9.3.4 Vorstbeveiliging
Beneden 2°C buitentemperatuur (vorstbeveiligingsgrens) wordt de circulatiepomp
cyclisch ingeschakeld. Deze loopt steeds gedurende 6 minuten waarna hij 54
minuten uitgeschakeld blijft. Echter bij buitentemperaturen onder de instelwaarde
van de "stookgrens bij nachtbedrijf", geldt de functie volgens "9.3.3 Stookgrens bij
nachtbedrijf (parameter 3-4)".
9.4 Starttijdoptimalisering (parameter 3-5)
Deze instelling bepaalt, hoe lang (hoeveel minuten) vóór het in het tijdprogramma
ingestelde beginpunt dagbedrijf, de installatie in bedrijf komt. Daarmee wordt
bereikt, dat de gewenste ruimtetemperatuur op het geprogrammeerd tijdstip al
zoveel mogelijk bereikt is
Daartoe wordt, afhankelijk van het verwarmingssysteem, een basiswaarde ingege-
ven. De regelaar berekent op basis daarvan automatisch de startvervroeging.
De regelaar houdt hierbij rekening met
- de gemeten buitentemperatuur
- de gemeten ruimtetemperatuur, voor zover een ruimtevoeler of een afstands-
bediening aangesloten is.
Aanbevolen instellingen voor de basiswaarde:
- vloerverwarming 210 (minuten)
- radiatorverwarming 150 (minuten)
De basiswaarde geldt voor een buitentemperatuur van -10°C (= zogenaamde
klimaatpunt). De startvervroeging wordt door de regelaar bij hogere buitentempera-
turen automatisch verkort en bereikt 0 minuten bij 20°C.
9.4.1 Berekening van de startvervroeging op basis van buitentemperatuur
Hier geldt de volgende formule:
ZVE =
20 - TA
20 - klimaatpunt
ZVE = startvervroeging voor begin dagbedrijf
TA = gemeten buitentemperatuur
Voorbeeld:
ZVE =
__________________ x 150 =
x basiswaarde
basiswaarde
buitentemperatuur
20 - 5
20 - 5
20 - -10
= 150 min.
= 5 °C
15
15
__ x 150 = 75 minuten
30
38
®
rematic
2945 C3 K