∆
GEVAAR
• De benzinepomp moet geaard zijn, om elektrische vonkvorming door statische elektriciteit te
voorkomen. Indien de pomp niet geaard is, moet het voertuig voor en tijdens het tanken aan
de pomp geaard worden.
• Als het voertuig uitgerust is met een kap tegen slecht of warm weer, zorg er dan voor dat de
brandstoftank goed ontlucht is zoals afgebeeld (Figuur 23, pagina 30).
• Om alle brandgevaar te voorkomen, moet u gemorste benzine opruimen voordat u het voer-
tuig gebruikt.
∆
VOORZICHTIG
• Vul de benzinetank nooit verder dan 2,54 cm (1 in) onder de bovenrand, om ruimte te laten
voor uitzetting. Mors geen brandstof.
OPMERKING: Vermijd het gebruik van geoxideerde brandstof of met alcohol gemengde brandstof. Voer-
tuigen die voor langere tijd worden opgeslagen, moeten op de aangegeven manier op deze
opslag worden voorbereid. Zie Benzinevoertuig voorbereiden op langdurige opslag op
pagina 28.
1. Draai de contactsleutel in de stand UIT.
2. Hef de zitting op en verwijder deze.
3. De brandstoftank bevindt zich aan de bestuurderskant van het voertuig. Verwijder de stop en vul de tank
uitsluitend met verse, loodvrije benzine. Zie VOORZICHTIG hierboven.
4. Plaats de dop weer op de tank. Controleer of de stop goed vastzit.
5. Zet de zitting weer op zijn plaats.
HET VOERTUIG REINIGEN
Club Car Precedent voertuigen hebben aan de voorkant en achterkant een carrosserie die met de hand kan
worden gewassen. Gebruik uitsluitend in de handel verkrijgbare schoonmaakproducten voor auto's en een
spons of een zachte doek voor normale schoonmaakbeurten. Een tuinslang met voor huishoudens normale
waterdruk mag worden gebruikt.
Club Car raadt het wassen onder druk of reinigen m.b.v. stoom niet aan. Bij een dergelijke methode worden
elektrische onderdelen blootgesteld aan vocht. Als vocht de elektrische onderdelen binnendringt, kan dat
leiden tot waterschade en uiteindelijk tot defecte onderdelen.
Gebruik niet-schurende wasproducten. Verwijder accuzuur, kunstmest, teer, asfalt, creosoot, verf of kauwgom
onmiddellijk om mogelijke vlekken te voorkomen. Zie volgende VOORZICHTIG.
VOORZICHTIG
• Indien middelen worden gebruikt om gaatjes te vullen of de carrosserie op te wrijven, zal de
afwerking voorgoed dof worden.
De banken van het voertuig zullen langer meegaan als u ze goed reinigt. Gebruik een oplossing van 10%
vloeibare zeep en warm water met een zachte doek. Gebruik voor ingedroogd vuil een zacht borsteltje. Raad-
pleeg hoofdstuk 4 van de betreffende onderhouds- en servicehandleiding voor het verwijderen van grote hoe-
veelheden vuil, hardnekkige vlekken of krassen, foutjes of andere beschadigingen aan het koetswerk.
OPMERKING: Voer afvalwater op gepaste wijze af.
pagina 44
Precedent Golf Car – Elektrisch/benzinevoertuig – Handleiding voor de eigenaar, 2005
Het voertuig reinigen