®
rematic
2945 C3 K
10.2 Aanvoertemperatuur voor warmtapwaterbereiding (parameter 4-2)
De hier ingestelde waarde plus de ingestelde warmtapwater temperatuur geven
de gewenste aanvoertemperatuur van de ketel of de cascade tijdens de
warmtapwaterbereiding.
10.3 Nadraaitijd boilerpomp (parameter 4-3)
De hier ingestelde waarde bepaalt hoeveel minuten de boilerpomp nadraait, res-
pectievelijk de wisselklep in de richting van de boiler blijft staan, nadat de
warmtapwatertemperatuur is bereikt.
.
10.4 Anti-legionella temperatuur (parameter 4-4)
De boiler wordt tot de hier geprogrammeerde warmtapwatertemperatuur (min. 60
°C) opgewarmd op de dag die bij parameter 3-4 is ingesteld. (zie "10.5 Anti-
legionella functie (parameter 4-5)") Ze is hoger dan de normale warmtapwatertem-
peratuur en dient ter bescherming tegen de legionella bacterie.
10.5 Anti-legionella functie (parameter 4-5)
Op de hier geprogrammeerde dag van de week wordt, bij het eerste warmtapwa-
terbedrijf, gedurende twee uur, de boiler opgewarmd tot de bij parameter 4-4
geprogrammeerde temperatuur (zie "10.4 Anti-legionella temperatuur").
Voer de dag in aan de hand van onderstaande code:
1 = maandag
2 = dinsdag
3 = woensdag
4 = donderdag
5 = vrijdag
6 = zaterdag
7 = zondag
8 = dagelijks
9 = continue op 60 °C
0 = geen anti-legionella functie
10.6 Automatische stooklijn correctie (parameter 4-6)
Als er een afstandsbediening of een ruimtevoeler aan de regelaar is aangesloten,
kan de regelaar de voor het gebouw passende stooklijn voor de betreffende
cv-groep automatisch berekenen.
Stooklijncorrectie "UIT" (positie "off")
De door de gebruiker ingestelde stooklijn moet niet automatisch aangepast te
worden (bv. als regelmatig met een open haard wordt gestookt).
44