Inhoudsopgave
Advertenties
5.4.2
Zicht
5.4.2.1
Ruitenwissers
De ruitenwissers bevinden zich aan de voorruit en aan de rechter zijruit.
WAARSCHUWING Versleten of vuile ruitenwissers veroorzaken slecht zicht en verminderen de
rijveiligheid!
Beschadiging van de ruitenwissers en van de ruitenwissermotoren als de ruitenwissers
VOORZICHTIG
vastgevroren zijn!
Controleer bij vorst of de ruitenwissers niet vastgevroren zij, voordat u de ruitenwissers voor
de eerste keer inschakelt.
De ruitenwissers werken alleen als het contact ingeschakeld is.
Ruitenwissers van de voorruit
De ruitenwisser en de automatische ruitensproeier van de voorruit worden via de draaischakelaar van de
combischakelaar aan- of uitgezet.
Interval-wissen
1.
Draai de draaischakelaar (2) in de pijlrichting (3) op
stand "J".
Wissen
1.
Draai de draaischakelaar (2) in de pijlrichting (1) op
stand "I" of "II".
Stand "I": met normale snelheid wissen.
Stand "II": met snelle snelheid wissen.
Automatische ruitensproeier
1.
Beweeg de draaischakelaar (2) in de pijlrichting (4)
en houd deze daar vast.
De ruitensproeier werkt meteen, terwijl de
ruitenwissers iets later beginnen te wissen.
2.
Laat de draaischakelaar (2) weer los.
De ruitenwissers werken dan nog
ca. 5 seconden.
Ruitenwissers uitschakelen
1.
Draai de draaischakelaar (2) in de oorspronkelijke
stand "0".
134
Reinig vervuilde ruitenwisserbladen.
Vervang versleten ruitenwisserbladen op tijd.
Vertaling van de originele gebruikershandleiding
1
4
Afb. 5-109: Combischakelaar
Opbouw en functie
2
3
V-MIX Drive
Artikelnummer 120761
Advertenties
Inhoudsopgave
