Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Waarschuwingslampje; Voorbewerking En Dagelijkse Veiligheidscontroles - Club Car PRECEDENT 2005 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Figuur 18 Choke

WAARSCHUWINGSLAMPJE

De golfwagen met benzinemotor heeft op het dashboard, net onder de stuurkolom, een waarschu-
wingslampje voor het oliepeil (Figuur 19). Indien het waarschuwingslampje brandt, moet u de olie controleren
en zo nodig olie bijvullen voor u het voertuig verder gebruikt. Er mag niet met het voertuig worden gereden
wanneer het waarschuwingslampje constant brandt. Als het lampje aan en uit gaat, mag u blijven rijden maar
moet u zo snel mogelijk olie bijvullen. Als het oliepeil correct is maar het waarschuwingslampje blijft branden,
laat u het voertuig dan even nakijken door een getrainde monteur. Zie volgende VOORZICHTIG.
VOORZICHTIG
• Als het waarschuwingslampje blijft branden, moet u onmiddellijk olie bijvullen, anders kunt u
de motor voorgoed beschadigen.

VOORBEWERKING EN DAGELIJKSE VEILIGHEIDSCONTROLES

Ieder Club Car-voertuig is grondig onderzocht en afgesteld in de fabriek; wanneer u uw nieuwe voertuig(en)
in bezit neemt, moet u echter vertrouwd zijn met de bedieningen, indicators en werking. Controleer elk voer-
tuig zorgvuldig en vergewis u ervan dat het in perfecte staat verkeert voor u de levering aanvaardt.
Gebruik de volgende lijst bij de inspectie van uw voertuig. U dient deze lijst dagelijks te gebruiken om ervoor
te zorgen dat het voertuig in goede staat verkeert en conform de Periodieke onderhoudsschema's op
pagina 32 wordt gebruikt. Eventuele defecten moeten worden hersteld door uw Club Car-distributeur/-dealer
of een getrainde monteur.
Een voertuig dat niet probleemloos werkt, moet uit gebruik worden genomen tot het gerepareerd is. Dit zal
verdere schade aan het voertuig en mogelijke verwondingen door onveilige condities voorkomen.
Alle voertuigen
• Algemeen: Alle onderdelen moeten correct gemonteerd en geïnstalleerd zijn. Verifieer dat alle
moeren, bouten en schroeven goed vastzitten.
• Veiligheids- en informatiestickers: Verifieer dat alle veiligheids- en informatiestickers aangebracht
zijn. Zie pagina's 4 tot en met 7.
• Banden: Controleer de bandenspanning. Controleer banden dagelijks op slijtage en schade, en ga na
of ze goed zijn opgeblazen. Zie Voertuigspecificaties op pagina 47.
Precedent Golf Car – Elektrisch/benzinevoertuig – Handleiding voor de eigenaar, 2005
Voorbewerking en dagelijkse veiligheidscontroles
Figuur 19 Waarschuwingslampje
pagina 21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave