Opbouw en functie
5.1.3
Stuur
De positie van het stuur kan traploos in de hoogte en in helling worden ingesteld.
Gevaar door kort afgeleid worden!
GEVAAR
Verstel nooit tijdens de rit de positie van het stuur (kans op ongevallen).
De stuurkolom (2) wordt door veerdruk in een verticale
positie gehouden.
1.
Bestuurdersstoel goed instellen (zie hoofdst. 5.1.2
"Bestuurdersstoel", vanaf pag 55).
2.
Pak het stuur (3) met beide handen vast.
3.
Haal de vergrendeling (1) van de
stuurkolomverstelling los.
De stuurkolom is ontgrendeld.
4.
Breng het stuur in de gewenste positie.
5.
Zet de vergrendeling (1) van de
stuurkolomverstelling vast.
De stuurkolom is vergrendeld.
5.1.4
Startschakelaar
De startschakelaar heeft 3 schakelstanden:
0 = Dieselmotor en elektrische elementen zijn uit. De
contactsleutel kan alleen in de stand "0" uit het
contact worden getrokken.
I =
Elektrische elementen zijn ingeschakeld. Alle
waarschuwings- en controlelampjes branden
(lampentest). De informatieterminal start op.
II = Dieselmotor starten.
V-MIX Drive
Artikelnummer 120761
1
2
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
Afb. 5-23: Stuur
Afb. 5-24: Startschakelaar
3
61