8. Stabilisator, zoom en flitser
Beschikbare flitsinstellingen voor de opnamefuncties
∫
De beschikbare flitsinstellingen zijn afhankelijk van de opnamefuncties.
(±: Beschikbaar, —: Niet beschikbaar, ¥: Begininstelling)
Intelligent Auto modus
Intelligent Auto Plus modus
Programma AE-modus
Lensopening-Prioriteit AE-modus
Sluiter-Prioriteit AE-modus
Handmatige Belichtingsmodus
Panorama Shot-modus
[Zachte huid]
[Zacht tegenlicht]
[Ontspannen atmosfeer]
[Blauwe lucht]
[Romantische zonsondergang]
[Levendige zonsondergang]
[Glinsterend water]
[Heldere nachtopname]
[Koele nachtopname]
[Warme nachtopname]
Scene Guide
[Artistieke nachtopname]
modus
[Fonkelende verlichting]
[Nachtop. uit hand]
[Nachtportret]
[Bloemen]
[Gerechten]
[Desserts]
[Bewegende dieren]
[Sport]
[Monochroom]
Landschappenmodus
Kids-modus
Portretmodus
Creative Control modus
¢ Kan niet ingesteld worden met gebruik van het [Opname]-menu.
[
] wordt ingesteld als de flitser geopend wordt.
•
De flitsinstellingen kunnen veranderen als de opnamefunctie verander wordt. Stel de
flitsinstelling opnieuw in indien nodig.
•
In de Scène Guide modus/Landschapsmodus/Kids-modus/Portretmodus worden de flitserinstellingen
telkens weer op de fabriekswaarden gezet als u van scène of van opnamemodus verandert.
Opnamefunctie
‰
¢
—
—
¢
±
±
±
±
—
±
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
¥
¥
¥
¥
¥
—
±
±
—
(P72)
202
¢
¢
¢
—
—
—
—
¢
—
¢
—
¢
±
±
±
±
±
±
±
—
—
—
—
±
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
¥
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
—
±
±
±
—
—
—
—
—
¥
—
—
¥
—
—
—
Œ
±
±
±
±
±
±
±
±
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
¥
±
±
±
±
±
±
±
¥
±
±
±