gesloten stand worden geplaatst. Deze klep is bestemd om gebruikt te worden in geval van onderhoud van de
compressor.
Als de koelmiddelvulling van de unit meer dan 500 kg bedraagt, moet er op het watercircuit een gassensor
geïnstalleerd worden om te bewaken op eventuele gaslekken.
Controleer dat het koelcircuit van de unit niet drukloos is alvorens water in de warmtewisselaars te laden. Als het
koelcircuit drukloos is, mag er geen water geladen worden.
Gebruik voor de drukopbouw geen zuurstof of een mengsel van koelmiddel en lucht omdat dit een explosie en ernstig
persoonlijke letsel kan veroorzaken.
1.1
Voorzorgsmaatregelen in verband met restrisico's
1.
Installeer het systeem in overeenstemming met de in deze handleiding verstrekte aanwijzingen.
2.
Voer regelmatig de in deze handleiding aangegeven onderhoudswerkzaamheden uit.
3.
Maak gebruik van beschermingsmiddelen (handschoenen, oogbescherming, helm, enz.) geschikt voor de betreffende
werkzaamheden; draag geen kleding of accessoires die verstrikt kunnen raken of aangezogen kunnen worden door luchtstromen;
lang haar moet samengebonden worden alvorens het systeem binnen te gaan.
4.
Controleer voorafgaand aan de opening van de panelen van de machine of ze stevig door middel van scharnieren op de machine zi jn
bevestigd.
5.
De lamellen van de warmtewisselaars en de randen van metalen onderdelen en panelen kunnen oorzaak zijn van snijwonden.
6.
Verwijder de afschermingen van de bewegende onderdelen niet tijdens de werking van het systeem.
7.
Zorg ervoor dat de afschermingen van de bewegende onderdelen correct zijn teruggeplaatst voordat het systeem opnieuw wordt
gestart.
8.
Ventilatoren, motoren en riemaandrijvingen kunnen mogelijk actief zijn: deze moeten, alvorens het systeem te betreden, altijd gestopt
worden en verder moeten de noodzakelijke voorzorgsmaatregelen getroffen worden om te voorkomen dat ze weer gestart kunnen
worden.
9.
De oppervlakken en de leidingen van de machine kunnen erg heet of koud worden en een risico op brandwonden vormen.
10. Overschrijd nooit de maximale grenswaarde voor druk (PS) van het watercircuit van het systeem.
11. Voordat er onderdelen van de onder druk staande watercircuit worden verwijderd, moet het betreffende deel van de leidingen worden
gesloten en moet de vloeistof geleidelijk worden afgetapt om de druk naar de waarde van de omgevingsdruk te brengen.
12. Gebruik voor het opsporen van eventuele lekken van koelmiddel niet uw handen.
13. Koppel het systeem door middel van de hoofdschakelaar los van de elektriciteitsvoorziening alvorens het bedieningspaneel te o penen.
14. Controleer voorafgaand aan de start of het systeem correct geaard is.
15. Installeer de machine in een geschikt gebied; met name mag het systeem niet buiten geïnstalleerd worden als het bestemd is vo or
gebruik binnenshuis.
16. Gebruik geen kabels met ongeschikte doorsnede, noch aansluitingen door middel van verlengsnoeren, ook niet voor zeer korte
periodes of in noodgevallen.
17. In geval van systemen met condensors voor vermogenscorrectie moet na de loskoppeling van de elektriciteitsvoorziening 5 minut en
worden gewacht alvorens zich toegang te verschaffen tot de binnenkant van de schakelkast.
18. Als het systeem is uitgerust met compressoren met een geïntegreerde omvormer, moet er na de loskoppeling van de
elektriciteitsvoorziening ten minste 20 minuten worden gewacht alvorens zich toegang te verschaffen voor het uitvoeren van
onderhoud: de restenergie in de onderdelen vereist ten minste deze tijd voor de ontlading en vormt een gevaar voor elektrocut ie.
19. Het systeem bevat koelgas dat onder druk staat: de onder druk staande apparatuur mag niet worden aangeraakt, behalve tijdens het
onderhoud dat moet worden toevertrouwd aan gekwalificeerd en bevoegd personeel.
20. Sluit de hulpvoorzieningen aan op het systeem volgens de aanwijzingen van deze handleiding en van de op het systeem aangebrachte
plaatjes.
21. Om milieurisico's te voorkomen, moet ervoor gezorgd worden dat lekkende vloeistof wordt opgevangen in geschikte voorzieningen die
voldoen aan de plaatselijke regelgeving.
22. Als het nodig is om een onderdeel te demonteren, moet voorafgaand aan het opnieuw starten van het systeem gecontroleerd worden
of het onderdeel correct is teruggeplaatst.
23. Wanneer de van kracht zijnde normen de installatie van brandblussystemen in de nabijheid van de machine vereisen, moet
gecontroleerd worden of deze geschikt zijn voor het blussen van branden op elektrische apparatuur, van de smeerolie van de
compressor en van het koelmiddel; raadpleeg hiervoor de veiligheidsinformatiebladen van deze vloeistoffen.
24. Als het systeem is uitgerust met voorzieningen voor het aflaten van overdruk (veiligheidskleppen): als deze kleppen ingrijpen, wordt
het koelgas bij hoge temperatuur en snelheid vrijgegeven; voorkom dat de afgifte van gas kan leiden tot persoonlijk letsel of materiële
schade en voer het gas af, indien nodig, in overeenstemming met de bepalingen van EN 378-3 en de plaatselijk geldende regelgeving.
25. Handhaaf alle veiligheidsvoorzieningen in goede staat van functionering en controleer ze regelmatig in overeenstemming met de
geldende regelgeving.
26. Bewaar alle smeermiddelen in geschikte en gemarkeerde containers.
27. Bewaar geen ontvlambare vloeistoffen in de nabijheid van het systeem.
28. Lege leidingen mogen pas gesoldeerd of gelast worden nadat alle sporen van smeerolie zijn verwijderd; gebruik geen open vuur of
andere warmtebronnen in de nabijheid van de leidingen van de koelvloeistof.
29. Gebruik geen open vuur in de nabijheid van het systeem.
30. De apparatuur moet geïnstalleerd worden in gebouwen die bescherming bieden tegen de invloeden van de weersomstandigheden, in
overeenstemming met de toepasselijke wetten en technische normen.
31. Bots niet tegen en sla niet op leidingen die vloeistoffen onder druk bevatten.
32. Het is niet toegestaan om op de machine te lopen of andere voorwerpen te laten rusten.
33. De gebruiker is verantwoordelijk voor de algemene beoordeling van brandgevaar op de plaats van installatie (bijvoorbeeld de
berekening van de vuurbelasting).
D–EIMWC00803-21_04NL - 13/73