FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN BEDIENINGEN
Rempedaal
3
1. Rempedaal
Het rempedaal bevindt zich aan de rech-
terzijde van de motorfiets. Trap op het
rempedaal om de achterrem te bekrachti-
gen.
DAU12941
ABS (voor modellen met ABS)
Het Yamaha ABS (anti-blokkeervoorzie-
ning remsysteem) bestaat uit een dubbel
uitgevoerd elektronisch regelsysteem dat
de voorrem en achterrem onafhankelijk
aanstuurt. Het ABS wordt bewaakt door
een ECU, die in geval van een storing zal
terugvallen op handmatig remmen.
WAARSCHUWING
Het ABS-systeem functioneert het
G
meest effectief over lange remwe-
gen.
Op sommige wegtypen (ruw weg-
G
dek of grint) kan de remweg langer
zijn dan bij remmen zonder ABS.
Houd daarom steeds voldoende
afstand tot uw voorligger, afge-
stemd op uw rijsnelheid.
OPMERKING
Wanneer ABS is geactiveerd, worden
G
de remmen op de gebruikelijke wijze
bediend. In de remhendel of het rem-
pedaal kunnen pulsaties worden
gevoeld, maar dat duidt niet op een
storing.
3-12
Dit ABS-systeem is uitgerust met
DAU26794
G
een testfunctie, waarbij de bestuur-
der de pulsaties kan voelen in het
rempedaal of in de remhendel terwijl
ABS actief is. Er is echter speciaal
gereedschap vereist, dus neem voor
het uitvoeren van deze test contact
op met uw Yamaha dealer.
DWA10090
LET OP
Houd alle soorten magneten (inclusief
magneetgrijpers, magnetische schroe-
vendraaiers etc.) uit de buurt van de
voorste en achterste wielnaven. Anders
kunnen de magnetische rotors van de
wielnaven beschadigd raken, waardoor
het ABS-systeem niet meer goed
werkt.
DCA16120