12. Aansluiten op andere apparatuur
Printinstellingen
Selecteer de items en stel deze zowel op het scherm in stap
kiezen en uitprinten" als in stap
procedures in.
•
Wanneer u beelden wilt afdrukken op een papierformaat of met een opmaak die niet verwerkt
worden door het toestel, stelt u [Papierafmeting] of [Lay-out pagina] in op [
vervolgens het papierformaat of de opmaak in op de printer.
(Voor details de handleiding van de printer raadplegen.)
•
Wanneer [Print inst.(DPOF)] geselecteerd is, worden de [Print met dat.] en [Aantal prints] items
niet afgebeeld.
[Print met dat.]
∫
[ON]
Datum wordt afgedrukt.
[OFF]
Datum wordt niet afgedrukt.
•
Als de printer geen datum afdrukt, kan de datum niet op de foto afgedrukt worden.
•
Afhankelijk van de printer kunnen de afdrukinstellingen van de datum van de printer voorrang
krijgen, dus controleer dit als dat het geval is.
•
Wanneer u beelden afdrukt met een tekstafdruk, gelieve eraan denken de afdruk in te stellen
met datum op [OFF] anders zal de datum bovenaan afgedrukt worden.
•
Op sommige printers, zal de datum van de met de aspectratio ingesteld op [1:1] gemaakte
afbeelding verticaal afgedrukt worden.
Wanneer u aan de fotowinkel vraagt de beelden af te drukken
•
Door het afdrukken van de datum m.b.v. [Tekst afdr.]
van de datum op het moment van de [Print inst.]
gaat, kunnen de data bij de fotowinkel afgedrukt worden.
[Aantal prints]
∫
U kunt het aantal afdrukken instellen tot 999.
•
U kunt ook de bedieningsfunctieknop gebruiken om in te stellen.
3
van de "Meerdere beelden kiezen en uitprinten"
(P234)
(P244)
instelling voordat u naar een fotowinkel
314
2
van de "Een beeld
] en stelt u
{
of het instellen van het afdrukken