5.
Bediening
5.1
Aan de slag
•
Laad de transduceraccu's op
•
Schakel de Foetale Monitor in (verwijs naar de Gebruiksinstructies)
•
Pas de transducers toe op de patiënt (verwijs naar Sectie 5.2).
Wanneer de US-transducer uit de dock gehaald is van het oplaadstation, wordt het
toestel automatisch ingeschakeld en is het gereed voor gebruik.
Het systeem is gereed voor bewaking wanneer de LED van de transmissie-indicator en
de LED's van de accu-indicator groen branden.
5.2
Toepassing van de transducers
Ultrageluidtransducer
Bevestig de transducer aan de riemklem. Breng ultrasoundgel aan op het oppervlak
van de transducer.
Opmerking: gebruik uitsluitend de aanbevolen gel. gebruik geen gels op
oliebasis.
Gebruik de minimale hoeveelheid vereiste gel om te voorkomen dat deze te
gemakkelijk op de huid glijdt.
•
Wanneer de transducer in water gebruikt moet worden, gebruikt u slechts
een beetje gel of indien mogelijk helemaal geen gel.
•
Positioneer de transducer. Aanpassen voor de beste, heldere foetale
hartgeluiden. Verwijs naar de Foetale Monitor gebruiksinstructies voor
meer informatie.
•
Maak stevig vast met de riem. Voor een optimale prestatie tijdens perioden
van mobiliteit dient u ervoor te zorgen dat de riem voldoende strak is om
te voorkomen dat de transducer wegglijdt. Vermijd dat de patiënt zich
ongemakkelijk voelt bij te strak aanspannen.
Gebruiksinstructies
NL
19