Inhoudsopgave
Advertenties
1. Controlelampje water in brandstoffilter
dieselmotor – Geeft bij draaiende motor aan
dat zich meer dan 100cc water in het
brandstoffilter bevindt.
Het lampje gaat BRANDEN wanneer het
contactslot AAN wordt gezet. Het lampje moet
uitgaan wanneer de motor draait. Als het lampje bij
draaiende motor brandt, moet u de vorkheftruck
parkeren en de motor uitzetten.
Tap wat brandstof (en het aanwezige water) af totdat
de uit het filter stromende brandstof helder is. Dit kan
ongeveer 5 - 6 seconden duren.
2. Signaallamp dynamo - Geeft aan of het
acculaadsysteem correct werkt. Het lampje
gaat
branden
ingeschakeld in de stand ON.
Het lampje moet uitgaan nadat de motor is gestart,
hiermee
wordt
aangegeven
voldoende spanning produceert om de batterij op te
laden. Als het lampje bij draaiende motor aan gaat,
moet u de dynamo en het laadsysteem op defecten
controleren.
3.
Indicatielampjevoor
dieselmotor (alleen bij dieselmotoren) -
Deze lamp gaat AAN zodra de sleutel vanuit
de stand OFF in de stand ON wordt gedraaid. Dit
geeft
aan
dat
voorverbrandingskamers
gemakkelijke start.
De tijd die nodig is om de voorverbrandingskamers
voor te verwarmen bedraagt ongeveer zeven
seconden, afhankelijk van de omgevingstemperatuur.
Als
het
lampje
voorverwarmingskamers de maximale temperatuur
en kan het contact naar de stand START worden
gedraaid om de motor te starten.
4.
Brandstofpeil
dieselmotor)
brandstofniveau in de brandstoftank
aan. Vul brandstof bij als het peilglas tijdens het
gebruik van de heftruck op 'E' staat.
5.
motorkoelvloeistof-
temperatuur van de koelvloeistof
aan
Toont
de
actuele
motorkoelvloeistof. Als de wijzer tijdens gebruik in het
rode gebied staat, is de motor oververhit. Parkeer de
vorkheftruck en zet de motor uit.
Controleer het koelsysteem op defecten. De wijzer
komt in het rode gebied als de temperatuur van de
koelvloeistof ongeveer 110 °C bedraagt. Dit geldt
voor alle motoren.
6. Temperatuur transmissie-olie –
Geeft
als
het
contact
dat
de
dynamo
gloeien
de
gloeipluggen
opwarmen
voor
UIT
gaat,
hebben
(alleen
–
Geeft
Thermometer
geeft
temperatuur
van
de temperatuur
van de
transmissieolie aan. Als de wijzer tijdens gebruik in
het rode gebied staat, is de motor oververhit. Parkeer
de heftruck en stop de motor. Controleer het systeem
op eventuele gebreken. De wijzer komt in het rode
gebied als de temperatuur van de transmissieolie
ongeveer 125 °C bedraagt.
7. LP Waarschuwingslichtje Defect Motor
(MIL) – Controlesysteem G643E-motoren is
voorzien
storingsdiagnostiek.
kunnen
worden
Waarschuwingslichtje defect motor (MIL, Malfunction
Indicator Lamp) als Diagnostische Foutcodes (DFC)
of als flashcodes en kunnen gedetailleerd worden
bekeken onder gebruikmaking van de onderhouds-
wordt
software. Wanneer u het contactslot AAN zet, voert
de MIL een zelftest uit, gaat even aan en weer UIT.
Bij een probleem wordt de fout of fouten in het
geheugen van de motorbesturing (ECM Engine
Control Unit) opgeslagen. De MIL gaat aan wanneer
een probleem optreedt en blijft dan AAN. De
bestuurder wordt zo op de hoogte gesteld dat de
SCEM een probleem geconstateerd heeft.
Houd de MODE-schakelaar gedurende 3 seconden
ingedrukt om het probleem te controleren. Wanneer
het display het hoofdmenu toont, selecteer dan
Check
(Controleren).
"Bedieningsgedeelte - Na het starten van de motor -
Elektronisch gestuurde dieselmotoren".
de
een
8.
veiligheidsgordel (indien aanwezig)
Geeft aan wanneer de bestuurder de
veiligheidsgordel niet heeft vastgemaakt.
Het lampje gaat branden wanneer het contactslot
de
AAN wordt gezet.
Het lampje moet uitgaan wanneer de motor draait.
9. Bedrijfsurenteller - Geeft het totale
aantal uren aan dat de motor en de heftruck
bij
in bedrijf zijn geweest. De teller gaat lopen
het
als het contactslot AAN wordt gezet, ongeacht of de
motor loopt. De bedrijfsurenteller wordt gebruikt voor
het bepalen van de smeer- en onderhoudsintervals.
10. Parkeerindicatielampje - Het lampje gaat
AAN
gebruikt..
de
11. Schijnwerpers voorzijde- Druk de
de
schakelaar (14) naar beneden, op de eerste
stand, om de schijnwerpers aan de voorzijde
aan te doen.
Schijnwerpers voor- achterzijde - Druk de schakelaar
(14) naar beneden, op de tweede stand, om de
schijnwerpers aan de voor- en achterzijde aan te
doen. De schijnwerpers zijn optioneel.
12. Transmission Neutral Position Light -
Indicates the neutral position of transmission.
-61-
Hoofdstuk Gebruik
van
Gevonden
systeemfouten
aangegeven
Zie
het
Waarschuwingslampje
als
de
parkeerschakelaar
ingebouwde
door
het
onderwerp
wordt
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
