u Lijstgetallen aan een andere lijst toekennen
Hiervoor maakt u gebruik van a.
Voorbeeld
U kunt natuurlijk de lijstgetallen ook rechtstreeks invoeren. Dus in plaats van op
1(LIST) 1(List) d drukt u op !*( { ) eb,gf,cc!/( } ).
u Lijstgetallen oproepen in een specifiek lijstelement
U kunt het getal in een specifiek lijstelement oproepen en in een berekening gebruiken. Geef
het elementnummer op door dit tussen vierkante haken te plaatsen.
Voorbeeld
u Een getal invoeren in een element van een lijst
U kunt een getal toekennen aan een welbepaald element van een lijst. De waarde die het
element dan had, wordt dan overschreven met de nieuwe waarde.
Voorbeeld
k Oproepen van de lijstgetallen van een lijst
Voorbeeld
• De opgeroepen lijstgetallen worden ook opgeslagen in het geheugen voor de laatste lijst
(ListAns). Via dit geheugen kunt u ze dan in een berekening invoeren.
u De lijstgetallen opgeslagen in het geheugen voor de laatste lijst (ListAns)
gebruiken in een berekening
Voorbeeld
• De invoer K1(LIST) 1(List) !-(Ans) roept de lijstgetallen opgeslagen in het
geheugen voor de laatste lijst (ListAns) op.
• Door deze berekening uit te voeren wordt de inhoud van het geheugen voor de laatste lijst
(ListAns) vervangen door het resultaat van deze berekening.
Ken de lijstgetallen van List 3 (41, 65, 22) toe aan List 1
K1(LIST) 1(List) da1(List) bw
Bereken de sinus van het getal opgeslagen in het derde element van
List 2
sK1(LIST) 1(List) c!+( [ ) d!-( ] ) w
Voer het getal 25 in het tweede element van List 3 in
cfaK1(LIST) 1(List) d!+( [ ) c!-( ] ) w
Roep de lijstgetallen van List 1 op
K1(LIST) 1(List) bw
Vermenigvuldig de lijstgetallen in het geheugen voor de laatste lijst
(ListAns) met 36
K1(LIST) 1(List) !-(Ans) *dgw
3-15