Samenvatting van Inhoud voor Toro GrandStand maaier
Pagina 1
Form No. 3388-816 Rev A GrandStand ® maaier Met een TURBO FORCE ® maaidek van 91 cm of 102 cm Modelnr.: 74534TE—Serienr.: 315000001 en hoger Modelnr.: 74536TE—Serienr.: 315000001 en hoger g020526 *3388-816* A Registreer uw product op www.Toro.com. Vertaling van de oorspronkelijke tekst (NL)
Onderhoud van de accu...........40 Veiligheid ..............4 Onderhoud van de zekeringen........41 Veilige bediening ............. 4 Onderhoud aandrijfsysteem ........42 Veiligheid Toro-maaiers..........6 De sporing afstellen ..........42 Geluidsdruk ............7 Bandenspanning controleren ........43 Geluidsniveau ............7 Lager van draaipunt van zwenkwiel afstellen ....43 Trillingsniveau voor model 74534TE......
Toro heeft deze maaier ontworpen voor en getest op veilig • Inspecteer het gebied waar de machine zal worden gebruik. Als u zich echter niet houdt aan de volgende gebruikt en verzeker dat alle objecten voor gebruik van instructies kan dit lichamelijk letsel tot gevolg hebben.
• • Breng het maaidek niet omhoog als de maaimessen Sla de machine en de brandstofhouder niet op op plaatsen draaien. waar open vlammen, vonken of waakvlammen (b.v. van een boiler of andere toestellen) aanwezig kunnen zijn. • Gebruik de machine niet als de afscherming van de aftakas of andere afschermingen niet goed op hun plaats zitten.
Opmerking: Deze kunnen de machine minder stabiel maken. Toro heeft deze maaimachine ontworpen voor het maaien en • Voer alle bewegingen op hellingen langzaam en geleidelijk fijnmaken van gras of, indien uitgerust met een grasvanger uit.
Geluidsdruk Gemeten trillingsniveau = 0,79 m/s Onzekerheidswaarde (K) = 0,39 m/s Model 74534TE oefent een geluidsdruk van 88 dBA uit op het gehoor van de bestuurder (met een onzekerheidswaarde De gemeten waarden zijn bepaald volgens de procedures in (K) van 1 dBA). EN ISO 5395:2013.
Hellingsindicator G015791 Figuur 3 Deze pagina mag worden gekopieerd voor persoonlijk gebruik. 1. De maximale hellingshoek waarbij u de machine veilig kunt gebruiken is 15 graden. Gebruik het hellingsschema om de hellingshoek te bepalen voordat u de machine bedient. Gebruik de machine niet op hellingen van meer dan 15 graden. Langs de betreffende lijn van de aanbevolen hellingshoek vouwen.
Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. Merkteken van fabrikant 1. Geeft aan dat het mes onderdeel van een originele 93-7818 Toro-maaimachine is. 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding voor instructies om de mesbout/moer vast te zetten met een torsie van 115–149 Nm.
Pagina 10
115-4186 1. Interval 2. Aftakasschakelaar 3. Parkeerrem 4. Neutraalstand 116-3267 5. Dodemansknop 6. Accu 115-4212 1. Peil hydraulische vloeistof 3. Waarschuwing – Raak het hete oppervlak niet aan. 2. Lees de Gebruikershandleiding. 119-0186 1. Geleiding van drijfriem 116-3290...
Pagina 11
119-2317 1. Maaihoogte (mm) 119-0187 1. Geleiding van drijfriem 121-6049 1. De machine kan 3. Handen of voeten voorwerpen uitwerpen kunnen worden 119-0217 – Houd omstanders uit de gesneden/geamputeerd buurt van de machine. door het maaimes – Blijf uit 1. Waarschuwing – Zet de motor af, blijf uit de buurt van de buurt van bewegende bewegende onderdelen en houd alle beschermende delen onderdelen.
Pagina 12
117-3626 1. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding. 5. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op een veilige afstand van de machine. 2. Waarschuwing – Bedien deze machine uitsluitend als u daarin 6. Waarschuwing – Stel de parkeerrem in werking, zet de bent getraind.
Een selectie van door Toro goedgekeurde werktuigen en accessoires is verkrijgbaar voor gebruik met de machine om de mogelijkheden daarvan te verbeteren en uit te breiden. Neem contact op met een erkende servicedealer of distributeur of bezoek www.Toro.com voor een lijst van alle goedgekeurde werktuigen en accessoires.
Gebruiksaanwijzing GEVAAR In bepaalde omstandigheden kan tijdens het Brandstof bijvullen tanken statische elektriciteit worden ontladen waardoor vonken ontstaan die benzinedampen tot • Gebruik voor de beste resultaten uitsluitend schone, verse ontbranding kunnen brengen. Brand of explosie (minder dan 30 dagen oud), loodvrije benzine met een van benzine kan brandwonden bij u of anderen en octaangetal van 87 of hoger (indelingsmethode (R+M)/2).
Voeg de juiste hoeveelheid stabilizer/conditioner aan de wrijving als zij nieuw zijn, waardoor de motor extra wordt benzine toe. belast. Houd er rekening mee dat een nieuwe machine een inrijperiode van 40 tot 50 bedrijfsuren nodig heeft om vol Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het best als vermogen te ontwikkelen voor de beste prestaties.
Parkeerrem in werking stellen Trek de hendel van de parkeerrem naar achteren in de ingeschakelde stand (Figuur g012782 Figuur 11 • Zet de rijhendels in de neutraalstand en zet de rechterrijhendel in de vergrendelde neutraalstand (Figuur 12). Figuur 9 1. Parkeerrem ingeschakeld 2.
2. Draai het contactsleuteltje naar de stand Stop om de motor af te zetten. Gebruik van de Brandstofklep De brandstofafsluitklep bevindt zich achter de rechterkant van het stootkussen voor de bestuurder. Sluit de brandstofafsluitklep tijdens transport, onderhoud en opslag (Figuur 16).
Motor afzetten Opmerking: Als de motor warm of heet is, hoeft u de choke niet te gebruiken. VOORZICHTIG Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd is achtergelaten. Verwijder altijd het sleuteltje uit het contact en stel de parkeerrem in werking wanneer u de machine onbeheerd achterlaat, ook al is het slechts voor een paar minuten.
Het veiligheidssysteem 1. Start de motor; zie Motor starten (bladz. 19). gebruiken 2. Stel de parkeerrem in werking. 3. Zet de rechterrijhendel in de middelste onvergrendelde VOORZICHTIG stand. Niet-aangesloten of beschadigde Opmerking: De messen mogen niet draaien. interlockschakelaars kunnen onverwachte 4.
WAARSCHUWING Het bestuurdersplatform is zwaar en kan letsel veroorzaken bij het omhoog of omlaag brengen. Het platform kan plotseling omlaag komen als het niet wordt ondersteund met de vergrendelpen. • Houd vingers en handen uit de buurt van het scharnierende gedeelte van het platform als het platform omhoog of omlaag wordt bewogen.
Figuur 23 Achteruitrijden G020531 1. Zet de rechterrijhendel in de middelste onvergrendelde Figuur 22 stand. 1. Voorste referentiebalk 4. Rechterrijhendel 2. Beweeg de rijhendels langzaam naar achteren (Figuur 2. Linkerrijhendel 5. Rechterrijhendel in 24). de vergrendelde neutraalstand 3. Rechterreferentiebalk 3. Beweeg de toerenregelaar naar de gewenste snelheid om vooruit te rijden.
Stel de parkeerrem in werking als u de machine verlaat; zie Parkeerrem in werking stellen (bladz. 18). Denk erom dat u het sleuteltje uit het contact haalt. VOORZICHTIG Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen terwijl deze onbeheerd is achtergelaten.
vrachtwagen met banden, kettingen, kabels of touwen de kans bestaat dat de machine van de zijkant van de (Figuur 26). hellingbaan afrijdt. U mag de snelheid niet abrupt verhogen als u de machine de hellingbaan oprijdt en ook niet abrupt verlagen als u de machine de hellingbaan afrijdt.
1. Zet de maaihoogtehendel in de transportstand (helemaal omhoog). 2. Om dit aan te passen, draait u de pen 90 graden en verwijdert u de pen uit de maaihoogtebeugel. 3. Kies de opening in de maaihoogtebeugel die overeenkomt met de gewenste maaihoogtestand, en steek daarin de pen (Figuur 28).
Stand B Gebruik deze stand als u het maaisel opvangt (Figuur 31). g012676 Figuur 29 1. Sleuf 2. Moer G012678 Figuur 31 Stand van afvoerplaat instellen De volgende figuren zijn uitsluitend bedoeld als aanbeveling voor gebruik. De instelling is afhankelijk van de soort gras, Stand C het vochtgehalte en de hoogte van het gras.
Pagina 28
• Er kunnen gewichten worden toegevoegd of verwijderd om optimale prestaties te bereiken bij verschillende maaiomstandigheden of aan te passen aan de voorkeur van de bestuurder. • Er wordt aangeraden de gewichten slechts één voor één toe te voegen of te verwijderen tot de gewenste balans is bereikt.
• Vervang de hydraulische vloeistof als u Mobil®1 olie gebruikt. Om de 250 bedrijfsuren • Stel de lager van het draaipunt van het zwenkwiel af. • Vervang de hydraulische vloeistof als u Toro® HYPR-OIL™ 500 olie gebruikt. Om de 500 bedrijfsuren • Vervang het hydraulische filter.
VOORZICHTIG Als u het sleuteltje in het contact laat, bestaat de kans dat iemand de motor per ongeluk start waardoor u en andere omstanders ernstig letsel kunnen oplopen. Haal het sleuteltje uit het contact en maak de bougiekabels los voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert aan de machine.
7. Schuif de grote ringen met plastic bussen in de kussenbeugel en bevestig deze met een R-pen (Figuur 36). g012572 Figuur 36 Figuur 35 1. Verwijder de accu 2. Breng met 2 mensen de voorzijde van de maaier omhoog (zorg ervoor dat het platform omhoog is) Maak het stootkussen los om toegang te krijgen tot de...
Smering Smeren met nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis voor algemene doeleinden. Machine smeren Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren—Smeer de armen van de spanpoelies van het maaidek (dit moet vaker gebeuren als de machine wordt gebruikt in stoffige of vuile omstandigheden).
Zwenkwielnaven smeren 13. Draai de moer vast tot 8-9 Nm, draai de moer los en draai vervolgens opnieuw vast tot 2-3 Nm. Onderhoudsinterval: Jaarlijks Opmerking: Controleer of de as niet verder uitsteekt 1. Stop de motor, wacht tot alle bewegende delen dan de beide moeren.
Onderhoud motor 1. Was het schuimfilter in warm water met vloeibare zeep. Als het element schoon is, moet u het grondig uitspoelen. Onderhoud van het luchtfilter 2. Schuimfilter in een schone doek wikkelen en droogknijpen. Onderhoudsinterval/Specificatie Belangrijk: Vervang het schuimelement als het Controleer beide elementen en vervang ze indien ze schade gescheurd of versleten is.
Belangrijk: Zorg ervoor dat u 80% van de olie bijvult en vul daarna geleidelijk olie bij tot aan de Vol-markering. Type olie: Reinigingsolie (API onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ of SL) Motoroliecapaciteit:1,7 liter zonder filter; 1,5 liter met filter g020534 Viscositeit: zie onderstaande tabel: Figuur 42 Het motoroliepeil controleren...
Motorolie verversen Opmerking: Geef de afgewerkte olie af bij een inzamelcentrum. 1. Parkeer de machine zo dat de aftapkant iets lager staat dan de andere kant zodat alle olie kan weglopen. 2. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking.
Bougie verwijderen 1. Schakel de aftakas uit, zet de rijhendels in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking. 2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand g020534 zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat. 3.
Bougie monteren Onderhoud Draai de bougie(s) vast met een torsie van 22 Nm. brandstofsysteem Brandstof aftappen uit de brandstoftank Opmerking: De enige aanbevolen manier om brandstof af te tappen uit de tank is het gebruik van een sifonpomp. Een sifonpomp is verkrijgbaar bij de bouwmarkt. Figuur 49 GEVAAR In bepaalde omstandigheden is benzine uiterst...
Figuur 51 1. Brandstoffilter 3. Brandstofslang 2. Slangklem g020861 Figuur 50 5. Trek het filter uit de brandstofslangen. 1. Brandstoftankdop 6. Monteer een nieuw filter en schuif de slangklemmen terug tot dicht bij het filter. 7. Open de brandstofafsluitklep. Onderhoud van het 8.
Onderhoud elektrisch WAARSCHUWING systeem Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen Onderhoud van de accu accugassen tot ontploffing komen en lichamelijk letsel veroorzaken. Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren •...
6. Monteer de accu in de machine en sluit de accukabels aan; zie Accu monteren (bladz. 40). Opmerking: Gebruik de machine nooit wanneer de accu is losgekoppeld; dit kan beschadigingen aan het elektrische systeem tot gevolg hebben. Figuur 53 1. Pluspool van de accu 3.
Onderhoud aandrijfsysteem De sporing afstellen Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. 1. Duw beide rijhendels even ver naar voren. 2. Ga na of de machine naar een kant trekt. Opmerking: Indien dit het geval is, moet u de machine stoppen en de parkeerrem in werking stellen.
Bandenspanning controleren 6. Controleer het veiligheidssysteem voordat u de machine gebruikt. Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsuren/Maandelijks (houd hierbij de kortste periode aan) De juiste bandenspanning voor de achterbanden is 0,83 tot 0,97 bar. Belangrijk: Een ongelijke bandenspanning kan leiden tot onregelmatige maairesultaten. Opmerking: De voorbanden zijn semi-pneumatisch en hoeven niet op spanning te worden gehouden.
Figuur 60 1. Stelmoer 3. Voelermaat 2. Sleuf Figuur 59 1. Veerringen 3. Stofkap 2. Borgmoer Elektrische koppeling afstellen Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de elektrische koppeling. De koppeling is afstelbaar zodat er goed geschakeld en geremd kan worden. 1. Steek een voelermaat van 0,4 tot 0,5 mm door een inspectiesleuf in de zijkant van de eenheid.
Onderhoud koelsysteem Onderhouden remmen Luchtinlaatrooster reinigen Onderhoud van de rem Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks Voor elk gebruik moet u de remmen controleren op een horizontaal oppervlak en een helling. Verwijder vóór elk gebruik aangekoekt gras, vuil of andere rommel van de cilinder en de koelribben van de cilinderkop, Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de machine het luchtinlaatrooster op het uiteinde van het vliegwiel, de...
G021 180 g013291 Figuur 62 Figuur 63 1. Wiel 3. De speling moet tussen 3 1. Gaffel 3. Onderste remhendel en 6 mm zijn. 2. Gaffelpen 4. R-pen 2. Remstaaf 4. Meet de kleinste afstand tussen de staaf en de band Remmen afstellen Als de afstand tussen de remstaaf en de band niet correct is,...
Onderhoud riemen De riemen controleren Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de aandrijfriem van de pomp. Om de 100 bedrijfsuren—Controleer de drijfriem(en) van het maaidek. Controleer de riemen op scheuren, gerafelde randen, Figuur 64 schroeiplekken, slijtage, tekenen van oververhitting of andere schade.
Figuur 65 Figuur 66 1. Riem 3. Veerbelaste spanpoelie 1. Riem 3. Veer 2. Veer 2. Veerbelaste spanpoelie Drijfriem van linkermaaidek Aandrijfriem van pomp vervangen vervangen 1. Schakel de aftakas uit en stel de parkeerrem in werking. Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren—Controleer 2.
Onderhoud bedieningsysteem De rijhendelstanden afstellen De rechterrijhendel afstellen Als de rijhendels niet op één horizontale lijn staan, moet u de rechterrijhendel afstellen. Opmerking: Stel eerst de horizontale uitlijning af en pas daarna de uitlijning voor/achter. 1. Schakel de aftakas uit, zet de rechterrijhendel in de vergrendelde neutraalstand en stel de parkeerrem in werking.
De neutraalstand van de rijhendels afstellen Belangrijk: Controleer of de sporing van de maaier juist is nadat u de rijhendels hebt versteld. De sprong aanpassen en de uitlijning voor/achter van de rijhendels is dezelfde procedure (Figuur 70). Opmerking: Stel eerst de horizontale uitlijning af en pas daarna de uitlijning voor/achter.
(Figuur 71). systeem Het hydraulische systeem een onderhoudsbeurt geven ® ™ Type hydraulische olie: Toro HYPR-OIL ® hydraulische olie of Mobil 1 15W-50 synthetische motorolie. Inhoud van het hydraulische systeem: 2,0 liter Belangrijk: Gebruik de voorgeschreven vloeistof of een gelijkwaardig product. Andere vloeistoffen kunnen schade aan het systeem veroorzaken.
Om de 500 bedrijfsuren—Vervang de hydraulische om lucht uit het systeem te verwijderen ® ™ vloeistof als u Toro HYPR-OIL 500 olie gebruikt. 12. Zet de motor af en controleer op olielekkages. Opmerking: Als een of beide wielen niet willen...
13. Controleer het vloeistofpeil en vul indien nodig vloeistof bij. Niet te vol vullen. Hydraulisch filter vervangen Onderhoudsinterval: Na de eerste 8 bedrijfsuren Om de 500 bedrijfsuren/Jaarlijks (houd hierbij de kortste periode aan) WAARSCHUWING Warme hydraulische vloeistof kan ernstige Figuur 75 brandwonden veroorzaken.
Hydraulische leidingen controleren Onderhoud van het Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren maaidek Controleer de hydraulische leidingen en slangen op lekkages, losgeraakte aansluitingen, kinken, loszittende steunen, slijtage, Onderhoud van de algemene verwering en de inwerking van chemicaliën. Voer alle noodzakelijke reparaties uit voordat u de machine in maaimessen gebruik neemt.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en uitsluitend originele Toro-messen gebruiken. Gebruik ter wacht totdat alle bewegende onderdelen tot stilstand vervanging nooit messen van andere fabrikanten omdat dit in zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
Opmerking: Het mes blijft in balans als u van beide snijranden dezelfde hoeveelheid materiaal verwijdert. Figuur 79 1. Onder de oorspronkelijke hoek slijpen 2. Controleer de balans van het mes met een mesbalans (Figuur 80). Opmerking: Als het mes horizontaal blijft, is het in balans en geschikt voor gebruik.
g020807 Figuur 83 1. Stelbout 4. Draagarm van maaidek 2. Contramoer 5. De afstand moet 11 mm bedragen. g020801 3. Gaffel Figuur 82 1. Hier meten in het midden 6. Stelbout Schuinstand van het rechtermaaidek van de wartels instellen 2. Contramoeren van wartel 7.
g020858 g020859 Figuur 84 Figuur 85 2. Meten bij B en D 1. Meet hier de afstand van 2. Meten bij C en D 1. Meet hier de afstand van het mes tot het harde het mes tot het harde oppervlak oppervlak De achterkant van het maaidek afstellen...
2 3 1 g020860 Figuur 86 1. Meet hier de afstand van 2. Meten bij A en C het mes tot het harde g020808 oppervlak Figuur 87 1. Contramoer 3. Groef die links schroefdraad aangeeft De maaihoogte afstellen 2. Spanschroef 1.
g015594 Figuur 89 1. Bout 5. Veer (gemonteerd) 2. Afstandsstuk 6. Grasgeleider g020703 3. Borgmoer 7. J-vormig haakuiteinde van veer Figuur 88 4. Veer 1. 25,7 cm voor een 102 cm 3. Voorste moer maaidek en 28,2 cm voor een 91 cm maaidek 2.
Reiniging Stalling Reinigen en opslaan Onderkant van het maaidek 1. Schakel de aftakas uit, stel de parkeerrem in werking reinigen en draai het contactsleuteltje op UIT. Verwijder het sleuteltje. Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks 2. Verwijder maaisel, vuil en vet van de buitenkant van de Verwijder elke dag het aangekoekte gras aan de onderkant gehele machine, met name van de motor.
Pagina 62
te laten draaien en zo de olie over de cilinderwand te verspreiden. Monteer de bougie(s). De bougiekabel niet op de bougie(s) drukken. 10. Controleer alle bouten, schroeven en moeren en draai deze vast. Beschadigde delen repareren of vervangen. 11. Werk alle krassen en beschadigingen van de lak bij. Bijwerklak is verkrijgbaar bij een erkende servicedealer.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De motor start niet, start moeilijk of slaat 1. Brandstoftank leeg. 1. Vul de tank met benzine. 2. De choke is niet ingeschakeld. 2. Schakel de choke in. 3. Bevestig de kabel aan de bougie. 3.
Pagina 64
Probleem Mogelijke oorzaak Remedie De maaihoogte is ongelijk. 1. Maaimes(sen) bot. 1. Mes(sen) slijpen. 2. Maaimes(sen) verbogen of niet in 2. Nieuwe maaimes(sen) monteren. balans. 3. Het maaidek staat niet horizontaal. 3. Stel het maaidek horizontaal in. 4. Onjuiste schuinstand van het maaidek. 4.
Pagina 67
De informatie die Toro verzamelt Toro Warranty Company (Toro) respecteert uw privacy. Om uw aanspraak op garantie te behandelen en contact met u op te nemen in het geval van een terugroepactie vragen wij om bepaalde persoonlijke informatie, hetzij direct of via uw lokale Toro-dealer.
Pagina 68
– Het verwijderen van verontreinigingen uit het brandstofsysteem Voor bepaalde motoren van de Toro LCE-producten geldt een garantie van de fabrikant van de valt niet onder de garantie motor. – Gebruik van oude brandstof (meer dan een maand oud) of De optie die zich het eerst aandient moet worden aangehouden.