ongeacht de displayinstelling
3
automatisch overgeschakeld op
de temperatuurweergave.
24
Bandenspanningen
met bandenspanningscontrole
SU
(RDC)
z
De weergegeven bandenspannin-
gen hebben betrekking op een
bandentemperatuur van 20 °C.
De linker waarde 1 geeft de ban-
denspanning van het voorwiel
aan, de rechter waarde 2 de ban-
denspanning van het achterwiel.
Direct na het inschakelen van
-- --
het contact wordt
gegeven, omdat het overdragen
van de bandenspanningswaarde
pas begint na de eerste over-
schrijding van een snelheid van
30 km/h.
Als bovendien het sym-
bool 3 wordt weergegeven,
gaat het om een waarschuwings-
indicatie. De kritieke banden-
spanning knippert.
Als de kritieke waarde binnen het
grensgebied van de toelaatbare
tolerantie ligt, brandt bovendien
het algemene waarschuwings-
lampje geel. Als de gemeten
bandenspanning buiten de toe-
laatbare tolerantie ligt, knippert
het algemene waarschuwings-
lampje rood.
Uitgebreide informatie over de
BMW Motorrad RDC is te vinden
vanaf pagina (
76).
weer-
Oliepeilaanduiding
met boordcomputer
De oliepeilaanduiding 1 geeft in-
formatie over het oliepeil in de
motor. Deze kan alleen worden
opgeroepen als de motorfiets
stilstaat.
Voor de oliepeilcontrole moet aan
de volgende voorwaarden zijn
voldaan:
Motor op bedrijfstemperatuur.
Motor draait minimaal tien se-
conden stationair.
Zijstandaard ingeklapt.
SU