4.11. Aansluiten van bekabelde Victron temperatuursensoren
Bekijk het
Overzicht van aansluitingen [3]
De temperatuursensoren kunnen worden gebruikt om verschillende soorten temperatuuringangen te meten en te bewaken. Het
gemeten temperatuurbereik van de temperatuuringang gaat van -40 °C tot +70 °C.
Temperatuurzenders zijn niet inbegrepen. De vereiste sensor is de
GX-apparaat.
Let op dat deze verschilt van het BMV-temperatuuraccessoire. Het BMV-temperatuursensoraccessoire mag niet
gebruikt worden op de temperatuuringangen.
De temperatuursensoren hoeven niet op de accu te worden aangesloten (hoewel ze lijken op een kabelschoen voor een accu).
Om de temperatuursondes fysiek te bevestigen, moet een adereindhuls of een gestript koperen uiteinde van ten minste 10 mm+
in de verwijderbare blokaansluiting worden gestoken. Eenmaal juist bevestigd, kan het oranje lipje ingedrukt worden als de draad
verwijderd moet worden. Sensoren worden verbonden met de rode draad aan de bovenkant van de connector en de zwarte
draad aan de onderkant.
ASS000001000 -
Termin block
Sensoren worden ingeschakeld (en uitgeschakeld) in Instellingen -> I/O -> Analoge ingangen van de GX-apparaatinstellingen.
Eenmaal ingeschakeld, zijn de gegevens van de temperatuursensor zichtbaar in de apparatenlijst en worden ook geregistreerd in
VRM.
Het selecteren van de temperatuursensor in het menu van apparatenlijst maakt het mogelijk het temperatuurtype in te stellen als
Accu, Koelkast of Algemeen. Het is ook mogelijk om een aangepaste naam in het apparaatmenu in te stellen.
Het is mogelijk om de temperatuurcompensatie en -schaal aan te passen, maar voorlopig is deze functie beperkt tot gebruikers
met het machtigingsniveau "superuser".
Pagina 16
Cerbo GX Handleiding
voor het aantal temperatuursensoringangen en de locaties.
ASS000001000 - Temperatuursensor Quattro, MultiPlus en
Temperature sensor Quattro,
MultiPlus and GX Device
Victron-producten aansluiten