5.2.4
Verlenging van de binnenconservering
Verlenging van de binnenconservering bij langere opslag van nog niet in bedrijf genomen transmissie
Standaard kunt u de houdbaarheid van de binnenconservering HD
hoofdstuk Houdbaarheid van de binnenconservering voor inbedrijfstelling (Pagina 27).
Als de transmissie pas op een later tijdstip in bedrijf moet worden genomen, moet u de
conservering verlengen.
Protocolleer de verlenging van de binnenconservering en sla dit protocol samen met deze
bedieningshandleiding op.
Verlenging van de binnenconservering na stopzetten van de transmissie
Om de transmissie bij een opslag langer dan 6 weken te conserveren, gaat u te werk zoals
beschreven in hoofdstukken Verlenging van de binnenconservering door olievulling
(Pagina 31) en Verlenging van de binnenconservering met Castrol Corrosion Inhibitor N 213
(Pagina 34).
LET OP
Corrosiegevaar
Als de transmissie bij een stop van meer dan 6 weken niet deskundig geconserveerd wordt,
kan corrosie in de transmissie ontstaan.
Bij stilstandtijden langer dan 6 weken dient een binnenconservering van de transmissie
worden uitgevoerd zoals beschreven in dit hoofdstuk. Gemonteerde luchtfilters moeten
worden vervangen door afsluitschroeven of natte luchtfilters.
5.2.4.1
Verlenging van de binnenconservering door olievulling
Inleiding
Transmissies met uitsluitend rakende of door speciale extra voorzieningen afsluitbare
asafdichtingen kunnen tijdens de opslag met olie worden gevuld. Hierbij moeten alle interne
blanke metalen oppervlakken, bijv. vertandingen, walslagers en/of glijlagers en
terugloopblokkeringen met olie bedekt zijn.
Transmissiesmering en -conservering 7300nl
Bedieningshandleiding 07/2016
5.2 Binnenconservering van de transmissie
aflezen uit de tabellen in
X
Conservering
31