5.8.2. Instellingen
1.
Ga naar menu apparaatlijst.
2.
Ga naar boven of beneden en selecteer de juiste sensor.
3.
Druk op de pijl-rechts toets of spatiebalk op die sensor om het menu sensorinstallatie te openen.
4.
Ga opnieuw omlaag naar installatie en pijl-rechts toets of spatiebalk om het menu sensorinstallatie te openen.
5.
In het installatiemenu kan de tankcapaciteit gewijzigd worden, het vloeistoftype en volume-eenheid geselecteerd worden,
kalibratiewaarden ingesteld worden voor lege en volle tankniveaus en de actuele sensorwaarde gelezen worden.
6.
Ga, na installatie, terug naar menu sensoroverzicht.
7.
Ga omlaag, selecteer apparaat en druk opnieuw op de pijl-rechts toets of spatiebalk om het menu apparaatinstellingen te
openen.
8.
In het apparaatmenu kan een aangepaste naam aan de sensor gegeven worden en wat bijkomende apparaatinformatie
gezien worden.
9.
Herhaal stappen 1..8 als er extra sensoren geïnstalleerd moeten worden.
Pagina 28
Cerbo GX Handleiding
Aansluiten van ondersteunde niet-
Victron producten