Hoofdstuk 5
•
Druk geen sterk verzadigde beelden op lichtgewicht papier af als u afdrukt op
beide zijden van een pagina.
•
Zorg ervoor dat de printer schoon is. Zie Onderhoud van de printer voor meer
informatie.
Referentie voor de lampjes van het bedieningspaneel
De lampjes van het bedieningspaneel geven de status aan en zijn nuttig om
afdrukproblemen op te sporen. Dit gedeelte bevat informatie over de lampjes, wat ze
aangeven, en welke maatregel u eventueel moet nemen.
Zie Het bedieningspaneel van de printer gebruiken voor meer informatie over het
bedieningspaneel van de printer.
12
Label
Naam en beschrijving
1
Pictogram Printkop uitlijnen. Geeft aan dat de printkop moet worden uitgelijnd.
2
Pictogram Toegangsklep van de printcartridges geopend. Geeft aan dat de toegangsklep
van de printcartridges of de bovenste klep is geopend.
3
Pictogram Geen papier. Geeft aan dat er geen papier meer in de printer zit.
4
Pictogram Papierstoring. Geeft aan dat er papier is vastgelopen in de printer.
5
Knop en lampje Hervatten. Het lampje Doorgaan knippert als u op de knop moet drukken
om door te gaan met afdrukken. Als de papierstoring is verholpen of na het aanvullen van
papier of het plaatsen van een cartridge drukt u op deze knop om door te gaan met de
afdruktaak. Druk op deze knop als u een afdruktaak wilt annuleren bij gebruik van verkeerd
papierformaat. Houd deze knop drie seconden ingedrukt om een demopagina af te drukken.
6
Knop Annuleren. Druk eenmaal op deze knop om een afdruktaak te stoppen, of houd deze
knop gedurende drie seconden ingedrukt om een printerstatusrapport af te drukken.
88
Een probleem oplossen
1
2
3
4
1 1
10
9
8
5
6
7