Inhoudsopgave
Advertenties
2011-07 ook beoordeeld. Er werd aangetoond dat het diagnostisch vermogen van dPR vs. FFR niet
statistisch verschilt van het diagnostisch vermogen van iFR vs. FFR, met een betrouwbaarheidsinterval
van 95% met significante overlap.
De OptoMonitor 3 is bedoeld om gebruikt te worden met drukgevoelige
geleidingsdraadinstrumenten van OpSens.
De OpSens drukgevoelige geleidingsdraadinstrumenten zijn verkrijgbaar in twee verschillende
modellen:
❖ Drukgevoelige hulpmiddelen MET rekfactoraansluiting (indicatie etiket hulpmiddel).
❖ Drukgevoelige hulpmiddelen ZONDER rekfactoraansluiting (indicatie etiket hulpmiddel).
OPMERKING:
•
De sensorkalibreringsinformatie van de drukgevoelige geleidinsgdraad ZONDER
rekfactoraansluiting bevindt zich in de OptoWire-kabel en er is geen
rekfactoraansluiting noodzakelijk.
•
De sensorkalibreringsinformatie van de drukgevoelige geleidinsgdraad MET
rekfactoraansluiting bevindt zich in de rekfactoraansluiting.
Opstarten van het systeem
Lees voor gebruik van de OptoMonitor 3 en de OptoWire de gebruiksaanwijzing door die bij het
product wordt meegeleverd.
OPMERKING: Voorafgaand aan het uitvoeren van een FFR- of FFR-meting wordt aanbevolen om het
apparaat eerst te laten opwarmen (ongeveer 20 minuten).
1. Duw de AAN/UIT-schakelaar aan de onderkant van het apparaat naar de rechter kant van het
apparaat.
2. Het weergavescherm geeft een enkele toon van gemiddelde hoogte af en het logo van OpSens
verschijnt.
Wacht tot het HOOFDMENU wordt weergegeven en helemaal geladen is (ongeveer 10
seconden).
Controle van de optimale golfvorm van de aortadruk en waarborging nulstelling Pa
Gebruik aortale ingang vanuit het hemodynamische systeem van de
katheterisatiekamer
1- Kalibreer de aortale ingang van het hemodynamische systeem van de katheterisatiekamer (volg
daarbij de stappen die vermeld staan in hoofdstuk 8.3.2)
2- Open volgens de standaardprocedure de leiding van de aortadruk-omvormer naar de open
lucht, door de afsluitkraan in de juiste stand te zetten en voer de correcte nulstellingsprocedure
uit voor de aortadruk (Pa) van het hemodynamische systeem.
3- Zorg dat de geleidingscatheter regelmatig wordt gespoeld met een normale fysiologische
zoutoplossing om ervoor te zorgen dat de golfvorm van de aortadruk optimaal is (zonder
oscillatie of demping).
Controleer of de Pa die op het weergavescherm wordt weergegeven gelijk is aan nul
4-
(0) voor u doorgaat.
LBL-2008-41-v5 OptoMonitor 3 Gebruiksaanwijzing_nl versie 2021-08
62 |
pagina
Advertenties
Inhoudsopgave
