D
C
IGITAL
ONTROL
Passieve interferentie kan de hoeveelheid signaal, die van de zender wordt ontvangen, laten toenemen of
afnemen, wat leidt tot incorrecte dieptemetingen, een volledig geblokkeerd signaal of incorrecte locatie.
Voorbeelden van bronnen van passieve interferentie zijn: leidingen, betonijzer, geulplaten, afrasteringen,
voertuigen, zoutwater/zoutkoepels en geleidende bodem zoals ijzererts. De ontvanger kan niet testen op de
aanwezigheid van passieve interferentie. Het uitvoeren van een grondig onderzoek voordat het boren wordt
gestart, is de beste methode om passieve interferentiebronnen te identificeren.
Om vertrouwd te raken met de potentiële interferentie langs het beoogde boorpad moet u controleren op
achtergrondruis, zoals besproken in het volgende gedeelte.
Een ontvanger kan geen passieve interferentiebronnen detecteren, dit kan alleen worden bereikt
door middel van een visuele inspectie van de jobsite. Een controle op achtergrondruis kan alleen
actieve interferentie vinden.
Ik dacht dat de frequentie-optimalisator dit allemaal voor mij deed?
De frequentie-optimalisator vindt in elke band de frequenties met het minste ruis. U kiest zelf
welke banden u wilt gebruiken en met de zender wilt koppelen. Test nu die banden bovengronds
om ervoor te zorgen dat de ontvanger gedurende de gehele lengte van de boring gegevens kan
ontvangen. Een controle op achtergrondruis is van vitaal belang voor een opdracht zonder
interferenties.
Controleren op interferentie
Zorg dat de ontvanger is ingeschakeld, geoptimaliseerd en gekoppeld is. Verwijder de batterijen uit de zender
om deze uit te schakelen en wacht 10 seconden om deze volledig te laten uitschakelen. Wandel nu langs het
beoogde boorpad terwijl u de huidige frequentie-optimalisatie bekijkt op de frequentieband waarmee u wilt
boren. Let op de lengte van het staafdiagram op de geselecteerde band. Zonder ingeschakelde zender, deze
"signaalsterkte" is het achtergrondruis (actieve interferentie). Extreme ruis (interferentie) kan
signaalverzwakking
veroorzaken.
Op de volgende afbeelding, het gebied met rode vlag duidt op een toename van ruis dat op de
geoptimaliseerde band werd gedetecteerd terwijl men lang het beoogde boorpad wandelt.
Controle van signaalsterkte door één persoon
36
I
NCORPORATED
(zender uit)
1. Beoogd boorpad
2. Gebied met rode vlag
3. Achtergrondruis
DigiTrak Falcon F2 Handleiding