5. Instellingen van brandpunt en helderheid (belichting)
Als [š], [Ø] geselecteerd worden
De positie en de maat van de AF-zone kunnen veranderd worden.
1
Druk op 2 (
2
Selecteer [š] of [Ø] en druk op 4.
•
Het beeldscherm voor de instelling van de AF-zone wordt
weergegeven.
•
U kunt het instellingenscherm voor de AF-zone ook
weergeven door het scherm aan te raken.
3
Veranderen van de positie en het formaat van de AF-zone.
Knopbediening Aanraakbediening
3/4/2/1
s
[DISP.]
•
Als u de AF-zone rond een oog in het gele kader plaatst terwijl [š] geselecteerd is, zal
een ander oog scherp gesteld worden.
4
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
•
De AF-zone met dezelfde functie als [Ø] wordt in de aangeraakte positie weergegeven
als [š] geselecteerd is.
De instelling van de AF-zone wordt geannuleerd als op [MENU/SET] gedrukt wordt of
[
] aangeraakt wordt.
Wanneer u [
] selecteert
De 23 AF-zones kunnen in 9 zones onderverdeeld worden en de zone waarop men wilt
scherpstellen kan ingesteld worden.
1
Druk op 2 (
2
Selecteer [
] en druk op 4.
•
Het beeldscherm voor de instelling van de AF-zone wordt
weergegeven.
3
Druk op 3/4/2/1 om het frame van de AF-zone te
selecteren zoals in de afbeelding rechts getoond
wordt.
•
Het kader van de AF-zone kan ook geselecteerd worden
door het scherm aan te raken.
4
Op [MENU/SET] drukken om in te stellen.
•
Alleen de weergave van [i] (middelpunt van het geselecteerde kader van de AF-zone)
zal op het beeldscherm blijven.
•
De instelling van het kader van de AF-zone wordt geannuleerd als op [MENU/SET]
gedrukt wordt of [
).
Aanraken
Beweegt de AF-zone
Open-/
Vergroot/verkleint de AF-zone met kleine stappen
dichtknijpen
Vergroot/verkleint de AF-zone met grote stappen
s
Verplaatst de AF-zone terug naar het midden.
•
[Reset]
).
] aangeraakt wordt.
Beschrijving van de bediening
Als u opnieuw op de knop drukt, zal het formaat van
het kader weer op de fabrieksinstelling gezet worden.
(P139)
142