11. Gebruik van de Wi-Fi-functie
Fotograferen via een smartphone/tablet (remote opname)
1
Verbinding met een smartphone maken.
2
Bedien de smartphone.
1 Selecteer [
2 Neem een beeld op.
•
De opgenomen beelden worden in de camera
bewaard.
•
Sommige instellingen zijn niet beschikbaar.
•
Bij een hoge omgevingstemperatuur zullen het continu
opnemen of andere omstandigheden de oververhitting
van de camera tot gevolg hebben. De volgende
beperkingen zullen dan optreden om de camera te
beschermen. Wacht tot de camera is afgekoeld.
–
Het continu opnemen, het opnemen van films en de
Wi-Fi-verbinding zullen tijdelijk uitgeschakeld zijn.
–
Als u doorgaat met opnemen, zelfs als [
scherm knippert, zal een bericht weergegeven worden
en zal de camera automatisch worden uitgeschakeld.
In deze gevallen niet beschikbaar:
•
In de volgende gevallen werkt remote opnemen niet:
–
Panorama Shot-modus
–
Zelfopname-modus
–
Wanneer [Snapfilm] op [ON] gezet is
Een foto nemen terwijl u springt
∫
Als u uw smartphone vasthoudt en springt, kan de sluiter van de camera automatisch
losgelaten worden als de smartphone het hoogste punt van de sprong detecteert. Deze
functie is handig voor het maken van foto's terwijl u springt.
Bedien de smartphone.
] > [Inst. Livebesturing] > [Springsnapshot] > Selecteer de gevoeligheid.
[
•
[
] zal op het remote opnamescherm van de smartphone weergegeven worden.
•
Wij raden aan dat u testfoto's maakt om de camerahoek te bepalen, te kijken hoe hard u springt
en de gewenste afstellingen te maken.
•
Raadpleeg voor details het help-gedeelte in het "Image App"-menu.
].
(P254)
A
] op het
259