1. Veerringen
2. Borgmoer
Onderhoud van zwenkwielen
en lagers
De zwenkwielen draaien op een rollager ondersteund door
een spanbus. Als het lager steeds goed gesmeerd blijft, is de
slijtage minimaal. Als het lager niet goed gesmeerd is, zal het
snel verslijten. Als een zwenkwiel gaat wiebelen is er meestal
een lager versleten.
1. Verwijder de moer en de bout waarmee het zwenkwiel
is bevestigd aan de zwenkwielvork (Figuur 60).
1. Borgmoer
2. Wielbout
3. Lagerbus
Figuur 59
3. Stofkap
Figuur 60
4. Spanbus
5. Rollager
2. Verwijder een bus en trek vervolgens de spanbus en het
tollager uit de wielnaaf (Figuur 60).
3. Verwijder de andere bus uit de wielnaaf en verwijder
eventueel vet en vuil uit de wielnaaf (Figuur 60).
4. Inspecteer het rollager, de bussen, spanbussen en de
binnenzijde van de wielnaaf op slijtage.
Opmerking: Vervang defecte of versleten onderdelen
(Figuur 60).
5. Schuif een bus in de wielnaaf (Figuur 60).
6. Smeer het rollager en de spanbus en schuif deze in de
wielnaaf (Figuur 60).
7. Schuif de tweede bus in de wielnaaf (Figuur 60).
8. Plaats het zwenkwiel in de zwenkwielvork en bevestig
het wiel met de wielbout en borgmoer (Figuur 60).
9. Draai de borgmoer vast tot de spanbus tegen de
binnenzijde van de zwenkwielvork rust (Figuur 60).
10. Smeer de nippel op het zwenkwiel.
Elektrische koppeling afstellen
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer
de elektrische koppeling.
De koppeling is afstelbaar zodat er goed geschakeld en
geremd kan worden.
1. Steek een voelermaat van 0,4 tot 0,5 mm door een
inspectiesleuf in de zijkant van de eenheid.
Opmerking: Controleer of deze tussen de
wrijvingsvlakken van de armatuur en de rotor zit.
Opmerking: De opening moet minimaal 0,4 mm en
maximaal 0,5 mm bedragen.
2. Als afstelling nodig is, gebruik dan een voelermaat van
0,4 mm om de 3 afstelsleuven af te stellen.
3. Draai de borgmoeren aan totdat de voelermaat licht is
vastgeklemd maar gemakkelijk binnen de spleet kan
bewegen (Figuur 61).
4. Herhaal deze procedure bij de overige gleuven.
5. Controleer nogmaals elke sleuf en stel de koppeling iets
bij totdat de voelermaat tussen de rotor en de armatuur
hiermee zeer licht contact maakt.
43