Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Controle Van Rol / Verticale Hoek - DCI DigiTrak FALCON F2 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Keer terug naar het gebied met de hoogste interferentie (tussen de rode vlaggen hierboven) en noteer de
signaalsterkte op het scherm Lokaliseren. Schakel de zender in plaats deze op dezelfde afstand, naast de
ontvanger, als de beoogde boordiepte. Controleer of de gegevens van rol / verticale hoek in het gemarkeerde
gebied consistent en correct zijn. De signaalsterkte van de zender moet in het algemeen ten minste 150
punten hoger zijn dan de waarde van het achtergrondruis. Bijvoorbeeld, als het gebied met de meeste
interferentie een waarde van 175 had, dan moet de waarde met ingeschakelde zender op deze locatie, en op
een afstand van de ontvanger gelijk aan de maximale beoogde boordiepte, ten minste 325 bedragen (175 +
150).
In gebieden waar het achtergrondruis te hoog is, is het moeilijk om gegevens over de rol en verticale hoek,
accurate locatie en diepte te verkrijgen. Controleer de rol / verticale hoek, zoals beschreven in het volgende
gedeelte.
Opmerking: de signaalsterkte van de zender zal iets hoger zijn in deze test dan tijdens het boren, omdat deze
zich niet in de boorkop onder de grond bevindt, wat de signaalsterkte enigzins zal laten afnemen.
Als er een A onderaan links van de rolindicator wordt weergegeven, op een afstand groter dan
2,5 m van de zender, dan is er verzwakking, dit duidt op de aanwezigheid van te veel ruis dat tot
onnauwkeurige dieptemetingen kan leiden.

Controle van rol / verticale hoek

Bij de uitgang van de boring draait u de ontvanger zodat deze naar de ingang is gericht en
plaats de batterijen in de gekoppelde zender om deze in te schakelen. Laat een collega de
zender vasthouden en naast u staan. Loop samen evenwijdig terug naar de ingang, houd
de ontvanger over het boorpad en de zender op een afstand van 1 tot 1,5 keer de huidige
beoogde boordiepte; op plaatsen waar de boring dieper is, zal uw collega verder weg zijn.
Stop regelmatig en verander de rol en verticale hoek van de zender, zodat u de snelheid
en nauwkeurigheid van deze waarden op de ontvanger kunt controleren. Het is een goede
gewoonte om een collega op hetzelfde moment de waarden op het externe display te
laten controleren. Noteer alle locaties waar de ontvanger of externe display onstabiel
wordt of verdwijnt. Als de gegevens over de rol / verticale hoek of signaalsterkte
onstabiel wordt, houd de trekker dan ingedrukt om te zien of de Max-modus de gegevens
kan stabiliseren.
Rol / verticale hoek testen met behulp van
DigiTrak Falcon F2 Handleiding
zender en twee personen
D
C
I
IGITAL  
ONTROL  
NCORPORATED
1. Beoogde diepte
2. Gebied met rode vlag
3. Beoogd boorpad
Max-modus
Pagina 33
37

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave