakken te verhinderen.
Zorg ervoor dat de uitlaatleiding niet geblokkeerd kan raken. Als er een uitlaatisolatieklep werd
geïnstalleerd, zorg er dan voor dat de pomp niet kan werken met de klep dicht.
Zorg voor een purge met inert gas wanneer het pompsysteem wordt uitgeschakeld om gevaarlijke gassen te
verdunnen tot veilige concentraties.
3.3
Uitpakken en controleren
Gebruik bij het positioneren van de pomp een geschikte hefinstallatie om kwetsuren bij het
personeel te voorkomen. Zorg ervoor dat het systeem niet wordt opgetild bij de motoroogbout
daar de motoroogbout niet bedoeld is om het opgehangen gewicht van het systeem op te tillen.
Kwetsuren voor het personeel en/of schade aan de uitrusting kan daarvan het gevolg zijn.
Zie
Hoofdstuk 2
Verwijder alle verpakkingsmateriaal, haal de pomp uit haar verpakkingskist, verwijder de beschermingshoeken van
de inlaat- en uitlaatpoorten en controleer de pomp. Is de kabel beschadigd, verwittig dan schriftelijk uw leverancier
en de transportfirma binnen drie dagen; vermeld het artikelnummer van de pomp, samen met uw bestelnummer en
het factuurnummer van de leverancier. Bewaar al het verpakkingsmateriaal voor inspectie. Gebruik de pomp niet
wanneer ze beschadigd is.
Wanneer de pomp niet onmiddellijk wordt gebruikt, breng dan opnieuw de beschermende hoeken aan. Bewaar de
pomp in geschikte omstandigheden zoals beschreven in
3.4
De pomp lokaliseren
Gebruik een geschikte hefuitrusting om de pomp te verplaatsen. Zie
omtrent de pompmassa.
Lokaliseer de pomp dicht bij de plaats waar de uitrusting wordt verplaatst zodat het vacuüm, het water en de
uitlaataansluitingen naar behoren kunnen worden gemaakt zonder gevaar te veroorzaken voor de veiligheid van het
personeel. Voorzie een gepaste ruimte rond de pomp voor het onderhoud.
Monteer de pomp op een vaste fundering, zoals een betonnen vloer en zet ze waterpas met opvulstukjes of door
opvoegen. Monteer de pomp op de fundering waarbij u ervoor zorgt geen spanning of verwringing in de
pompbehuizing te veroorzaken. Zie Figuren
de vloer worden gemonteerd onder gebruikmaking van de vier (4) vooraf geboorde montagegaten in de pompbasis.
Pagina 12
WAARSCHUWING
voor informatie omtrent de pompmassa.
Hoofdstuk 6
WAARSCHUWING
4
en
5
voor de dimensies van de funderingsmontage. De pomp moet op
van deze handleiding.
Hoofdstuk 2
© Edwards Limited 2020. Alle rechten voorbehouden.
voor informatie