WAARSCHUWING
• Bij beschadiging of corrosie van de accupolen dient u deze te vervangen of te reinigen. Indien u geen
acht slaat op deze waarschuwing, kunnen ze tijdens de werking mogelijk oververhitten, wat kan leiden
tot brand, materiële schade of persoonlijk letsel.
Zorg ervoor dat de klem van de accuhouder stevig vastzit. Haal de houder aan tot 9 N·m. Indien de houder los zit
kan de accu beschadigd raken door trillen of schokken.
Als de accu erg zwak lijkt te zijn, dient u deze door een geschoolde monteur te laten opladen. U moet de accu nooit
langer dan noodzakelijk in ongeladen toestand laten (laat de accu nooit een hele nacht ongeladen).
MOTOROLIE – BENZINEVOERTUIG
Hoewel het waarschuwingslampje voor een laag oliepeil op het dashboard moet gaan branden als het oliepeil zakt,
moet het motoroliepeil maandelijks worden gecontroleerd. Bij het controleren van de olie moet het voertuig zich op een
vlakke ondergrond bevinden. Vul nooit te veel olie bij.
CONTROLE MOTOROLIEPEIL
1.
Verwijder de oliepeilstok uit de vulopening en veeg de olie van de stok(Figuur 31). Zie de volgende
VOORZICHTIG.
VOORZICHTIG
• Verwijder de peilstok nooit terwijl de motor loopt.
2.
Controleer het oliepeil door de peilstok volledig in de vulopening te steken en onmiddellijk weer te verwijderen.
3.
Als het oliepeil zich op of onder het minimumstreepje op de peilstok bevindt, dient u olie toe te voegen tot het peil
zich tussen de markering laag en vol bevindt (veilig peil).
4.
Steek de peilstok in de vulopening. Zie de volgende OPMERKING.
OPMERKING: Recycle of gooi de gebruikte olie weg volgens plaatselijke en landelijke wettelijke vereisten.
Turf/Carryall-voertuig Handleiding voor de eigenaar
Motorolie – Benzinevoertuig
61