Als de ontvanger de modus Target Steering verlaat, dan keert het externe display automatisch terug naar het
scherm Externe lokalisering en zal de ontvanger niet langer de horizontale afstand van zender tot ontvanger.
Doeldiepte instellen
Gebruik het derde scherm in het menu Target Steering om de doeldiepte in te stellen. Dit scherm is
vergelijkbaar met het eerste scherm, het enige verschil is dat er een vraagteken wordt weergegeven in plaats
van de huidige doeldiepte.
1. Houd de trekker kort ingedrukt om de doeldiepte in te stellen.
2. Het eerste cijfer is onderstreept. Klik om het volgende cijfer te selecteren, of kort indrukken om de
waarde te wijzigen.
3. Na het selecteren, wordt de waarde in een vak weergegeven. Klik om te scrollen tussen de
numerieke waarden, kort ingedrukt houden om te selecteren. Klik om de volgende waarden te
selecteren, kort ingedrukt houden om te veranderen.
4. Als de gewenste diepte correct is ingesteld, het vinkje selecteren om te bevestigen. Een vinkje zal
naast het pictogram van de ontvanger worden weergegeven, de ontvanger en de ontvanger piept en
keert terug naar het scherm Lokaliseren met Target Steering ingeschakeld.
Als u verder klikt dan de gewenste waarde voor meter, dan kunt u doorklikken tot de maximale waarde van
30 m of vijf seconden wachten om te verlaten zonder op te slaan en het opnieuw te proberen.
Als u verder klikt dan 99 cm in het veld voor centimeter, dan zal het cijfer in het veld m automatisch worden
verhoogd.
DigiTrak Falcon F2 Handleiding
D
C
I
IGITAL
ONTROL
NCORPORATED
1. Selecteer om de doeldiepte in
te stellen
1. Huidige selectie
2. Selecteer om instelling te
bevestigen
53