Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

nl
Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding
Binnenunit
Elga Ace MB Control Box

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor REMEHA Elga Ace MB Control Box

  • Pagina 1 Installatie-, gebruikers- en servicehandleiding Binnenunit Elga Ace MB Control Box...
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Inhoudsopgave Inhoudsopgave Veiligheidsvoorschriften ................6 Standaard leveringsomvang .
  • Pagina 3 Inhoudsopgave 6.5.1 Doorspoelen van nieuwe installaties en installaties niet ouder dan 6 maanden ..... . 30 6.5.2 Bestaande installatie doorspoelen ............30 Installatie vullen en controleren .
  • Pagina 4 Inhoudsopgave 9.2.3 Werking van de stooklijn ..............62 10 Voorbeelden van aansluiting en installatie .
  • Pagina 5 Inhoudsopgave 16.2 Kabelbomen en printplaten ..............93 17 Productkaart en pakketkaart .
  • Pagina 6: Veiligheidsvoorschriften

    1 Veiligheidsvoorschriften Veiligheidsvoorschriften Algemene veiligheidsinstructies Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van acht jaar en ouder en mensen met lichamelijke, gevoelsmatige of geestelijke beperkingen of met gebrek aan ervaring en kennis als ze begeleiding en instructie krijgen hoe het apparaat op een veilige manier te gebruiken en de eraan verbonden gevaren begrijpen.
  • Pagina 7 1 Veiligheidsvoorschriften Elektrische aansluitingen Alleen een erkend installateur of technicus is geautoriseerd om werkzaamheden aan het elektrische systeem van het toestel te verrichten. Onjuist uitgevoerde werkzaamheden kunnen namelijk elektrische schokken en/of lekstroom veroorzaken. Installeer het toestel in overeenstemming met de nationale voorschriften voor elektrische installaties. Om ieder gevaar vanwege een onverwachte reset van de installatie-automaat te voorkomen, mag dit toestel niet worden gevoed via een externe schakelaar zoals een tijdschakelaar of een circuit dat regelmatig wordt in- en uitgeschakeld door de elektriciteitsleverancier.
  • Pagina 8: Standaard Leveringsomvang

    2 Standaard leveringsomvang Aansprakelijkheid van de fabrikant Onze producten worden vervaardigd volgens de eisen van de verschillende toepasselijke richtlijnen. Ze worden daarom afgeleverd met de -markering en eventueel noodzakelijke documenten. In het belang van de kwaliteit van onze producten brengen wij doorlopend verbeteringen aan. Daarom houden wij ons het recht voor de in dit document vermelde specificaties te wijzigen.
  • Pagina 9: Op De Binnenunit Gebruikte Symbolen

    Goedkeuringen 4.1.1 Richtlijnen Remeha verklaart hierbij dat de apparatuur van het radio-elektrische type Elga Ace MB een product is dat hoofdzakelijk ontworpen is voor huiselijk gebruik en in overeenstemming is met de volgende richtlijnen en normen. Het is geproduceerd en in omloop gebracht in overeenstemming met de eisen van de Europese richtlijnen.
  • Pagina 10: Fabriekstesten

    4 Technische specificaties 4.1.2 Fabriekstesten Voordat elke binnenunit de fabriek verlaat, wordt de elektrische veiligheid getest. ® 4.1.3 Bluetooth draadloze technologie Afb.3 Logo Dit product is uitgerust met Bluetooth draadloze technologie. ® Het Bluetooth woordmerk en logo's zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth SIG, Inc.
  • Pagina 11: Technische Gegevens - Ruimteverwarmingstoestellen Met Middentemperatuur-Warmtepomp

    4 Technische specificaties Limietwaarden voor de bedrijfstemperatuur Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Tensio 8 C MR Koelingsmodus Water +5 °C/+25 °C +5 °C/+25 °C +5 °C/+25 °C Buitenlucht -5 °C/+43 °C -5 °C/+43 °C -5 °C/+43 °C Tab.4 Verwarmingsmodus: buitenluchttemperatuur +7 °C, watertemperatuur bij uitgang +35 °C.
  • Pagina 12 4 Technische specificaties Productnaam Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Tensio 8 C MR Pnom Nominale warmteafgifte onder gemiddelde omstan­ digheden Pnom Nominale warmteafgifte onder koudere omstandig­ heden Pnom Nominale warmteafgifte onder warmere omstandig­ heden Opgegeven verwarmingsvermogen bij laaglast, bij een binnentemperatuur van 20 °C en buitentempe­...
  • Pagina 13: Specificaties Aanvoertemperatuursensor Verwarming

    4 Technische specificaties Productnaam Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Tensio 8 C MR Jaarlijks energieverbruik onder warmere omstan­ 1621 1640 2485 digheden Nominaal luchtdebiet, buiten voor lucht-water- — 2770 2770 4030 warmtepompen Prated is gelijk aan de ontwerpbelasting voor verwarming Pdesignh, en de nominale warmteafgifte van een aan­ (1) De nominale warmteafgifte Psup is gelijk aan het aanvullend verwarmingsvermogen sup(Tj) .
  • Pagina 14: Afmetingen En Aansluitingen

    4 Technische specificaties Afmetingen en aansluitingen 4.3.1 Binnenunit Afb.5 MW-6070355-02 4.3.2 Buitenunit Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Afb.6 1295 7811619 - v05 - 16102023...
  • Pagina 15: Buitenunit Tensio 8 C Mr

    4 Technische specificaties 1 Aanvoer verwarmingscircuit - G1” 2 Retour verwarmingscircuit - G1” 4.3.3 Buitenunit Tensio 8 C MR Afb.7 1385 1 Aanvoer verwarmingscircuit - G 1" 1/4 2 Retour verwarmingscircuit - G 1" 1/4 7811619 - v05 - 16102023...
  • Pagina 16: Elektrisch Schema

    4 Technische specificaties Elektrisch schema Afb.8 7845137 7845146 FUSE FUSE BLE Smart Antenna SCB-17B EHC-12 7845142 7845140 CB-21 230~ 50Hz X/Y/E GTW-30 Pump circuit Room unit Room unit ON/OFF 230 ~ 50Hz Pump Mixing Product valve Hydraulic power supply backup Pump Flow temp.
  • Pagina 17: Beschrijving Van Het Product

    5 Beschrijving van het product Elektrisch schema Toets SCB-17B Optionele printplaat voor regeling van een tweede circuit SO+/SO- Energy counter SO+/SO- energiemeter Zie ook De hydraulische back-up aansluiten, pagina 37 Beschrijving van het product Typeplaat Afb.9 De typeplaat moet altijd toegankelijk zijn. Typeplaten identificeren het product en bevatten de volgende informatie: Type apparaat, Serienummer,...
  • Pagina 18: Beschrijving Van De Aansluitklemmenstrook

    5 Beschrijving van het product 7 BLE Smart Antenna printplaat: Bluetooth 11 L-BUS afsluitweerstand ® 13 CB-21 printplaat communicatie 14 EHC–12 hoofdbesturingsprint: regelsysteem voor de 8 Doorvoerkabelwartel warmtepomp en het eerste verwarmingscircuit 9 TsTsXYE klemmenstrook (direct circuit) 10 Aardaansluiting buskabel 11 Kabelklem Beschrijving van de aansluitklemmenstrook 5.3.1...
  • Pagina 19: Cb-21 Printplaat Voor Aansluiting Van Externe Opties

    5 Beschrijving van het product Afb.13 X1 L-BUS tussen deEHC–12 besturingsprint en de gebruikersinterface 5.3.4 CB-21 printplaat voor aansluiting van externe opties Afb.14 X1 L-BUS naar de printplaten EHC–12 en SCB-17B X2 L-BUS naar de GTW–30 besturingsprint en/of een bijverwarmingsketel 5.3.5 SCB-17B optioneel tweede circuit printplaat Afb.15...
  • Pagina 20: Beschrijving Van De Gebruikersinterface

    5 Beschrijving van het product Beschrijving van de gebruikersinterface 5.5.1 Beschrijving van de interface Afb.17 Terugknop Hoofdmenuknop Display Selectie-/validatietoets Schermachtergrondkleur volgens status: Blauw = normale werking Rood = waarschuwing voor blokkering Rood knipperend = vergrendeling MW-5000915-1 5.5.2 Beschrijving van het stand-byscherm De gebruikersinterface van uw toestel schakelt automatisch in de stand- bymodus als er gedurende vijf minuten geen knoppen worden ingedrukt: de achtergrondverlichting wordt uitgeschakeld en informatie over de...
  • Pagina 21: Beschrijving Van Het Hoofdscherm

    5 Beschrijving van het product 5.5.4 Beschrijving van het hoofdscherm Als de gebruikersinterface op stand-by staat, draai dan aan de knop voor toegang tot het hoofdscherm. Afb.19 1 Symbool voor het apparaat en circuitaanvoertemperatuur 2 Door de buitentemperatuursensor gemeten temperatuur 3 Status van het toestel MW-6070414-1 5.5.5...
  • Pagina 22: Installatie

    6 Installatie Symbool Beschrijving van de symbolen Beschrijving menu Systeeminstellingen De gebruikersinterface aanpassen Versie-informatie Versie-informatie Installatie Installatievoorschriften Opgelet De installatie van het apparaat moet door een erkend installateur worden uitgevoerd volgens de plaatselijke en nationale geldende regelgeving. De binnenunit plaatsen 6.2.1 Locatie van de binnenunit kiezen Afb.22...
  • Pagina 23: De Buitenunit Opstellen

    6 Installatie De buitenunit opstellen 6.3.1 Houd de voorgeschreven afstand aan tussen de buitenunit en de verwarmingszone Afb.24 Om de goede werking van de warmtepomp te garanderen: 1. Neem de maximale lengte (A) tussen de buitenunit en de verwarmingszone in acht. 2.
  • Pagina 24: Locatie Van De Buitenunit Selecteren

    6 Installatie Tab.14 Buitenunit Eenheid Tensio 4 C MR 1000 Tensio 6 C MR 1000 Tensio 8 C MR 1500 6.3.3 Locatie van de buitenunit selecteren Afb.26 Om ervoor te zorgen dat de buitenunit naar behoren werkt, moet de locatie voldoen aan bepaalde voorwaarden. 1.
  • Pagina 25: Locatie Van De Buitenunit Bepalen In Koude En Sneeuwachtige Gebieden

    6 Installatie Afb.28 1. Breng een bed van kiezelstenen aan voor afvoer van de condens. 2. Breng op een stabiele ondergrond betonnen dwarsbalken aan die geen vaste verbinding met het gebouw hebben, en die het gewicht van de buitenunit kunnen dragen. 3.
  • Pagina 26: De Bescherming Van De Buitenunit Verwijderen

    6 Installatie 6.3.7 De bescherming van de buitenunit verwijderen Afb.30 De buitenunit heeft een beschermende verpakking voor het transport. Deze bescherming moet verwijderd worden om de juiste werking en het geluidscomfort van de buitenunit te waarborgen. 1. Verwijder de afdekplaat van de lamellencassette aan de achterkant van de buitenunit.
  • Pagina 27: Inhoud Van Het Expansievat

    6 Installatie Tab.16 45°C toepassing - radiatoren Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Tensio 8 C MR Volume van water in de buitenunit (l) 2,16 2,16 2,44 Minimaal toe te voegen watervolume (l) Tab.17 55 °C - gebruik van radiatoren Tensio 4 C MR Tensio 6 C MR Tensio 8 C MR...
  • Pagina 28 6 Installatie Afb.31 G1" G1" 1/4 G1" G1" 1/4 MW-6070419-3 A Direct verwarmingscircuit 5 Magnetisch filter C Tweede verwarmingscircuit met mengklep 6 Systeemscheidende warmtewisselaar 1 Vorstbeveiligingskleppen 7 Mengklep 2 Handbediende aftapkranen 8 Open verdeler 3 Afsluiters 9 Pomp 4 Terugslagklep 7811619 - v05 - 16102023...
  • Pagina 29: Vorstbeveiliging

    6 Installatie Tab.20 Circuit Uit te voeren aansluitingen Opgelet Directe verwar­ Op een direct circuit met radiatoren met thermostaatkranen moet ming een drukgestuurde bypassklep worden geïnstalleerd om debiet te Radiatoren garanderen. Installeer een automatische ontluchter op het hoogste punt van het verwarmingscir­ cuit.
  • Pagina 30: Installatie Doorspoelen

    6 Installatie Oplossing met automatisch aftappen Installatie van twee vorstbeveiligingskleppen op de aanvoer- en retourleiding van het verwarmingscircuit zo dicht mogelijk bij de buitenunit, buiten het gebouw. Afb.32 De vorstbeveiligingskleppen moeten de volgende specificaties hebben: opening van de kleppen bij een verwarmingswatertemperatuur van +3 °C of lager, voldoende debiet om de installatie af te tappen voordat deze kan bevriezen.
  • Pagina 31: Verwarmingscircuit Controleren

    6 Installatie 6.6.2 Verwarmingscircuit controleren Afb.33 1. Controleer of het volume van het/de expansievat(en) voldoende is voor het watervolume in de verwarmingsinstallatie. 2. Controleer de druk van het/de expansievat(en). 3. Controleer of het verwarmingscircuit voldoende water bevat. Vul indien nodig meer water bij. 4.
  • Pagina 32: Aansluiten Van De Elektrische Circuits

    6 Installatie 8. Controleer of de veiligheidsaarding compatibel is voordat er elektrische aansluitingen worden uitgevoerd. 6.7.2 Aansluiten van de elektrische circuits Afb.35 2 x 0,35 mm² < 30 m Tout 3 x 0,75 mm² 230 V~ < 15 m 1,5 m 3 x 0,75 mm²...
  • Pagina 33: Toegang Krijgen Tot De Connectoren Van De Binnenunit

    6 Installatie Belangrijk De kabeldoorsneden dienen als aanbeveling. Gebruik een afgeschermde kabel voor de BUS-aansluiting tussen de binnenunit en de buitenunit om communicatieproblemen te voorkomen. Zie het hoofdstuk "Aansluiten van een bijverwarmingsketel" om een hydraulisch back-up aan te sluiten. 6.7.3 Toegang krijgen tot de connectoren van de binnenunit Afb.36 1.
  • Pagina 34: De Buitenunit Aansluiten Op De Voeding

    6 Installatie Afb.39 Gebruik de bovenliggende kabelklemmen van de kabelwartels voor: Ø>6 mm Ø<6 mm Ø<6 mm x2 kabels met een diameter kleiner dan 6 mm, gebruik van een kabelwartel voor twee kabels. Belangrijk Kabelwartels en kabelklemmen moeten worden gebruikt bij kabels die vetvrij zijn.
  • Pagina 35: De Buitenunit Aansluiten Op De Binnenunit

    6 Installatie 6.7.7 De buitenunit aansluiten op de binnenunit Afb.41 T s T s T s T s A B X Y E P Q E H1 H2 1. Verwijder het onderhoudspaneel van de buitenunit. 2. Sluit een afgeschermde buskabel aan (minimale diameter: 3 x 0,75 mm ) tussen de klemmenstrook X/Y/E van de buitenunit en de klemmenstrook X/Y/E van de binnenunit.
  • Pagina 36 6 Installatie Dichtbij een storende warmtebron (direct zonlicht, schoorsteen, ventilatierooster, enz.). Afb.43 MW-3000014-2 Aanbevolen locaties Plaats de buitensensor op een locatie die aan de volgende kenmerken voldoet: Op een gevel van de te verwarmen ruimte, indien mogelijk op het noorden. Halverwege de muur van de te verwarmen ruimte.
  • Pagina 37: Plaatsing Van De Aanvoertemperatuursensor Van De Verwarming

    6 Installatie 6.7.9 Plaatsing van de aanvoertemperatuursensor van de verwarming Afb.46 Door de juiste locatie te kiezen en de temperatuursensor correct te positioneren, wordt ongemak door het verkeerd aflezen van de temperatuur beperkt 1. Kies een locatie binnen 15 meter van de binnenunit. 2.
  • Pagina 38: Aansluiten Van Externe Opties

    6 Installatie Een stadsverwarmingsnet aansluiten Afb.49 Een stadsverwarmingsnet wordt aangesloten op de hoofdbesturingsprint EHC–12 van de binnenunit: 1. Sluit de RAST-connectoren uit de accessoiretas X4 en X5 aan voor de EHC–12 printplaat. 2. Sluit de pomp (fase/nul/aarde) aan op X4. 3.
  • Pagina 39: Inbedrijfstelling

    De binnenunit is af fabriek uitgerust met de BLE Smart Antenna printplaat. De servicetool GTW-35 is aangesloten op de binnenunit. Afb.52 1. Download de Remeha Smart Start App app via Google Play of de App Store. ® 2. Activeer Bluetooth in de instellingen van de smartphone.
  • Pagina 40: Procedure Voor Inbedrijfstelling Zonder Smartphone

    7 Inbedrijfstelling Zie ook Activeren/deactiveren van de Bluetooth® voor het apparaat, pagina 41 Bluetooth®-label, pagina 19 Procedure voor inbedrijfstelling zonder smartphone Opgelet De inbedrijfstelling moet worden uitgevoerd door een erkende installateur. 1. Selecteer Land en taal. 2. Configureer Datum en tijd. 3.
  • Pagina 41: Activeren/Deactiveren Van De Bluetooth ® Voor Het Apparaat

    8 Instellingen 1. Als er een tweede circuit is, stel het in op vorstbeveiligingsmodus om de verwarmingsvraag uit te schakelen. 2. Sluit de thermostaatkranen op alle radiatoren in het eerste circuit. 3. Controleer voor installatie met vloerverwarming of de verzamelleidingkleppen opengaan. 4.
  • Pagina 42: Naar Een Parameter Of Een Gemeten Waarde Zoeken

    8 Instellingen 1. Pas de waarde aan van de Bluetooth parameter. Toegangspad > > Installateur > Systeeminstallatie > Bluetooth ® Bluetooth geactiveerd ® Bluetooth gedeactiveerd Naar een parameter of een gemeten waarde zoeken Als u de code voor een parameter of gemeten waarde weet, is het gebruik van de functie Zoeken de gemakkelijkste manier voor rechtstreekse toegang.
  • Pagina 43: Het Verwarmingscircuit Configureren

    8 Instellingen Het verwarmingscircuit configureren 8.5.1 De stooklijn instellen Afb.58 De stooklijn wordt ingesteld als de installatie in bedrijf wordt gesteld, thermostaatkranen gaan indien nodig open. In het geval van aanzienlijke verliezen door het gebouw is het nodig om de helling van de stooklijn in het midden van het seizoen bij te stellen en vervolgens midden in de winter om de 24 uur met 0,1 (inertie van het gebouw).
  • Pagina 44: De Back-Upketel Configureren

    8 Instellingen 4. Om koeling van de warmtezone mogelijk te maken, configureer de parameter Ventil.toerental % (AP028) of Overv. compr.aanz. (AP015). Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Ventil.toerental % Ventilatortoerentalpercentage van buitenunit Actieve koeling AP028 Koelen is alleen mogelijk als de modus actief is, standaard als de buitentemperatuur 22 °C over­...
  • Pagina 45: Configureren Van De Hybride Werkingsmodus Voor Een Back-Upketel

    8 Instellingen 8.6.2 Configureren van de hybride werkingsmodus voor een back-upketel De hybride functie bestaat uit het automatisch overschakelen tussen de warmtepomp en de ketel op basis van de kosten, het verbruik of de CO uitstoot van elke warmtegenerator. Afb.59 Invloed van buitentemperaturen en C EPC: Prestatiecoëfficiënt bivalentie.
  • Pagina 46: Vloer Drogen

    8 Instellingen Vloer drogen Het vloerdroogprogramma verkort de droogtijd van de dekvloer voor vloerverwarming. Het vloerdroogprogramma wordt in drie stappen ingesteld. Elke stap wordt bepaald door: Een startsetpunttemperatuur in °C Een eindsetpunttemperatuur in °C Een duur in dagen De tijden en temperaturen voor vloerdroging moeten bepaald worden aan de hand van de specificaties van de dekvloerfabrikant.
  • Pagina 47: Een Kamerthermostaat Configureren

    8 Instellingen 4. Configureer de vloerdroogparameters voor stap 3: Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Vloerdrogingtijd 3 Instelling van het aantal dagen van de derde stap Aantal dagen voor drogen in stap 3 ZP060 van vloerdroging ZP061 voor Zone3 Vloer starttemp 3 De eindtemperatuur voor de derde stap van Starttemperatuur voor het drogen in stap 3 ZP070...
  • Pagina 48: Een Thermostaat Configureren Met Een Verwarmings-/Koelingscontact

    8 Instellingen Parameter Beschrijving Logica niv. contact Configuratie van het contact van de aan/uit-ingang voor verwarmen. CP640 Gesloten (standaardwaarde): verwarmingsvraag als het contact gesloten is Open: warmtevraag als het contact open is Omg.OT. voor koeling Omgekeerde besturingslogica in koelmodus vergeleken met verwarmingsmodus. CP690 Nee (standaardwaarde): de koelvraag gebruikt de omgekeerde logica van de verwarmingsvraag Ja: de koelvraag gebruikt de omgekeerde logica van de verwarmingsvraag...
  • Pagina 49: Een Buffertank Configureren

    8 Instellingen 5. Stel de parameters voor de warmtepomp in. Parameter Beschrijving Aanpassing vereist Proces externe Taanv Processelectie van externe sensor voor Taanvoer (BL1) Verwarming Koeling AP001 Compressorfrequentie Configuratie van contact voor blokkerende ingang 1 Gesloten AP098 Gesloten: koelen actief als het BL-contact gesloten is Open: koelen actief als het BL-contact open is Open Een buffertank configureren...
  • Pagina 50: Een Energiemeter Configureren

    8 Instellingen 8.11 Een energiemeter configureren Voor een correcte werking van de energiemeting moet de parameter Elektr. pulswaarde (HP033) met betrekking tot de energiemeter aangepast worden. 1. Noteer de pulswaarde van de energiemeter volgens norm EN 62053-31. 2. Volg het hieronder beschreven toegangspad. Toegangspad >...
  • Pagina 51: Automatisch Detecteren Van Opties En Accessoires

    9 Parameters 2. Selecteer Installateur. 3. Selecteer Menu 'Geavanceerd' > Configuratiecode instellen > EHC– 4. Stel de parameters CN1 en CN2 in. De waarden zijn te vinden op de typeplaat van de binnenunit. 5. Selecteer Bevestigen om de instellingen op te slaan. Zie ook CN1 en CN2 parameters, pagina 40 8.12.2...
  • Pagina 52 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–12 Buffertank Het hydraulisch beheer van de buffertank activeren HP086 Hyst buffertank. Temperatuurhysterese om verwarming van de buffertank te starten 3°C HP087 of te stoppen Instelbaar van 0 tot 30 °C Hoge druk BU Hogedruksensor van buitenunit 3 min.
  • Pagina 53 9 Parameters Tab.34 > Energiebeheer Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–12 Elektr. pulswaarde Waarde van de puls afkomstig van de elektrische teller 1 Wh HP033 Instelbaar van 0 Wh tot 1000 Wh COP-drempel COP-drempel waarboven de warmtepomp mag werken HP054 Instelbaar van 1 tot 5 Hybride modus...
  • Pagina 54: Installateur > Systeeminstallatie > Zone1 Of Zone3

    9 Parameters Tab.36 > Handmatige warmtevraag Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling EHC–12 En. ext. Taanv Tret Energieselectie externe sensor Taanvoer Tretour AP002 Setpunt: in deze modus is het temperatuursetpunt de temperatuur die is ingesteld voor de parameter En. ext. Taanv Tret (AP026) TBuiten regelaar Modulatieniv.
  • Pagina 55 9 Parameters Tab.40 > Verwarmingstemperaturen instellen / Koeltemperaturen instellen Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone3 Groep,setpunt Gewenst setpunt voor kamertemperatuur in Slapen-modus 16 °C 16 °C ruimte Instelbaar van 5 °C tot 30 °C CP080 CP086 voor Zone3 Groep,setpunt Gewenst setpunt voor kamertemperatuur in Thuis-modus...
  • Pagina 56 9 Parameters Tab.42 > Algemeen Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone3 Groep,bandbr. Bandbreedte van de mengklep van de groep waar de 12 °C mengkl modulatie plaatsvindt. CP030 Instelbaar van 4 °C tot 16 °C CP031 voor Zone3 Nadraait pomp Nadraaitijd groeppomp 3 min.
  • Pagina 57 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone3 Omg.OT. voor Omgekeerde OpenTherm contact in koeling modus koeling CP690 CP691 voor Zone3 Regelstrategie Selecteer de manier van regelen voor de groep Automatisch Automatisch groep Automatisch: past de regelstrategie aan de hand van de CP780 aanwezige sensoren aan CP781 voor...
  • Pagina 58: Installateur > Systeeminstallatie > Buitentemp Voeler

    9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Fabrieksinstelling Zone1 Zone3 Eindtemp vloer 3 Instelling van de starttemperatuur voor de derde stap van 24 °C 24 °C ZP080 vloerdroging ZP081 Instelbaar van 7 °C tot 60 °C Vloerdroging Vloerdroging van de zone inschakelen insch.
  • Pagina 59: Bluetooth

    9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Fabrieksinstelling Zone1 Tau gebouw WAR Instelling aanwarm- en afkoelsnelheid. Tijdconstante van het AP079 gebouw voor weersafhankelijk regelen. Instelbaar van 0 tot 10 0 = 10 uur voor een gebouw met een lage thermische iner­ tie, 3 = 22 uur voor een gebouw met een normale thermische inertie,...
  • Pagina 60 9 Parameters Signalen Beschrijving van de signalen Actuele activiteit van de groep Actuele activiteit van de groep CM130 Comfort Truimte stpunt groep Gewenste ruimtetemperatuur van de groep in °C CM190 Huidige modus Huidige bedrijfsmodus CM200 Stand-by Verwarming Koeling Tbuiten Gemeten buitentemperatuur in °C CM210 Setpunt vloer temp Het setpunt voor de huidige aanvoertemperatuur voor vloerdroging in °C...
  • Pagina 61: Installateur > Tellers

    9 Parameters Signalen Beschrijving van de signalen Contactpositie BL1 Contactpositie BL1 HM004 Open Gesloten Contactpositie BL2 Contactpositie BL2 HM005 Open Gesloten StatusWP compressor Warmtepomp compressor Aan/Uit HM008 Warmtepomp Back Up1 Warmtepomp Back Up1 HM012 Setpunt WP koeling Setpunt aanvoertemperatuur warmtepomp in afkoelingsmodus in °C HM033 Tab.51 >...
  • Pagina 62: Beschrijving Van De Parameters

    9 Parameters Tellers Beschrijving van de tellers Starts sinds service Aantal verwarmingsgeneratorstarts sinds laatste service AC004 Energieverbruik CV Energieverbruik voor centrale verwarming (kWh) AC005 Energievrbr. koeling Energieverbruik voor koeling (kWh) AC007 Energielevering CV Thermische energielevering voor centrale verwarming (kWh) AC008 Energielev.
  • Pagina 63 9 Parameters Belangrijk Regeling via de stooklijn is alleen mogelijk als de regelstrategie CP780 is ingesteld op de modi "Acc. tot Ext. T." en "Acc. tot Ext. T en kamer T.". Afb.63 MW-6070170-1 55 °C 50 °C 45 °C 34 °C 30 °C 26 °C 20 °C...
  • Pagina 64 9 Parameters Parameters Beschrijving van de parameters Buitentemperatuur De buitentemperatuur CM210 wordt beïnvloed door de positie van de buitentemperatuursensor: CM210 controleer of de sensor goed op zijn plaats zit. Instelpunt actuele De aanvoersetpunttemperatuur voor het circuit CM070 wordt berekend aan de hand van de aanvoertemperatuur van stooklijnparameters: groep...
  • Pagina 65: 10 Voorbeelden Van Aansluiting En Installatie

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 10.1 Installatie met stadsverwarming en een direct circuit 10.1.1 Hydraulisch schema Afb.66 230V~50Hz 230V~50Hz MW-6070387-2 1 eTwist aangesloten thermostaat 4 Magnetisch filter 2 GTW–30 gateway 5 Vorstbeveiligingskleppen 3 Terugslagklep 6 Set met geïsoleerde slang 10.1.2 De warmtepomp aansluiten en configureren...
  • Pagina 66: Installatie Met Één Bijverwarmingsketel En Één Open Verdeler

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie 4 Veiligheidstemperatuurbegrenzer 7 Klep stadsverwarmingsnet 5 Aanvoertemperatuursensor verwarming 8 Buitenunit-busaansluiting 6 Hydraulische voedingsspanning van backup- ketelpomp 1. Sluit de accessoires en opties aan op de printplaat EHC–12. Houd u aan de juiste kabeldoorvoeren voor 230-400 V en 0-40 V. 2.
  • Pagina 67: De Warmtepomp Aansluiten En Configureren

    10 Voorbeelden van aansluiting en installatie Afb.68 230V~50Hz 230V~50Hz MW-6070389-3 1 eTwist aangesloten thermostaat 4 Vorstbeveiligingskleppen 2 Open verdeler 5 Set met geïsoleerde slang 3 Magnetisch filter 6 GTW–30 gateway 10.2.2 De warmtepomp aansluiten en configureren Afb.69 CB-21 TsTs 230V~50Hz MW-6070390-3 1 Buitentemperatuursensor 4 Hydraulische voedingsspanning van backup-...
  • Pagina 68: 11 Werking

    11 Werking 6 Buitenunit-busaansluiting 8 Pompvoeding (maximaal vermogen: 450 W) 7 GTW–30 busaansluiting 1. Sluit de accessoires en opties aan op de printplaat EHC–12. Houd u aan de juiste kabeldoorvoeren voor 230-400 V en 0-40 V. 2. Stel, bij het eerste opstarten of na het resetten van de fabrieksparameters, de parameters CN1 en CN2 overeenkomstig het vermogen van de buitenunit in.
  • Pagina 69: Regionale En Ergonomische Parameters

    11 Werking 11.2 Regionale en ergonomische parameters U kunt uw toestel aanpassen door de parameters te wijzigen die zijn geassocieerd met uw geografische locatie en de ergonomie van de gebruikersinterface. Afb.71 1. Druk op de toets 2. Selecteer Systeeminstellingen. 3. Voer de vereiste instellingen uit. MW-6000876-01 Tab.55 Lijst van instellingen...
  • Pagina 70: Activiteiten Aanpassen

    11 Werking Afb.73 1. Druk op de toets 2. Selecteer Gebruikersinstellingen. MW-6000865-02 Afb.74 3. Selecteer Instellingen zones-. 4. Selecteer de zone die moet worden gewijzigd. 5. Selecteer Algemeen om toegang te krijgen tot de parameters. 6. Wijzig de naam en/of het symbool voor de zone. Raadpleeg de tabel achter in de handleiding.
  • Pagina 71: De Temperatuur Van Een Activiteit Wijzigen

    11 Werking Afb.77 3. Selecteer Activiteitnamen. 4. Selecteer Namen verwarmingsactiviteit instellen of Namen koelingsactiviteit instellen. 5. Selecteer de activiteit die u wilt wijzigen. 6. Wijzig de naam van de activiteit (max. 10 tekens) en bevestig met OK. MW-6000878-2 11.4.3 De temperatuur van een activiteit wijzigen De activiteiten worden gebruikt in het klokprogramma om de vereiste temperatuur op verschillende momenten op de dag te bepalen.
  • Pagina 72: Een Constante Kamertemperatuur Vastleggen

    11 Werking 4. Selecteer de gewenste bedrijfsmodus: Tab.58 Bedrijfsmodus Beschrijving De kamertemperatuur wordt geregeld volgens het gekozen klokprogramma. Programmering Aanbevolen modus. Handleiding De kamertemperatuur is constant. Tijdelijke De kamertemperatuur wordt voor bepaalde tijd geforceerd. temperatuursverandering Vakantie De kamertemperatuur wordt verlaagd tijdens uw afwezigheid om energie te besparen. Vorstbeveiliging De geselecteerde zone in de installatie wordt 's winters tegen vorst beschermd.
  • Pagina 73: Een Klokprogramma Activeren En Configureren Voor Het Koelen

    11 Werking Afb.87 5. Om de klokprogrammering te wijzigen, selecteert u het programma dat u wilt wijzigen. De voor maandag geplande activiteiten worden weergegeven. De laatste activiteit van een dag is geldig tot de eerste activiteit op de volgende dag. 6.
  • Pagina 74: De Kamertemperatuur Tijdelijk Wijzigen

    11 Werking Afb.90 4. Selecteer de te wijzigen dag. 5. Voer de volgende handelingen uit volgens uw behoeften: MW-6000882-1 Tab.60 Actie Procedure Wijzig de tijdsinstellingen van de geprogram­ Selecteer een geprogrammeerde activiteit. meerde activiteiten. Druk op de toets Wijzig de starttijd en/of de hieraan verbonden activiteit. Selecteer Bevestigen om de wijziging op te slaan.
  • Pagina 75: De Verwarming En Koeling Beheren

    11 Werking 11.6 De verwarming en koeling beheren 11.6.1 De verwarming en de koeling uitschakelen Uw apparaat regelt automatisch de verwarming en de koeling op basis van de buitentemperatuur. Indien gewenst kunt u de verwarming en koeling ongeacht de buitentemperatuur uitschakelen. Afb.94 1.
  • Pagina 76: Perioden Van Afwezigheid Of Vakantieperioden

    11 Werking 11.6.4 Perioden van afwezigheid of vakantieperioden Belangrijk Maak de binnenunit niet spanningsloos, ontkoppel of schakel deze niet uit, zodat de antiblokkeerfunctie van de warmtepomp kan werken en de installatie tegen bevriezing kan beschermen. Uw apparaat regelt automatisch de verwarming op basis van de buitentemperatuur.
  • Pagina 77: Vorstbeveiliging

    11 Werking Afb.104 4. Selecteer Vakantie. 5. Voer de start- en einddata en de tijden in voor de periode van afwezigheid. 6. Geef de temperatuur aan die vereist is gedurende de periode van afwezigheid. 7. Selecteer Bevestigen om de instelling te bevestigen. MW-6000875-1 11.6.5 Vorstbeveiliging...
  • Pagina 78: De Warmtepomp Uitschakelen

    12 Gebruikersinstructies 11.8.2 De warmtepomp uitschakelen De warmtepomp moet in bepaalde situaties worden uitgeschakeld, bijvoorbeeld tijdens werkzaamheden aan de apparatuur. In andere situaties zoals een langere periode van afwezigheid, wordt aangeraden om Systeem vakantiemodus de bedrijfsmodus te gebruiken om te kunnen profiteren van de antiblokkeerfunctie van warmtepomp en om de installatie tegen vorst te beschermen.
  • Pagina 79: 13 Onderhoud

    13 Onderhoud 13 Onderhoud 13.1 Algemeen Een jaarlijkse inspectie met een lekdichtheidscontrole van de verwarmingsinstallatie in overeenstemming met de geldende normen is verplicht. Onderhoudswerkzaamheden zijn belangrijk om de volgende redenen: Om optimale prestaties te garanderen. Om de levensduur van de apparaten te verlengen. Om een installatie te leveren die het beste gebruikerscomfort in de loop van de tijd biedt.
  • Pagina 80: Controleren Van De Veiligheidscomponenten

    13 Onderhoud 13.3.1 Controleren van de veiligheidscomponenten 1. Controleer de goede werking van de veiligheidscomponenten, in het bijzonder de veiligheidsklep van het verwarmingscircuit. 2. Controleer de goede werking van het expansievat door controle en bijstelling van de voordruk. 3. Controleer of het koelcircuit lekdicht is met behulp van een snuiverlekdetector.
  • Pagina 81: 14 Bij Storing

    14 Bij storing Afb.108 2. Verwijder de batterij die zich in de achterplaat van de gebruikersinterface bevindt, door deze voorzichtig naar voren te duwen. 3. Plaats een nieuwe batterij. Belangrijk Batterijtype: CR2032, 3V Gebruik geen oplaadbare batterijen. Gooi afgedankte batterijen niet weg in de vuilnisbak. Breng ze naar een geschikte inzamelplaats.
  • Pagina 82: Blokkeringscodes

    14 Bij storing 14.1.3 Blokkeringscodes Een blokkeringscode geeft een afwijking aan die van invloed is op het verwarmingssysteem. Diverse mogelijkheden: Het systeem probeert automatisch de fout te corrigeren (bijv. bij een debietgerelateerde storing). Het systeem wordt uitgeschakeld maar schakelt automatisch weer in als de fout verdwijnt.
  • Pagina 83 14 Bij storing Code Melding Beschrijving H00.52 T WP retour dicht Retourtemperatuursensor warmtepomp is kortgesloten of meet een temperatuur boven het bereik Controleer de bedrading tussen de hoofdbesturingsprint en de sensor. Controleer of de sensor goed gemonteerd is. Controleer de weerstandswaarde van de sensor. Vervang de sensor indien nodig.
  • Pagina 84 14 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.17 DeltaT CV max. lim De Delta temperatuur aan de centrale-verwarmingskant overschrijdt de maximale tolerantie. Storingscode op het digitale display van de buitenunit: P5 Controleer of het waterfilter gereinigd moet worden. Zorg ervoor dat het systeem geen lucht bevat (ontluchting). Controleer de waterdruk.
  • Pagina 85 14 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.28 Comm. BiU-Buitenunit Communicatiestoring tussen de binnenunit en buitenunit Storingscode op het digitale display van de buitenunit: E2 De hoofdbesturingsprint B en de hoofdbesturingsprint van de hydraulische module zijn niet verbonden. Sluit de kabel aan. Controleer de waarde van signaal HM024.
  • Pagina 86 14 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.36 Ventilatormotor Probleem met ventilatormotor buitenunit. Storingscode op het digitale display van de buitenunit: H6, HE of HH Er waait een krachtige wind tegen de ventilator, waardoor hij in tegengestelde rich­ ting draait. Draai de unit weer in de juiste richting of beschut hem zodanig dat de wind niet meer tegen de ventilator waait.
  • Pagina 87 14 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.63 WP EEPROM fout Fout EEPROM warmtepomp-invertermodule Storingscode op het digitale display van de buitenunit: HF Fout in de EEprom-parameter; herschrijf de EEprom-data. Het deel van de EEprom-chip is defect; vervang hem. De hoofdbesturingsprint is defect; vervang hem. H06.64 WP-inverter com Communicatiefout tussen buiteneenheid van de hoofdbesturing en invertermodule van...
  • Pagina 88: Vergrendelingscodes

    14 Bij storing Code Melding Beschrijving H06.75 BU aanvoerfout Waterdebietfout actief in de buitenunitmodule Storingscode op het digitale display van de buitenunit: E0 of E8 Controleer of het waterfilter gereinigd moet worden. Zorg ervoor dat het systeem geen lucht bevat (ontluchting). Controleer de waterdruk.
  • Pagina 89: Het Foutgeheugen Weergeven En Wissen

    14 Bij storing 2. Bevestig de foutmelding handmatig op de gebruikersinterface. Tab.65 Code Melding Beschrijving E00.00 T Aanvoer open De aanvoertemperatuursensor is verwijderd of meet een temperatuur beneden het bereik Controleer de bekabeling tussen de hoofdbesturingsprint en de sensor Controleer of de sensor goed gemonteerd is Controleer de weerstandswaarde van de sensor Vervang de sensor indien nodig E00.01...
  • Pagina 90: 15 Afdanken En Afvoeren

    15 Afdanken en afvoeren 2. Selecteer de component waarvan u de versie-informatie wilt weergeven. Tab.66 Component Beschrijving EHC–12 Hoofdbesturingsprint voor de warmtepomp MK2.1 Gebruikersinterface ® BLE Smart Antenna Besturingsprint voor Bluetooth -communicatie SCB-17B Optionele printplaat voor het beheer van extra circuits CB-21 printplaat voor aansluiting van externe opties 15 Afdanken en afvoeren...
  • Pagina 91: 16 Reserveonderdelen

    16 Reserveonderdelen 16 Reserveonderdelen 16.1 Behuizing Afb.110 MW-1002408-2 Tab.67 Positienr. Referentie Beschrijving 7845892 Kast 7845147 Kabelklem (x5) S59367 EJOT KB35 x 12 (x10) 7845162 1M-F terugslagklep S100316 Buitentemperatuursensor 7811619 - v05 - 16102023...
  • Pagina 92 16 Reserveonderdelen Positienr. Referentie Beschrijving 7845160 Kabelsteun - 520204000 (x5) 7845188 Onderste voorste kap 7788940 Lichtblauwe kwartslagsluiting (x10) 7845894 Bovenste voorste kap 7788941 KB40 x 16 (x10) 7845144 Kabelklem S62185 EJOT KB30 x 08 (x10) 7845129 Gebruikersinterface 7788939 Bedekking gebruikersinterface 7788945 PE11 kabelwartel + borgmoer (x5) 7845135...
  • Pagina 93: Kabelbomen En Printplaten

    16 Reserveonderdelen 16.2 Kabelbomen en printplaten Afb.111 L=15 m MW-1002409-2 Tab.68 Positienr. Referentie Beschrijving 7845954 CB-21-printplaat S62185 EJOT KB30 x 08 (x10) 7845899 L-BUS afsluitweerstand 7845142 L-BUS EHC-CB-21 L390 mm kabelboom 7845125 Plaatstaal EHC–12 printplaatondersteuning 7843603 D4 V-0 (x10) Kunststof vulstuk 7843622 100-2 (x10) vulstuk 7845146...
  • Pagina 94: 17 Productkaart En Pakketkaart

    17 Productkaart en pakketkaart Positienr. Referentie Beschrijving 7845145 222.01.0087 Kabelklem 7788941 KB40 x 16 (x10) 7845122 1,5 mm veiligheidsaardingclip databuskabel 7845140 Buitenunit L-bus - L240 mm kabelboom buitentemperatuursensor 7845127 EHC–12-printplaat 7845092 3-polige connector 7845093 RAST5-polige connector 7843640 RAST2-polige connector 7845123 ®...
  • Pagina 95: Pakketkaart - Middentemperatuur-Warmtepompen

    17 Productkaart en pakketkaart 17.3 Pakketkaart - middentemperatuur-warmtepompen Belangrijk "Middentemperatuurtoepassing": een toepassing waarbij het ruimteverwarmingstoestel met warmtepomp of het combinatieverwarmingstoestel met warmtepomp zijn opgegeven verwarmingsvermogen levert bij een uitlaattemperatuur van de warmtewisselaar, binnen, van 55 °C. Afb.112 Pakketkaart voor middentemperatuur-warmtepompen met vermelding van de energie-efficiëntie voor ruimteverwarming van het pakket Seizoensgebonden energie-effi...
  • Pagina 96: 18 Bijlage

    18 Bijlage De waarde van de wiskundige formule: 294/(11 · Prated), waarbij "Prated" is gerelateerd aan het ruimteverwarmingstoestel als hoofdverwarming. De waarde van de wiskundige formule 115/(11 · Prated), waarbij "Prated" is gerelateerd aan het ruimteverwarmingstoestel als hoofdverwarming. De waarde van het verschil tussen de seizoensgebonden energie- efficiënties voor ruimteverwarming onder gemiddelde en koudere klimaatomstandigheden, uitgedrukt in %.
  • Pagina 97 18 Bijlage In de fabriek ingestelde In de fabriek ingestelde Door de klant gedefinieerde naam en tempera­ Activiteiten naam temperatuur tuur Activiteit 5 Avond 22 °C Activiteit 6 Aangepast 20 °C Tab.75 Naam en temperatuur van de activiteiten voor koelen In de fabriek ingestelde In de fabriek ingestelde Door de klant gedefinieerde naam en tempera­...
  • Pagina 98 18 Bijlage 7811619 - v05 - 16102023...
  • Pagina 99 © Copyright Alle technische en technologische informatie in deze handleiding, evenals door ons ter beschikking gestelde tekeningen en technische beschrijvingen, blijven ons eigendom en mogen zonder onze toestemming niet worden vermenigvuldigd. Wijzigingen voorbehouden.
  • Pagina 100 48720 Kotka Energy Net d.o.o. T +385 95 21 21 888 A.K. Miošića 22a E info@energynet.hr 43000 Bjelovar Marketbau - Remeha Kft. T +36 23 503 980 Gyár u. 2. F +36 23 503 981 E remeha@remeha.hu 2040 Budaors Euro Gas Ltd.

Inhoudsopgave