Inhoudsopgave
Advertenties
10.2.2.2 Bedrijfsmodi van de elementen van de melderstructuur
A6V10211076_l_nl_NL
'Bouwdeel'
●
'Dagorganisatie in'
In de bedrijfsmodus 'Dagorganisatie in' is een bediener ter plaatse die zich
over de brandlocatie kan oriënteren. De melders hebben normale gevoeligheid
conform de gegevens van de ingestelde ↑ parameter.
●
'Nachtorganisatie'
In de bedrijfsmodus 'Nachtorganisatie' is geen bediener aanwezig die zich over
de brandlocatie kan oriënteren. De gevoeligheid van de melders, resp. de
parameters, werd verhoogd en wel door het omschakelen naar de
bedrijfsmodus 'Nachtorganisatie'.
De instellingen voor de bedrijfsmodi 'Dagorganisatie in'/'Nachtorganisatie' staan
gedefinieerd in hoofdstuk Alarm Verificatie Concept (AVC).
'Groep'
●
Ingeschakeld (normale bedrijfsmodus)
In de normale bedrijfsmodus worden gevarenniveaus geëvalueerd en
'ALARMEN' gegenereerd. De melders hebben normale gevoeligheid conform
de ingestelde parameter.
●
Uitgeschakeld
Is een 'Groep' uitgeschakeld? Dan zijn ook de aan de 'Groep' toegewezen
melders uitgeschakeld. Er worden geen signalen geëvalueerd, geen
gevarenniveaus noch 'Storingen'.
Er zijn twee uitschakelfuncties:
–
uitschakeling zonder tijdbegrenzing
–
uitschakelen met tijdbegrenzing
●
' --Renovatie mode'
Aan deze bedrijfsmodus is geen functie toegewezen.
●
'Meldertest'
In bedrijfsmodus 'Meldertest' kunnen melders voor testdoeleinden worden
geïnitieerd. Bij het initiëren van een melder wordt een melding Activering om te
testen gegenereerd.
↑ Alarmgevers en aansturingen worden niet geactiveerd.
Onderstaande toestellen worden geactiveerd:
–
interne alarmindicatoren
–
↑ externe alarmindicatoren conform de configuratie
–
Zoemers in sokkels, mits ze zich in de voet van de geactiveerde melder
bevinden
Bij het testen moeten de melders snel reageren om wachttijden kort te houden.
Daarom zijn de melders bij 'Meldertest' met de parameterset 'Test' ingesteld op
een verhoogde gevoeligheid.
Na het beëindigen van de bedrijfsmodus 'Meldertest' worden de melders en
'Groepen' teruggezet naar de toestand die ze voor 'Meldertest' hadden.
●
'Installatie test'
Een 'Installatie test' kan tijdens het normale bedrijf worden uitgevoerd. De
alarmgevers en aansturingen worden geactiveerd.
Tijdens de test moeten de melders snel reageren om wachttijden kort te
houden. Daartoe worden de melders bij 'Installatie test' met behulp van
parameterrecord 'Test' op verhoogde gevoeligheid gebracht.
Na het beëindigen van de bedrijfsmodus 'Installatie test' worden de melders en
'Groepen' teruggezet naar de toestand die ze voor bedrijfsmodus 'Installatie
test' hadden.
Beschrijving van het systeem
Topologie
10
207 | 260
Advertenties
Inhoudsopgave
