70
Instellingen
Menu
Netwerk
dan functie kiezen:
Inbelpunt
Om WAP te gebruiken en Java™-
programma's te laden, moet er een
Inbelpunt zijn vastgelegd. Er kunnen
max. 5 inbelopties worden gedefini-
eerd. Doorgaans zijn deze reeds
door de netwerkaanbieder ingesteld
en hoeft u alleen nog maar de
gewenste inbeloptie te kiezen.
Nieuwe invoer
Als er nog geen Inbelpunt beschik-
Nieuwe invoer
baar is, kiest u
lege lijst en voert u de volgende
parameters (CSD-gegevens) in:
Profielnaam:
Het Inbelpunt een
naam geven of een
vooraf ingestelde naam
overschrijven.
Inbelnr.:
Inbelnummer (ISP)
invoeren.
Verbindg.type:
ISDN of analoog
kiezen.
Login-naam:
Gebruikersnaam (login-
naam) invoeren.
Wachtwoord:
Wachtwoord invoeren.
(onleesbaar weerge-
geven).
Afbreektijd:
Aantal seconden invoe-
ren waarna een verbin-
ding moet worden
beëindigd wanneer er
geen invoer of data-uit-
wisseling meer plaats-
vindt.
§Opslaan§
Ingevoerde gegevens van
Instellingen
Inbelnummers voor WAP zijn normaal
gesproken niet geschikt voor Java™ (afhan-
kelijk van uw provider). Voor Java™ kunt u
alle inbelnummers gebruiken die u ook voor
uw reguliere verbinding met Internet han-
teert (WWW, HTTP). Het is dan ook moge-
lijk dat u gebruik moet maken van twee ver-
schillende WAP en een voor Java™.
WAP- en inbelparameters vindt u ook op de
bij het toestel geleverde cd, in de map
WAP_OTA, of op Internet op dit adres:
www.my-siemens.com/sl45i
Inbelpunt-Menu
Afhankelijk van de situatie zijn ver-
in de
schillende functies beschikbaar:
Nieuwe
invoer
Wissen
Alles wissen
Java-stan-
daard
het Inbelpunt opslaan.
Opties
Een nieuwe file aanma-
ken.
De geselecteerde file
wissen.
Alle profielen wissen.
Inbelpunt vastleggen
als standaard voor het
laden van Java™-pro-
gramma's.Dit inbel-
punt wordt in de lijst
gemarkeerd. Daar-
naast kunt u voor speci-
fieke Java™-toepassin-
gen ook een
afzonderlijk inbelpunt
definiëren (pagina 40).